■H
Hij concurreert, sterk maar bedaard,
met trein en booten,
kar en paard.
Hij past, zooals de sleutel gaat
in 't slot, maar net in deze straat!
De bus, het lokkend avontuur:
2elfs vrouwen vindt men aan t stuur.
Waar zit men veilig en zoo knus,
was het niet in een autobus?
Hij rijdt op boot en tram en veer
steeds onvermoeibaar heen en weer.