A AAf V
ms
a-y-'
No. 51
m
„Opzitten en pootjes geven" doen ze
graag, wanneer het op eten aankomt.
Ik gebruik steeds dezelfde woorden voor bevel
of lofprijzing. Eindelijk leeren ze dan bepaalde
klanken verbinden met bepaalde bewegingen en
met de belooning voor het welslagen. In den dres-
suurtijd krijgen zij al hun voedsel als belooning
voor goed werk. Dit be
loopt per dier drie a vijf
pond visch per dag. Ander
voedsel dan visch 'willen
ze niet.
Vervolgens krijgt ieder
dier een naam, dien het
zijn leven lang houdt. Zij
leeren hun naam buiten
gewoon vlug, en op 't
tooneel zullen zij zich niet
bewegen, zoolang ieder
niet met zijn eigen naam
wordt toegesproken. Ver
schil in schranderheid
tusschen mannetjes en
vrouwtjes heb ik nooit
opgemerkt wel zijn de
vrouwtjes kalmer, en iets
vlugger tam.
Ik heb wel eens zeeleeu
wen, die hun naam ken
den, aan het strand los
gelaten zonderhalsbandof
iets. Als ik zoo'n dier bij
zijn naam noemde, kwam
het onmiddellijk uit het
water. Zoo volmaakte
gehoorzaamheid komt
zelfs onder honden niet
veel voor.
Nu en dan echter tref
ik een dier aan, dat een
voudig zijn naam niet
leeren kan. Zulke dieren
zijn heel goed om ten
toongesteld te worden, in
een dierentuin bijvoor-
VRIJDAG 20 MEI 1932
beeld, dus gaan zij terug naar den grooten vij
ver, waar zij de andere zeeleeuwen helpen tem
men, door hun vertrouwen in de nienschheid te
toonen. Andere echter zijn zoo bij, dat ze tot
vijf kunnen tellen het juiste aantal keeren
blaffen als het getal genoemd wordt.
We zijn nu zoowat drie maanden bezig. De die
ren, die naar den grooten vijver terug moeten,
zijn niets in hun schik. Ze spartelen tegen bij het
vervoer, blaffen protesteerend en willen soms
bijten. Een groot maar dom mannetje, vier jaar
oud, brak door het vijverhek heen en ging netjes
naar het sportgebouw terug. Op een ochtend vond
ik hem daar, mopperend tegen de andere zes, die
binnen woonden.
Als ieder exemplaar van een groep zijn naam
goed kent, begin ik hun twee woordjes te leeren
„hup 1" dat zeggen wil ga onmiddellijk op je
zetel, en „hit!", waarop het dier zijn vaardigheid
moet toonen met het
speeltuig, dat ik hem
gegeven heb, bal, hal
ter, stok, fakkel of wat
dan ook. Dan komt
„klaaren „braaf
hoor 1" Het eerste ge
bruik ik, om den troep
van de zetels of van het
tooneel af te krijgen,
het tweede als tevre
denheidsbetuiging na
goede prestatie. Daar
gaat altijd een stuk
1451
visch meesamen. De eenige straf, die ooit gegeven
wordt, is, dat een ongehoorzaam dier niet voort
mag gaan met zijn kunstje. Dat vinden ze ver
schrikkelijk. Als men zich van één hunner, die bezig
is, afwendt, en een ander aan den gang laat gaan,
voelt de eerste zich zwaarder gestraft, dan wanneer
hij een pak slaag kreeg.
Als ze eenmaal hun kunstjes in een bepaalde
volgorde geleerd hebben, protesteeren ze heftig
tegen iedere afwijking van de gewone orde. Ze
willen ook het too
neel niet af, voor ze
hunheele repertoire
hebben afgewerkt.
Ik heb eens 'n dier
gehad, dat van zijn
stoeltje afkwam, en
me aanstiet, eerst
zacht en dan steeds
v. -
r -M -S(
<-• ;V
Als een gladde, slanke
visch schiet de zeeleeuw
met een prachtigen
sprong in het water
om de visschen voor
het middagmaal te
bemachtigen.
Moeder en dochtertje.
harder, als ik een van zijn kunstjes achterwege
liet, of de volgorde veranderde.
Soms maken zeeleeuwen zelf een nummer. Zoo
nam eens een wijfje van drie jaar de gewoonte
aan, op haar achtervinnen te gaan zitten, en met
haar voorvinnen tegen elkaar te slaan, als ze me
zag aankomen met een emmer visch. Dit gaf me
een idee ik leerde haar zes kameraden, óók zoo
met de vinnen te slaan, als ze een stuk visch kregen.
Zoo scheen het, dat de dieren applaudisseerden, als
een collega iets netjes gedaan had, en dit wekte
altijd applaus van het publiek.
Een ander dier, een jonge man, leerde alles vlug,
maar weigerde, tegelijk met de anderen op zijn
zetel te klimmen. Als ik beval „hup 1" ging hij
naar zijn stoel, keerde zich dan om, keek me aan,
en begon te knorren, en eindelijk te blaffen. Door
hem te beloonen met een stuk visch, iederen keer,
als hij dit deed, mits hij tenslotte op zijn zetel klom,
maakten we een nummer in schijn een ruzietje
tusschen den zeeleeuw en zijn meester.
Er zijn twee drie jaren noodig, om een zee
leeuw van gemiddelde schranderheid en gewillig
heid af te richten, al heb ik wel exemplaren gehad,
die in anderhalf jaar klaar waren voor het tooneel.
Op 't oogenblik heb ik een mannetje van een jaar
onder handen, „Sunny Boy", een
der jongste dieren, die ik ooit ge
tracht heb, te dresseeren die zal
'n volmaakt artist zijn, als hij even
twee jaar is. Maar ik heb er andere
gehad, die ik nog in geen tien jaar
klaar zou krijgen voor de planken,
al waren ze zoo goedhartig en ge
willig ais een dier maar zijn kan.
Evenals sommige kinde
ren kónden zeniet leeren.
u.
Zeeleeuwen aan de kust van
de Zuidzee, tusschen Cali-
fornië en het Mexicaansche
schiereiland, waar de beste
zeeleeuwen voor de dressuur
gevangen worden
(Zie artikel)