NACHT 7ZeoWfee OP DE 1308 VRIJDAG 15 APRIL 1932 No. 46 De zon verzinkt achter een dreigende kim. Bij dalende zon tvordt 'koers gezet naar het mij de veld van den arbeid. Hard is het leven van; het visschersvolk, dat de dorpen onzer Noord zeekust bewoont, en dat van geslacht op geslacht even trouw blijft aan het voorvaderlijk beroep als aan de [aloude zeden en gebruiken. Hard is het L'even niet alleen om de vele gevaren en de groote moeiten, die hetbe- roep der visschers mede brengt, maar evenzeer om de vele ontberingen in nachtrust en in geregelde voeding, die het weken- M lang verblijf op zee mee- PHH "i 0 JUSN» brengt. Want bij voorkeur 's nachts worden de netten met vaak kleine, soms groote vangst aan allerhande zeevisch binnengehaald en on middellijk daarna wordt de haring gekaakt en gekuipt, alvorens weer opnieuw het net de vleet wordt uitgezet. Toch heeft het leven op de wijde wateren voor den visscherman zijn bekoring en een schoonheid, die de stedeling maar weinig vermoedtde ruimte, de zilte lucht, de grootsche natuur zijn hem een behoefte, waarnaar trots alle moeite en ontbering zijn hart aan den wal blijft haken. Van de lusten en van de lasten van het visschersleven willen deze foto's een welsprekend beeld geven.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1932 | | pagina 28