Vrouwenleven
Nieuwe
bontgarneeringen
No. 16
Er is op modegebied altijd wat nieuws. Oude
modes herhalen zich weliswaar, maar ze worden
dan toch in een eenigszins anderen vorm ge
goten en naast de herhalingen van de oude worden
steeds weer nieuwe vormen gevonden.
In het komende herfst- en winterseizoen zullen
vooral de bontgarneeringen opmerkelijk zijn,
garneeringen, die soms al heel ver afwijken van den
gewonen bontkraag en dito manchetten.
Natuurlijk krijgen we ook voor het nieuwe sei
zoen weer mantels met bontkragen, maar daar
naast zijn er allerlei andere garneeringen van bont
voor mantels en vooral ook van manteljaponnen.
En als we nog overschotjes bont hebben van jaren
her, dan kunnen we die nu te pas brengen, want
voor verschillende der origineele nieuwe garnee
ringen zijn slechts smalle reepjes bont noodig voor
het omzoomen van kraag en manchetten, van
schouderepauletten of pelerine. Een smalle reep
bont kan ook als 'n collier den hals omgeven en
met een neerhangende lus door een groot knoopsgat
in de japon gehaald worden. Of 'n iets breedere
bontreep hangt neer tot op de taille en wordt door
'n paar kruiselings over elkaar gaande banden
op de japon vastgehouden.
'n Andere garneering voor 'n donkere japon met
lange nauwsluitende mouwen vormen 'n paar korte
pofmouwtjes van lichtkleurig bont met 'n daarbij
behoorend rond mofje. Een donkere wollen of
fluweelen wandeljapon kan ook gegarneerd worden
met 'n paar kleine epauletten van bont en een dito
vest, dat onder de over elkaar geknoopte voorpan-
Zwart vilthoedje gegarneerd met
een rosette van zwart ripslint.
welke van voren kruiswegs over elkaar gaat. Zonder
die kleine cape is de japon ook voor in huis ge
schikt, terwijl dit fichu-achtige bijvoegsel er 'n
keurig wandeltoilet van maakt.
Vaak hebben de nieuwe manteljaponnen en
ook de herfstmantels 'n bolero, al wordt er soms
ook enkel door opgenaaide biais die vorm aan
gegeven. Jean Patou ontwierp zulk een japon
met een van voren over elkaar vallende en op
den linker schouder met 'n paar knoopen sluitende
bolero, die meteen 'n kleine schouder-pelerine
vormt. En dan is er een model met twee evengroote
revers op elkaar aan den kant van de knoopsgaten.
De onderste revers, in de stof van den mantel,
blijft omgeslagen.
De nieuwe mantels zijn eenvoudig van lijn
de voorpanden vallen 'n flink eind over elkaar.
De mouwen hebben vaak een garneering bij den
elleboog, ofwel de een of andere schoudergarnee-
ring. Ook bij mantels wordt hier en daar 'n bolero
gemarqtieerd. De kragen hebben soms de bont-
garneering enkel aan den binnenkant, zoodat
ze zich aan den volke vertoont, wanneer de kraag
is neergeslagen, maar waarvan letterlijk niets te
zien is, wanneer de mantel geheel is dichtgeknoopt.
Onze eerste Parijsche foto toont een zomer-
japon met kleine pelerine omzoomd met bont
een toiletje, bestemd voor zonnige herfstdagen.
De tweede afbeelding van een fraai namiddag
toilet geeft een voorbeeld van de hooge taillelijn,
welke door verschillende mode-ontwerpers wordt
gelanceerd. Dit elegante toilet van zwarte crêpe
met witte moesjes heeft een losjes omgeslagen
cape en een ceintuur van zwart moiré lint.
Het aardige herfsthoedje, dat hierbij wordt af
gebeeld, werd ontworpen door Juliette Bretagne.
Dit zwart vilten hoedje heeft als eenige garneering
een rosette van zwart ripslint.
PAULA DEROSE.
498 VRIJDAG 16 SEPTEMR!
den even te zien
komt in een drie
hoekje aan den
hals en 'n vierkant
bij de taille.
Er is vooral veel
werk gemaakt van
de manteljaponnen.
Heel practisch lij
ken mij de japonnen
met 'n kleine pelerine
al dan niet om
zoomd met bont
Namiddagjapon van zwart met wit gemoesd crêpe, waar
bij de hooge taillelijn nog wordt gemarqueerd door 'n
ceintuur van zwart moiré lint. Losjes omgeslagen cape.
japon en kleine cape met bontgar-
neering voor de eerste herfstdagen