die zich ernstig bewust zijn van de ver hevenheid hunner taak, en met saam- gekiemde lippen en gefronste wenkbrau wen naar de onbeschaamdheid van het wild om zich heen grijpende vuur staren. De slangen worden gelegdnatuurlijk mort het publiek, dat het door schreeuwende politiemannen achteruit wordt gedreven, en nu in lantaarnpalen, op da ken en schuttingen moet klimmen, om het werk der verwoesting te kun nen volgen. De slangen liggen; wanneer ze niet al te oud zijn, en ze niet te lang zonder proefstoomen op de stof fige zolders van het raadhuis of in deszelfs vochtige kelders heb ben gelegenwanneer Er zijn van die organisaties, welke ge doemd zijn een voorwerp van spot uit te maken van het publiek. De leden ervan worden met 'n meewarigen blik aan gezien, en moeten alles slikken, wat de volksgeest aan wijsheden en spot weet te verzinnen. En dat, terwijl zij toch dikwijls in het zweet des aanschijns werken voor een zaak van algemeen belang. De brandweer is dan een van de uitver korenen van het publiek. Haar uitrukken wordt echter met vreugde begroet, want inderdaad is de mensch geneigd tot alle kwaad. Hoewel er slechts enkele menschen zijn, die er ooit toe zullen komen, ergens den brand in te steken (rookartikelen uitgezonderd) kunnen de meesten niet nalaten, bij de eerste klanken van het onraadroepende kerkklokje met een bijna verheugd gezicht een brand te constateeren, al thans, wanneer het niet hun eigen bezittingen geldt. Het klokje klept en opgewonden menschen schieten met een zenuwachtig Waar Waar op de lippen uit hun huizen. Hebt u al eens opge merkt, dat men dan instinctmatig meestal in de richting van den brand loopt, zelfs al weet men nog niet, waar deze is? Alles stroomt te samen,en de op- en aanmerkingen zijn niet van de lucht. Betreft het een bakkerij, die een prooi der vlammen wordt, dan wordt geconstateerd, dat de broodjes gauw gebakken zullen zijn. Altijd weet de volks mond een geestigheid te yinden, die in ieder geval nooit zoo grof bedoeld is, als ze klinkt. Maar o wee als dan eindelijk (de meeste malen komt een brand weer Iaat) de brandweer aan komt zetten, op ons platteland veelal 'n min of meer gebrekkige instal latie, met de hand aangerold door hijgende burgers, belangstelling het dorp Jansland.) De brandweer is een van de uitverkorenen van het publiek. Oefening'te Vlissingen geen baldadige jongens, ontsnapt aan het strenge oog der politie, den moed en de brutaliteit bezitten om in een hoekje stiekum op een slang te gaan staan wanneer de waterstand in de naastbij gelegen sloot of vaart niet te laag is; wanneer. enzdan kan het gebeuren, dat na eenigen tijd een straaltje water te voorschijn komt, en een zacht gesis het beginstadium van den strijd van het natte tegen het droge element inluidt VRIJDAG 12 AUGUSTUS 1932 No. Voor de jeugd bestaan er weinig prettiger vermaken dan het oefenen van de brandweer. (Vlissingen)

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1932 | | pagina 8