I No. 33 VRIJDAG 15 JANUARI 1932 869 .De typische paalbouw nan een Sia- meesch dorp in de bedding eener rinier Enen voor de aankomst te Bandoeng passeert men den Papandaigan, een nan Jana's machtige nulkanen. De Woestijn nan Sinai. Als een nersteende branding ligt de gele harde leem mijlen en mijlen oer. Nog versch en pijnlijk is de in druk dien het noodlot van De Ooievaar voor enkele weken maakte, niet slechts in Holland en Indië, maar in geheel het buitenland, waar men met zooveel bewondering de praestaties van Den Vliegenden Hollander gadesloeg. Maar dadeli'K werd hechter dan ooit de verbroken keten weer aaneengesmeed en onze vliegtuigen doorkruisen weer als de snelle vogels, wier namen zij dragen, de luchtbaan tusschen Insulinde en het Moederland. Het onberekenbare nut dezer snelle, geregelde verbin ding is reeds zoo herhaaldelijk be toogd en uiteengezetwij willen aan de hand der foto's onzer vliegers eens 'n anderen kant van de kwestie laten zien, namelijk de onbeschrijf lijke schoonheid van zulk eene in drukwekkende luchtreis: eene halve wereld rond. Luchtfoto's K.L.M.) Perzische kust. De Perzische kust heeft meinig uan- Irekkelijks. Al mie de verstarde steenklompen ziet. waarin grijs en rood elkander afwisselen, neemt na een kwartiertje een boek en gaat zitten lezen. I eel afwisseling biedt de kust hier inderdaad niet.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1932 | | pagina 5