L l/pW'I Cf vonWÖ t{ Siegfried Blutstein vertrok dus, en de andere huurders kwamen hem langzaam achterna, bedrukt, zwijgend en verbitterd. Zij keken elkaar niet eens aan. Alleen toen mevrouw Giesecke, beneden voor de deur, „zoo n beest zei, knikten ze allemaal met nadruk. u De heer Pietsch echter stak een sigaar aan. Van dat huis in de Mahren- holzstraat had hij niets dan narigheid. Wacht maar. Als hij dat volk er eerst maar eens uit had. Het bod van den heer Magnussen, die het huis wou huren om het als kantoor te gebruiken, bedroeg meer dan tweemaal zooveel, als de huur van al die hongerlijders bij elkaar. Maar die wouen er maar niet uit't zou ook een heele toer voor zijn, ergens anders onderdak te komen. 't Was zonde en jammer.... Hij rookte. Tijdens de diplomatieke onderhandelingen van de huurders met den heer Pietsch werd er in de Mahrenholzstraat nummer 17 een soort krijgsraad gehouden. Flox zat op de tafel in de huiskamer met haar beenen te bengelen. Tommy zat tegenover haar in den grooten leunstoel, en hij had de beenen opgetrokken als een Turk het was uit een oogpunt van gezondheid niet geraden in de woning der Winters langen tijd met den vloer in aanraking te bll,V Alles was vochtig. De kou trok langzaam en geniepig op, door alle leden 6 Flox was zooeven van haar kantoor thuisgekomen, en eerst nu hoorde ze van Tommy, dat de huurders dien morgen besloten hadden tot een gezamen- lijken pelgrimstocht naar den huisheer. Over dien kerel gisternacht heb ik maar niets verteld, zei hij nadenkend. „Maar nu wou ik er met u toch wel graag even over spreken, juffrouw Flox. „Komt u maar op, meneer Thomas." „Tommy alstublieft," smeekte hij. „Thomas klinkt zoozoo onge- loovig. Afschuwelijk. Nou, één ding lijkt me duidelijk al die ongelukken hier in huis, daar zit wat achter. Er is ergens iets niet, zooals 't zijn moet, en ik moet er achter zien te komen, wat er aan mankeert. Flox zat hem doodkalm te bekijken. Waaróm moet u dat eigenlijk vroeg ze. „Wat kan t u schelen, wi er zoo flauw is, hier electrische leidingen uit elkaar te peuteren en water balletten te organiseeren. Wat. Ze zweeg opeens. Bijna had ze hem gevraagd, wat hij hier eigenlijk in t algemeen kwam doen, de zoogenaamde reiziger in parfumerieën. Maar dat was bijna even erg geweest als een regelrechte verklaring, waa ze natuurlijk niet op gesteld was. Heelemaal niet. Hij zweeg een poosje. Nu kwam het er op aan, vooral geen fout te maken. Ze had hem gisteren, in een oogenblik, dat ze zichzelf niet beheersc en kon, bewezen, dat ze hem dat geval met Bobby niet kwalijk nam, meer nog dat hij haar niet heelemaal onverschillig was. Maar vandaag was ze schichtig en.... hoe moest hij t zeggen, wij felachtig. Hij merkte, dat zij zich innerlijk verwijten maakte over haar houding. Als hij zich nu rechten scheen aan te matigen, die hij nog niet beza die ze hem tenminste nog niet met vollen wil en onbewimpeld gegeven had - kon hij alles voor zichzelf bederven. U weet toch wel, die kerel, dien ik gisternacht achterna gewandeld ben,"die van de trap af kwam hollen, toen we.... toen we in 't gangetje St°" Flox kon niet beletten, dat zij vuurrood werd, en toen hij het zag, had hij liefst naar haar toe en op de tafel gesprongen, om haar hoofd tusschen zijn handen te nemen zooals gisternacht, „toen zij in 't gangetje stonden maar het gelukte hem nog juist, dien lust te bedwingen. Nou dat was dezelfde kerel, waar ik mee aan t boksen geweest ben dien eersten avond, dat we kennis hebben gemaakt, en ik had hem toen nog een souvenirtje beloofd. Hij is verdwenen in een zijstraat van het Reichskanzlerplein in de villa van een zekere mevrouw of juffrouw Renee Malvy. Kent u dien naam Renée Malvy? Natuurlijk. Ze danst inWaar danst ze ook weer? O ja in 't Nieuwe Operetten-theater. In een revue. „Duizend Mooie Meisjes heet 't stuk, of zooiets." Die schijnt er dus iets mee te maken te hebben, zei Tommy De auto, waar de kerel mee gekomen was, werd in haar garage gereden. Weet u wat, we moesten die revue direct vanavond maar eens gaan kijken, en onze oogen en ooren goed openzetten. Hebt u detective-talent „Dat weet ik niet, maar zeker wel genoeg, om naar een revue te kijken, denk ik." „Uitstekend." No. 7 Tommy sprong van zijn stoel op en af en strekte de hand naar haar uit. t