KINDERKLEEDINC
'N CEHAAKTE CARNEERING
VOOR KINDERJURKEN
No. 34
Kinderjurk van roode wollen
stof, met geborduurde randen
Een der groote Parijsche ontwerpers van kinder-
kleeding zegt ergens, dat het aankleeden van
kinderen zoo uiterst moeilijk is. Je neemt ze de
maat en tegen dat de jurk klaar is, zijn die maten
misschien alweer veranderd. Dat in de eerste plaats.
En dan maak je wat veel werk van de kleertjes,
dan kunnen de kleinen er in uitzien als aangekleede
aapjes. Zoek je het meer in eenvoud, dan vinden
de mama's, dat je er je wat al te gemakkelijk
afmaakt.
Toch moet men bij kindcrkleeding vooral in het
oog houden, dat er veel eerder iets bedorven kan
worden door een teveel dan door te weinig opsmuk.
De natuurlijke bekoorlijkheid van 'n kind komt
juist in eenvoudige kleeding het beste tot haar
recht. Dat wil nog niet zeggen, dat men de kindcr
kleeding nonchalant behandelen moet. Er is soms
aan schijnbaar eenvoudige kleertjes heel wat werk
verricht. Maar het is uit den booze, wanneer
versierselen zich opdringen.
De kinderjurk van onze afbeelding werd ont
worpen door het modehuis Olga. Ze is vervaardigd
van roode wollen stof, heeft geborduurde randen
als garneering en 'n gladde lecren ceintuur.
Veel der Parijsche modelletjes van kinderjurken
hebben bretels, soms zijn het eenvoudige gladde
handen, soms vlechten van drie biesjes en bij meer
feestelijke zijden jurken zijn het vaak ruches, die
rokje en blouse met elkaar verbinden. Dan zijn er
de eenvoudige jurkjes met 'n smalle ceintuur om
het middeltje en het een of andere kraagje, dat hij
enkele modellen van voren als 'n fichu gekruist
wordt. Voor 'n iets grooter meisje is er 'n aller
aardigst model, 'n zwart fluweelen overgooier,
het rokje onder de knieën wijd uitvallend, het
lijfje met 'n ovale uitsnijding, en om 't middel 'n
smal ceintuurtje. Vlechten van 3 fluweelen biesjes
dienen tot schouderbanden en omgeyen de arms
gaten. Daaronder 'n eenvoudig zacht rose gebloemd
bloesje, ingerimpeld en in 'n smal biesje gevat
rondom den hals.
Voor de allerkleinsten zijn er nog altijd de heel
eenvoudige jurkjes, met 'n schouderstuk, het een
of andere kraagje en '11 vleugel- of pofmouwtje,
waarbij smalle valenciennes of 'n fijn gehaakt
randje tot afwerking dienen.
De kleine jongetjes verschillen in hun klceding
niet zoo heel veel van die der meisjes. Het rokje
wordt hier vervangen door '11 broekje, maar de
trui of het bloesje, dat voor 'n klein meisje dienen
kan, is ook voor 'n klein jongetje geschikt.
Voor feestelijke gelegenheden neme men 'n
waschbaar zijden bloesje, waarvan men kraagje
en manchetten met 'n klein strookje of kantje kan
versieren. Daarbij '11 opgeknoopt broekje van
fluweel of peau de pêche, en de kleine baas ziet
er keurig uit. Voor heel kleine jongetjes staan de
bloesjes met korte mouwtjes bizonder aardig.
Ze kunnen 'n omgeslagen manchet hebben, met
'n smal strookje als garneering, evenals 't kraagje.
PAULA DEROSE.
Het eenvoudige haakwerk dat hierbij
wordt afgebeeld leent zich uit
stekend voor de garneering van
kinderjurken, evenals voor lingerie.
Men kan het randje maken van fijn
wit haakgaren, en men kan ook fijne wol
er voor nemen of gekleurd D.M.C.-garen,
wat voor fluweelen of wollen jurken nog
aardiger zal wezen.
Men begint het randje met 12 losse st.
en haakt dan nog 3 losse voor het 1ste
stokje. Daarnaast haakt men nog 3 stok
jes, in den 4den, 5den en Oden lossen st.
Dan haakt men 4 losse en vervolgens 4
stokjes in de laatste 4 losse steken.
Men keert het werk om, haakt 7 losse,
4 stokjes op de 4 losse van den vorigen
toer, 3 losse en 1 stokje boven 't laatste
stokje. De 3de toer is weer als de Iste, de 4de
als de 2de, enz.
Bij het maken van 'n hoek keert men het werk
niet om, doch haakt 7 losse st. en vervolgens 4 stok
jes dwars op het gaatje van den voorlaatsten toer,
vervolgens 3 losse en 1 stokje op het einde van het
volgende blokje.
Op dezelfde wijze haakt men ook het entredeux
in zigzag-lijn, zooals op onze foto duidelijk te zien
is.
Wil men het entredeux als afwerking gebruiken
van 'n kraagje of voor den onderkant van 'n jurkje
enz., dan kan men het afwerken met 'n picot op de
volgende wijze Men haakt 4 vaste st. in ieder
gaatje en middenin 'n blokje van 4 stokjes telkens
1 vaste, 4 losse, 1 vaste st.
'n Doodeenvoudig jurkje of bloesje kan, afge
werkt met zoo'n gehaakt randje van wol in een
aardige afstekende kleur, werkelijk tot iets heel
bizonders worden.
Het simpele patroontje kan heel vlug gehaakt
worden en ieder zal wel voor zich zelf kunnen uit
rekenen dat de kosten van het materiaal héél ge
ring zijn.
Voor lingerie is gewoon haakgaren voor het
randje aan te bevelen.
THÉRÈSE.