No. 29 VRIJDAG 16 DECEMBER 1932 925 Haar oogen rustten op hem met een eigenaardige uitdrukking. Er lag medelijden zoowel als teederheid in, en zorgvuldig verborgen bewondering. „Ik heb dit alles alleen verteld om te laten zien, dat in plaats van mijzelf te verlagen door mij bij uw menschen te voegen, juist het tegendeel waar is. Het is een speling van het lot en ik ben er dankbaar voor." „U zult u ongelukkig gaan voelen," zei zij op zachten toon. Terwijl zij nog in gesprek waren, naderden twee mannen den wagen. Dick stond met den rug naar hen toegekeerd en hij zag hen niet, maar aan de plotselinge bleekheid, die haar gelaat overtoog, bemerkte hij, dat zij iets gezien had, dat haar opwond. En zich bliksemsnel omwendend, herkende hij Lange Willem en den zigeuner, die zoo vlug met zijn mes was geweest. Hij rekte zich in zijn volle lengte en zijn gelaat verstrakte, maar Marga's hand viel op zijn schouder. „Wat wilde u doen vroeg zij op nauwelijks hoorbaren toon. „Op het oogenblik niets," zei hij, terwijl hij naar haar bleek gelaat op- blikte. „Wees maar niet bang, Marga. Kom nu, je beeft. Kijk, ik ben al weg 1" Meteen sprong hij het trapje af en zonder naar de beide mannen te zien, ver dween hij. Maar nauwelijks was hij bij het kampvuur gezeten, of de twee mannen kwamen in zijn richting geslenterd. Er was iets in de manier, waarop Dick overeind rees, dat aller oogen op hem vestigen deed. „Vrienden," zei hij, „ik ben een nieuweling hier in het kamp en ik wilde graag het volgende weten. Wanneer een uwer een grief tegen een der anderen heeft, wat doet hij dan „Het uitknokken, maat," riep een stem met een ruwen lach. „Dat dacht ik wel," zei Dick op kalmen, welhaast opgewekten toon. „Welnu, ik heb een grief tegen twee uwer." De mannen wisselden blikken. „Echter slechts twee," zei Dick, „voor de anderen gevoel ik alleen sym pathie en dankbaarheid en met uw verlof wil ik het uitknokken." Lange Willem, die de laatste woorden opgevangen had, maakte eensklaps rechtsomkeert, maar Dick greep hem bij den kraag. „Blijf waar je bent. Met jou heb ik nog een rekeningetje te vereffenen. En met jou ook," keerde hij zich naar den zigeuner, dien hij even te voren met Steve had hooren aanspreken. „Deze twee mannen," wendde Dick zich vervolgens tot de zigeuners om het vuur, „hebben zich tegenover mij op de meest ergerlijke wijze misdragen. Ik zal niet in bijzonderheden treden, tenzij de heeren daar per se op staan. Maar we zullen onze rekening zoo spoedig mogelijk vereffenen. Willem, keer je zakken om." Er klonk een nieuwsgierig gemompeltoen begrepen de toeschouwers, wat er aan 't handje was, en een gegrinnik van bijval en sympathie deed zich hooren. Willem, die zag, dat de meerderheid zich tegen hem keerde, en zich tegelijkertijd Dick's kracht herinnerde, legde zonder een woord te spreken den inhoud van zijn zakken in zijn hand. „Mij komt toe de somma van dertien en 'n halven shilling," zei Dick op vroolijken toon. „Wil misschien iemand de goedheid hebben, die voor mij aan te nemen De oude Davy trad naar voren en nam het verlangde bedrag uit de hand van Lange Willem, waarna Dick het met een opgewekt„Dank je, Davy," in zijn zak liet glijden. „En," zei hij, zich daarop tot Steve wendend, „dit heerschap is in het bezit van een groot mes, dat hem weieens in moeilijkheden zou kunnen brengen, wan neer hij het nog langer onder zijn be heer hield, waarom ik het zoolang voor hem in bewaring zal nemen. Vooruit, voor den dag ermee." Het gemompel in de rijen der om standers nam toe en plotseling riep er iemand „Daar komt Marga 1" Dick keerde zich half om en zag haar met vluggen tred naderen. Het volgende oogenblik stond zij aan z'n zijde. Hij hoorde, hoe zij naar adem hijgde, toen zij den zigeuner toevoegde „Geef hem het mes." „Zoo, dus jij kiest zijn partij grinnikte Steve, terwijl zijn gelaat wit werd van jaloezie. „Hij wil mijn mes heb ben, niet Nou, laat hij het dan grijpen." Dick schoof Marga zachtjes achter zich. Zij stonden nu in het midden van een grooten cirkel, die zich steeds nau wer om hen sloot. Dick wenschte, dat Marga niet op was komen dagen, maar er viel nu niets meer aan te veranderen. „Geen praatjes 1" beet hij Steve toe. „Je weet, waarom ik dat mes van je heb ben wilIk geloof, dat je blij zijn mag, dat je er zoo afkomt. Vooruit Toen Steve echter, in plaats van aan Dick's verzoek te voldoen, een hoonlachje liet hooren, wierp Dick zich op hem hij worstelde eenige oogenblikken, en voor dat hij er zich bewust van was, had hij het mes te pakken. De zigeuners braken in een luid applaus los. Een oogenblik scheen het, alsof Steve om zijn bezit De pyramide van Austeclitz op het hoogste punt van den Utcechtschen heuvelrug, midden in het natuurschoon van heide en groote bosschen. De oorspronkelijke pyramide werd gebouwd door de manschappen van het Bataafsche legioen, dat onder bevel van generaal Marmont gelegerd was in ,,de kamp van Zeist". In 1804 werd begonnen aan den bouw van dit monument, dat bedoeld was als ver eeuwiging van de overwinningen van Napoleon, ter wijl generaal Marmont het ook beschouwde als een geschikt object van werkverschaffing voor zijn sol daten, die na hun oefeningen ledig rondliepen. In 1805 namen deze soldaten deel aan den slag bij Austerlitz, die door Napoleon gewonnen werd. Het eerste gedenkteeken een aarden pyramide met een houten obelisk was reeds spoedig in verval. In 1894 werd de obelisk afgebroken en het monument in zijn tegenwoordigen vorm opge trokken een 12 M. hooge obelisk op een 20 M. hoogen zandheuvel. Men geniet er een rijk ver gezicht over den verren omtrek, bij helder weer tot Amsterdam, Culemborg en de Zuiderzee.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1932 | | pagina 29