VROUWENLEVEN Kleinegroote en grootere hoeden. Modellen van linnenvan kant en van allerlei soort stroo Zwart strooien hoed met veeren-fantasie in wit en zwart. Is het al zoo heel lang geleden, dat we allen dezelfde kiepjes droegen Je had 'n vilten cloche-modelletje diep over je hoofd getrokken. Het zat stevig vast en het hinderde niet al zat je haar niet zoo bizonder, want daar kwam immers geen snippertje van te zien. Je droeg dan zoo'n een voudig hoedje en je moeder, je zuster, je vriendin en je tante had den 'n dergelijk dopje. Eigenlijk was het wel gemakkelijk zoo. Je had niet lang te zoeken naar 'n nieuw hoedje, je nam maar aan dat 't je stond, want iedereen droeg immers zoo'n ding en het kwam je wel eens best gelegen, dat je heele kapsel eronder schuil ging. Toch zouden we nu wel weer zoo'n mode willen hebben, in plaats van de tegenwoordige Ik geloof dat maar weinig vrouwen volmon dig „ja" zullen antwoorden op deze vraag. We houden nu eenmaal van variatie, we houden van defeestelijk- Elegante witte hoed met zwart fluweel, witte gardenia's en een korte, zwart genopte voile. No. 2 Breton van glanzend stroo met kleine witte bloemen. Min of meer meestal meer schuin worden al onze mo derne hoeden gedragen. Dat is M een eigenschap die ze bij hun groote verscheidenheid alle met el kaar gemeen hebben, en ook nog deze dat ze van het kapsel zoo veel te zien geven, dat we daar extra zorg aan te besteden hebben. Een en ander geeft echter juist iets zwierigs aan de tegenwoordige hoe- denmode ik zou haast zeggen iets romantisch, wat we gaarne aanvaarden. De hierbij gaande foto's geven een beeld van de verschillende nieu we hoedentypes. Daar is vooreerst het eenvoudige modelletje van Jeanne France, een model strooien hoedje met als eenige garneering 'n zwart zijden lint om den bol en 'n veeren fantasie in zwart en wit. Dan de groote echte zomerhoed van ongebleekt fijn stroo met 'n garneering van breed zwart fluweel band. De bol van dezen hoed is zeer laag en de rand is van achte ren omgeslagen. Numero drie behoort tot 't genre gekleede hoeden. Deze wit strooien hoed heeft 'n garneering van zwart fluweel tegen den rand aan, terwijl 'n toef gardenia's en 'n zwart genopte korte voile 't elegante cachet aangeven. Van een heel ander genre is weer de breton van glanzend stroo, gegarneerd met kleine witte bloemen, een model van Suzanne- Brousse. En naast deze vier modellen zijn er nog ontelbare andere. Neen, als we geen keuze kunnen maken, ligt 't niet aan te weinig verscheidenheid PAULA DEROSE. Groote wit strooien hoed met garneering van breed zwart flu weelband. heid van 'n nieuwen hoed en tegenwoordig is 'n nieuwe hoed weer iets feestelijks. Als we nu geen keuze kunnen maken, dan kan dat liggen aan alle mogelijke omstandigheden, maar niet aan te weinig verscheiden heid of het moest we zen dat l'embarras du choix het ons moeilijk maakt. Verscheidenheid is er in alle geval genoeger zijn kleine hoedjes, iets grootere modellen en heele groote hoeden er zijn hoeden van kant, hoeden van lin nen en hoeden van allerlei soorten stroo. Er zijn ook hoeden voor allerlei beurzen. Kostbare hoeden natuurlijk, die zijn er altijd. Maar ook goed- koope exemplaren, die er niettemin aardig en elegant uitzien. De garneering der nieuwe hoeden is veelal heel eenvoudig. Ziehier 'n paar types voor wie zelf 'n hoed modern willen opmaken'n ripslint met ruitvormige stiksels in afstekende kleur om den rand gelegd en 'n strikje op zij geplisseerd smal lint in bladvorm genaaid en vier zulke bladeren ster vormig tegen elkaar aan gezet als eenige garneering tegen bol en rand aan 'n groote strik opzij van achteren 'n rand van bladeren met opzij 'n toefje kleine veldbloemen voor 'n grooten hoed of 'n genopt laklint eenvoudig om den bol heen en op zij in 'n kleinen strik gelegd. Zoo'n strik kan precies boven het rechteroog komen, waar de rand van het schuin gedragen matelootje even naar be neden wipt.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1932 | | pagina 18