Meneet komt booen utatet 1.322 VRIJDAG 22 APRIL 1932 No. 47 te weten, zeer na aan het hart ligt. Groeten en knuist, tot vanavond, Corrie." Met een diepen zucht en een gevoel van verlichting alsof er een zware last van hem werd afgenomen, stond Paul op. Wat hem er toe bracht of waar uit hij de waarschijnlijkheid putte, zou hij niet hebben kunnen verklaren, maar plotseling voelde hij de absolute zekerheid in zich, dat het einde van zijn lijden gekomen was en dat de meest gelukkige en liefste verwachtingen in zijn leven eindelijk op het punt stonden in vervulling te gaan. En zonder nog ergens naar om te zien, verliet hij de Sala de los Aben- cerrajes en daalde met een licht hart en schitterende oogen den Alhambra- heuvel af. HOOFDSTUK XXX DE SLEUTEL VAN DE POORT Cr is misschien niets op de wereld dat in tooverachtige schoonheid kan wed- ijveren met de zwevende rozentuinen van la Casa de Calderon en met die van het Generalife, de tuinen der weelde genoemd. Een donkere cypressenlaan geeft toegang tot uitgestrekte terrassen, waar rozengaarden bloeien zóó heerlijk, dat hun verrukking geen enkelen anderen droom van Andalusië be naderen kan. Lang voor den afgesproken tijd zwierf Paul reeds door de gaarden. Het gevoel van positief gelukkig-zijn kwam hier de volmaking nabij en het ver vulde hem zoo geheel, dat hij vergat waarvoor hij hier gekomen was. Leunend tegen een balustrade sloot hij even zijn oogen en toen hij ze, opgeschrikt door een licht gerucht, weer opende, staarde hij in een geliefd gelaat, waarover een zachte, warme gloed verspreid lag. Het was Tine's gelaat en de levendigheid van het visioen martelde hem zóó, dat hij zich met een ruk omwendde. Tegelijk trof hem een bekende stem en met eenige vlugge schreden liep hij Corrie tegemoet, die met uitgestrekte hand naar hem toekwam. Het meisje nam hem met een enkelen blik op en zij schrok zichtbaar van de verandering, die Paul's uiterlijk had ondergaan. Zijn vroeger goed gevuld gelaat was onder den invloed van het verdriet sterk vermagerd en de woestijnzon had het donkerbruin gekleurd, zoodat hij bijna onherkenbaar was. Paul had het meisje beide handen toegestoken en met een warme, impulsieve beweging greep zij ernaar en hield ze stevig omkneld. „Paul, beste jongen, ik ontmoette je vanmiddag tot driemaal toe in het Alhambra, zonder dat je acht op me sloeg. Ik herkende je aan je gang, zoo bracht je uiterlijk me in twijfel of je degene wel was voor wien ik je hield. Hemel, jongen, wat ben je veranderd...." Met een flauw glimlachje keek Paul het meisje aan. „Ik kan er heusch niets aan doen, mijn beste, mijn eenigste verontschul diging is, dat ik een moeilijke reis achter den rug heb. Je briefje was me een ware verrassing, verbeeld je, ik droomde juist van schoone Moorenvrouwen en ridders, toen die Moor als uit den grond verrees. Een Moor is een zeldzaamheid in het Alhambra, weet je Maar zeg me nu eerst eens dat je het goed maakt en dat moeder en Lou in welstand verkeeren," verzocht Paul. „Je moeder maakte het vier dagen geleden uitstekend en Lou eveneens. Ze wordt wat mager, Lou bedoel ik. Je moeder verlangde zeer naar je thuis komst, Paul." „Die arme moeder.zuchtte Paul, terwijl hij dacht aan den tijd dien hij van haar verwijderd had geleefd. „Nu, het zal niet meer zoolang duren, Corrie, voor moeder en ik elkander weerzien, aan het eind van deze maand, misschien reeds eerder keer ik naar Holland terug. Je weet misschien wel wat me vorig jaar de vlucht deed nemen „Ja, ik heb het vermoed, Paul," antwoordde het meisje, terwijl zij zich op zijn uitnoodigend gebaar naast hem op een bank zette. „Ik weet zoowat alles van die ongelukkige geschiedenis afik.ik heb je diep beklaagd Wij zijn vroeger altijd goede kameraden geweest en ikwel, ik had je graag eerder gewaarschuwd. Ik zag je vanmiddag voorbijgaan en mijn hart dwong me, om je om dit onderhoud te verzoeken. Je bent toch niet boos, omdat ik me in je intieme aangelegenheden meng „God beware me, dat ik boos zou zijn op iemand die het goed met me meent en me helpen wil. Want dat zoo heb ik het tenminste gevoeld is toch zeker je bedoeling Hij keek het meisje in gespannen verwachting aan, doch bemerkend dat zij bloosde onder zijn blik, wendde hij zijn oogen van haar af. „Is het.... zoo moeilijk, Corrie?" vroeg Paul zacht. „Ja, het is moeilijk," bekende zij, een beweging van onrust niet bedwin gend, „ik heb vanmiddag lang geaarzeld.... ik wilde je sprekenover haar „Over Tine, gelukkigviel Paul haar in de rede. „Over Lou," verbeterde het meisje verward. „Over Lou herhaalde hij, terwijl een schaduw over zijn gelaat vloog. „Over Louis dat noodig „Het een hangt misschien samen met het ander, Paul, en ik geloof dat ik veel kan ophelderen van wat je nu duister lijkt. Ik weet zelf niet of ik wel spreken mag, misschien zal me dit als een laagheid of een verraad worden aan gerekend, hoewel ik het onmogelijk als zoodanig kan voelen. Maar ik wil de schuld niet langer...." „Wat spreek je in raadselen van laagheid en schuld, Corrie viel Paul het meisje ongerust en ongeduldig in de rede. „Is die vreemde inleiding wel noodig, ik begrijp den samenhang niet, weet je „Ja, dat verwondert me niet ik zal trachten je alles geregeld te vertellen, maar vergeef me als ik wat verward ben in mijn verhaal. Het spreken valt mé niet licht, maar nog langer te zwijgen, geeft me het gevoel medeplichtig te zijn aan een boos opzet van Lou." Paul wierp het mejsje een hoogst verbaasden blik toe en vermijdend hem aan te zien, ging zij voort „Je weet natuurlijk wel dat Lou altijd veel van je heeft gehouden en dat ze al sinds jaren heeft gehoopt, dat je haar eenmaal vragen zou je vrouw te worden. Maar je weet misschien niet hoeveel zij van je hield of beter gezegd, hoe groot en sterk haar verlangen was met je te trouwen. Ik weet, Lou heeft het me zelf gezegd, dat je moeder haar dit voor-

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1932 | | pagina 10