ZEEUWSCHE De schoentjes, die voorbij En hooge hakjes, die coquet de steenen zoenen bij hun tred, ons gaan, Wat zeggen zij de menschen aan Een kinderschoentje, dat zich rap Voorbij ons haast met vluggen stap, stoere mannenschoen die gaat Met iikschen pas en zeer kordaat, Zoo stapt het leven velerlei in hak en zool, aan ons voorbij. Een klomp, die ruw, maar goed en sterk de kluiten trapt bij 't boerenwerk.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1931 | | pagina 32