Overeenkomst, bond, verbintenis," zei hij plechtig. „N.V. Flox en Tommy, detective-bureau. Nasporingen, inlichtingen, bemiddelingen. Uit stekende referenties." Flox lachte nog eens. Het sloeg in. Ze was van haar twijfelingen at, en zoo onbekommerd als een kind, dat men een nieuw spelletje heeft voorgesteld. Hij greep naar een krant. Duizend Mooie Meisjes", met Harald Larsen en Renée Malvy. Aanvang acht uur Het is nu bij zevenen. Ik geloof, dat we ons maar moesten gaan aankleedcn. Ik zal om half acht bij u aankloppen. Tot wederziens,compagnon. „Tot wederziens." Wacht evenvindt u niet, dat compagnons elkaar met jij en jou hooren aan te spreken Flox rimpelde even het voorhoofd. „Dat is alleen in het parfumerieënvak gewoonte," verklaarde ze, „niet bij detective-firma's." En zij verdween. TWAALFDE HOOFDSTUK Ruim een half uur later reden zij naar het Nieuwe Operetten-theater. Van tijd tot tijd wierp Tommy snel een schuinschen blik op Flox, die naast hem zat. Hij zag haar vandaag voor 't eerst in uitgaanscostuuin, en zijn hart verheugde zich. Wat was ze chic Er zijn zooveel meisjes, die zich voor den dag heel aardig weten te klee- den en toch bij de keuze van haar uitgaanskteeren niet meer smaak toonen dan'een dame uit Midden-Afrika of zelfs een burgerdame uit Engeland. De- eenvoudige, donkerroode japon, die ze droeg, niet te simpel en niet te opzich tig, stond haar uitstekend. Eigenlijk een onnoozel idee, dat ze in die revue iets te weten zouden kunnen komen. Hoopte hij dat eigenlijk wel Of was het alleen zijn verlangen, met Flox uit te zijn, dat hem gedreven had Goed bekeken was het hoogst onwaarschijnlijk, dat de dansdamc iets met de heele zaak had uit te staan. Het kon bijna niet Wat had zij er voor voordeel bij, of in het huis Mahrenholzstraat 17 waterwerken aan het spelen gingen, of daar de trapleuningen afknapten Sherlock Holmes zou natuurlijk in de koffiekamer van het Nieuwe Operetten- theater een beetje sigarenasch gevonden hebben, die ontwijfelbaar gemorst moest zijn door een zeeman die het aan zijn longen had, in een donker pak en met duistere bedoelingen rondliep, de verloofde van de danseres was, en op zijn linkerkuit een blauwen draak en de geheime geschiedenis van Mahren holzstraat 17 ingetatoueerd droeg. Of iets dergelijks. Het was misschien ook al een onnoozel idee, dat hij voor detective wilde gaan spelenals reiziger in toilet-artikelen had hij zich al meer dan vol doende geblameerd. Maar het beroep van detective had ontegenzeggelijk zijn voordeelen. Het beste bewijs daarvoor was, dat men Flox naast zich in den auto kon hebben, dat men met haar uitging en bovenal dat men met haar regelrecht een verbond had kunnen sluiten. Wie weet of er zich toch niet nog een gelegenheid zou voordoen, om als detective de smetten uit te wisschen, die men als reiziger in parfumerieën had opgedaan Verbeeld je bijvoorbeeld, dat hij dien grooten kerel van laatst eens tus schen zijn vingers kreeg. De „Duizend Mooie Meisjes" scheen een succes-stuk te zijn. Lr stond een breede slang van menschen voor de kassa, hoewel 't nog ruim 'n kwartier vóór het begin der voorstelling was. Tommy wachtte geduldig en drong ongemerkthij nam een kleine zij loge in het parket, en slenterde daarna met Flox door de gangen. Het meisje maakte schalksche opmerkingen over de opgedirkte uitgaansmenschen, nooit venijnig, maar altijd raak. Hij amuseerde zich uitstekend. Toen werd er gebeld, en buiten begonnen de auto's voor te rijden, alsof dat teeken voor hen gegeven werd. De bezoekers, die ruimer met aardsche goederen gezegend zijn, kwamen tusschen het eerste belteeken en het tweede bedrijf dat is zoo de gewoonte in Berlijn. In de loge was Flox in een stralend humeur. Ik heb nog altijd die óöö-stemming," zei ze, „net als vroeger, toen ik als klein kind voor 't eerst Hans en Grietje en de Poppenfee te zien kreeg." „Oöö-gevoel Hoe is dat „Dat krijg je, als 't donker wordt, en als 't gordijn opgaat." Toen had hij haar liefst nog maar eens gekust. Zij had zich wat naar voren gebogen en bestudeerde de bezoekers. Ze zag geen enkele kennisJammer Het was wel prettig geweest, zoo gezien te worden. Dat wil natuurlijk zeggennee, waarom zou ze zichzelf iets wijsmaken. Hij

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1932 | | pagina 28