No. 14
VRIJDAG 2 SEPTEMBER 1932
437
was, kleedde hij zich zeer zorgvuldig, besteeg zijn
paard en begon den vrij langen tocht naar het
hooger gelegen hospitaal. Hij wist dat er maar
weinig personeel in het hospitaal was. want het
schaars bewoonde eiland telde nooit veel zieken.
Maar hij wist niet, dat het op dat oogenblik slechts
bestond uit cén inlandsche, die het ruwe buiten
werk deed, de directrice-verpleegster, welke haar
middagslaapje nam, en de nieuwe assistente, die
op handen en knieën bezig was een deel van het
verzuimde ruwe werk te doen. Jim, bij het binnen
komen zoekend naar de zuster, viel bijna over de
kruipende figuur in een blauwe overall.
„Pardon," zei hij en toen „Margaret V' De
figuur, kruipend aan zijn voeten, keerde het hoofd
niet om. De bezige handen gingen nog iets vlugger
met den wrijflap heen en weer, nerveus-energiek,
maar Jim kon nog juist zien dat er een vurige
blos op het gezichtje verscheen.
„Wel," zei Jim zacht. „Heb ie me niets te zeg
gen Nog richtte ze het hoofd niet op, slechts
werd de blos nog iets dieper van schaamte en
vrees, en haar stem zei Ik.. het spijt me
„Ik heb dien zoogenaamden mr. William Lester
gesproken. Wist je dat hij m'n broer niet
was
Toen, in haar verbazing, zat ze overeind,
rustend op haar knieën, en staarde hem
aan met oogen zoo blauw als haar overall.
„Niet je broer Hij zei..Wie was hij
dan
„Don Stanley, een buurman van ons,
lang geleden, thuis. Een mislukkeling, een
oplichter van zijn jeugd af. Hij kende onze
familie en nam Willy's naam om een baantje
te kunnen krijgen."
„Ik zag wel dat jullie verschillend waren.
Maar je zei niets
„Nee. Toen je me die foto liet zien, Zag
ik wie het was, maar ik kon het niet over
mijn hart verkrijgen, jou te vertellen, wat
ik van hem wist, omdat ik dacht dat jij
met hem getrouwd was. Eerst wou ik de
situatie in Singapore eens opnemen.. Hij
is nu terug naar Amerika."
Het meisje zonk weer voorover op haar
knieën, het hoofd gebogen.
„Dus.. nu weef je ook dat ik gelogen
heb," zei ze, zoo zacht dat hij het nauwelijks
hooren kon.
„Ja, ik weet 't."
„Je bent hem nu kwijt. Maar.ik
Dat wist Jim al, maar het is niet ge
makkelijk dat duidelijk te maken aan een
vrouw, die geknield aan je voeten ligt.
Dat was geen juiste positie, voelde hij.
„Als je op wilt staan," zei hij met een
vreemden lach, „zal ik 't je vertellen."
„Nog niet," mompelde zij „niet voor ik
je mijn gedeelte van het verhaal verteld
heb. Ik werkte in Singapore op het kan
toor van 'n man die mijlastig viel. Daar
om moest ik bij hem weg. Ik ging toen
iederen dag eten in een gelegenheid waar het
niet zoo duur was. Op het laatst had ik
haast geen geld meer, en ik kon geen andere
betrekking vinden. Toen ontmoette ik Willy
hoe kon ik weten, dat hij Willy niet
was Hij vertelde me, dat hij je broer
was. We raakten oppervlakkig met elkaar
bekend, omdat we er allebei zoo akelig voor
stonden. Ik was zoo arm geworden, dat hij
een paar keer mijn eten betaalde. Overigens
is er niets tusschcn ons geweest. Toen las ik
die advertentie van mevrouw Wells, waar
in ze een nurse vroeg, en ik ging haar in
haar hotel opzoeken. Dat was het eerste
gelukje dat ik had. Maar ik kon haar geen
referenties opgeven, want ik wist dat mijn
vroegere patroon mij dan zwart zou ma
ken. Ik was wanhopig, maar plotseling
kreeg ik een idee, waardoor ik geen refe
renties zou noodig hebben. Ik vertelde haar,
dat ik met Willy was getrouwd en jouw
schoonzuster was. Toen nam ze mij dadelijk aan.
Ik vertelde Willy niets natuurlijk. Ik wist niet, dat
hij ook gelogen had. Je zal het wel niet willen
gelooven, Jim, maar het is allemaal de waarheid."
De korte harde zinnen kwamen vreemd van haar
lippen. Ze was *n vrouw, die voor zichzelf had moe
ten vechten, maar haar leven nobel gehouden had.
Die gedachte flitste Jim door het hoofd, terwijl
hij zich naar haar over boog. De wrijflap viel op
den grond, toen hij haar aan de handen omhoog
trok.
„Dat verleden komt er nu niets meer op aan,"
zei hij schorrig. „Natuurlijk geloof ik je. Wat er
op aan komt, is alleen ons beiden. Alleen, zeg
me of je ooit iets voor Don Stanley gevoeld hebt
„Nee, nooit. Dan zou ik zoo maar niet weggegaan
zijn van Singapore. Begrijp je dat niet
Haar oogen zagen hem nu open aan, simpel als
die van een kind. „Ik was naar Singapore geko
men," vertelde ze nog verder, „omdat mijn broer
daar woonde. Maar hij werd ziek en stierf. Dat kan
ik in elk geval bewijzen. Mr. Craig kan je zeggen
dat het waar is."
„Houd op zei Jim bijna ruw. „Jij en ik gaan
niet het leven beginnen met wettelijke bewijzen
van alles wat we zeggen. Je zult in me moeten
gelooven, zooals ik dat in jou doe. Wil je dat,
Margaret Hij sloeg zijn sterken arm voorzichtig
om haar heen, alsof hij half bevreesd was haar aan
te raken. Moe gewerkt, de haren in de war, zag zij
er niet op haar best uit, maar die twee gingen op dat
oogenblik zóó in elkaar op, dat ze er geen van bei
den het minste erg in hadden.
„Jim, als je alleen medelijden met me hebt, dan
trouw me dan niet om Gods wil, laat me dan
gaan zei ze en haar stem brak. „Ik zou 't niet
kunnen verdragen. Ik hou zóó veel van je, dat ik
ook alles van jou zou verlangen - geen medelij
den."
Maar toen ze hem aankeek, zag ze iets in zijn
oogen, dat er haar toe bracht haar hoofd tegen zijn
schouder te leggen. Jim had een vreemd gevoel,
toen hij zijn arm dichter om haar trok. Alle vage
hoop en idealen, waar het leven van een man op
steunen kan, en die te heilig zijn om ;n woorden
uitgedrukt te worden, waren voor hem besloten
in het meisje, dat hij in zijn armen geklemd
hield.
DE ONNEEMBARE BURCHT.
(RUiNE VAN TOURBILLON.
ZWITSERLAND) tf«t"
"Yet can Mek.