FIJNE HANDWERKJES VOOR ST. NICOLAAS BONTKRAGEN EN BONTGARNEERINGEN 660 VRIJDAG 27 NOVEMBER 1931 No. 26 Om zelf te maken Zwart georgette is het nieuwste voor shawls en "oor avondzakdiekjes en dergelijke voorwer pen van deze stof vormen een allerliefst ge schenk voor uw vriendin, zuster of tante, indien u ze zelf gemaakt heeft. Een groote vierkante lap is voor een shawl, en een kleine vierkante lap is noodig voor een zak doekje. De versiering kan zeer verschillend zijn, maar appfiquéwerk is voor deze shawls en avond zakdoekjes hef nieuwste. U kunt de shawl of het doekje laten ajoureeren, en h' t ajour doorknippen om den omtrek af te werken. Mooi is oek een rand van fijne zwarte kant, of van een heel fijn rrl- zoompje. De vallende bladeren kunt u het best uit changeantkleurige zijde knippen, rood-bruin met een goudgloed, enkele losse bladeren kunnen op de vier hoeken gewerkt worden,-opgefestonneerd, de nerven geborduurd. De druiventros bestaat uit cirkeltjes over elkaar geplaatst, van mauve of diep ultramarijn blauw, de bladeren rood-bruin, stengels geborduurd met groene zijde. Daar het niet gemakkelijk is appliqué te werken op crêpe georgette, zoo span nen we de georgette op een raampje van vier latjes gemaakt, natuurlijk alleen het gedeelte wat geappliqueerd wordt. De bloemen en de bladeren teekenen we met een dun potloodlijntje op een lapje zijde, en dit zoo klein mogelijk geknipte lapje wordt genaaid op het georgette In geen jaren werd op de mantels zoo overvloedig veel bont toegepast, als op het oogenblik het geval is. Behalve dat de meeste modellen zijn voorzien van volumineuze bontkragen en hoogoploopende ingewikkelde mouwgarneeringen, worden zij ver lierd met bontincrustaties en breede bontranden Dezen keer heeft Vrouwe Mode bij het ontwerpen v""' de wintermede ongetwijfeld rekening gehou- do met de slechte tijden. H. M. heeft ons ten minste, b.'hnive riferlei kostbare pelssoorten zooals vos, lynx, astrakarr e.d., ook minder dure bont soorten en goede bontimitaties voorgeschreven zoodat men op het oogenblik heusch geen kapita- liste behoeft te zijn om een mantel met royale bont- garneering te bezitten. De kleur van 't bont en de manier waarop 't wordt toegepast, spelen op 't oogenblik de greotste rol. Zeer in trek zijn momenteel de mantels en man- telcostumes van écht of imitatie breitschwantz, welke buitengewoon sierlijk zijn en slank maken. Behalve deze, zal men dezen winter veel nauwsluitende, korte bontmanteltjes zien dragen, welke op de heupen een weinig uitstaan en het vrouwelijk silhouet een aardige lijn geven. Verder zijn er de kleine bonten schouder capes, herinnerd aan die, welke tijdens het tweede keizerrijk zoo zeer in trek waren. Voor overdag worden zij vervaardigd van breitschwantz, wol, biberette of astrakan. Voor de avonduren van wit cf licht beige hermelijn. I.leganle man Jel nan beige looistof, mel Biberette-kraug n manchet ten. .Va middag maalt'' nan Hexchgroen ne- lours met seal- It raag en gni neering. Schoudercape, mutsje en mof nan zwart astrakan Mantelcosluum nan wijnroot! laken afgezet en nersierdmet zwart bont Mantel nan bruin laken met bo nensluk nan bijpassend astrakan Veloursmantel met sier lijke htnx-garneering. We naaien met een fijn rijgsteekje langs de lijnen van het blad. Zoo rijgen we de afzonderlijke enkele blaadjes op en festonneeren ze vervolgens op 'j crêpe-georgette, later wórdt de zijde langs den omtrek van het bltu weggeknipt. Zoo doen we met alle motieven en u zult eens zien wat een aardig resultaat we van ons werk krijgen. ANNEMARIE. Manteljapon nan rootle looistof met zwart breil- schmantz-nest en bij passende handschoenen. Geheel nieuw zijn de mantels, waarvan alleen het bo venste gedeelte van bont is vervaardigd en het overige deel van een of andere wolstof. Dergelijke modellen maken vaak den indruk van een manteljapon, waarover een kort, los bontjasje of bolero gedragen wordt. MARGUERITE.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1931 | | pagina 20