Ofi tcis doot öftó land. Linschoten, in het Utrechtsche polderland. 3n Jtedetiandbcfi-3ndiï. Het bouwen van een hulpbrug van bamboe op Java, welke later dienst doet bij den bouw van de eigenlijke brug over de rivier. rondkomen. Daar kunnen Rob en ik voor zorgen, tot pap weer voortkan. Maar dit huisdaar zit ik mee vast." Tegelijk hoorden zij schuifelende, onzekere stappen op de trap. Het was op de achtertrap. Zij stieten de keukendeur open en zagen Fred Feene bij de kelderdeur. „O 1" riep hij uit, en hij keek naar Clara als een ondeugende kleine jongen, „ik wou heel even ergens naar gaan kijken. .„O, niet in den kelder gaan, Fred 1" „Er was iets op mijn werkbank. „Je zult kou vatten 1" „Met dat mooie weer? En 't is er juist altijd zoo warm en droog. Ik ben 't zoo zat, om maar in bed te liggen en een beetje door 't huis te scharrelen en niets om handen te hebben, Clara. Ik.. ik vind 't heusch vervelend!" Hij begon het hoofd te schudden en zijn gezicht vertrok tobberig. „Laat u 'm maar gaan I" fluisterde Effie aan Clara's schouder. „De dokter heeft gezegd, dat hij alles mag waar hij pleizier in heeft. Als hij zich bezig kan houden is hij gelukkig." Ze ging vroolijk voort, tot Feene „Ga uw gang maar, kameraad maar pas op, dat u geen sterken drank fabriceert, anders krijgt u de politie op uw nek Clara zuchtte, half wanhopig, half berustend. „Die kelder die kelder 1 Daar heb ik nu al haast dertig jaar mee op moeten trekken, Effie. Die kelder en zijn werkbank zijn voornamer voor hem dan de heele rest. Hij heeft een heel leven van vrijen tijd doorgebracht met peuteren, prutsen en knutselen Ik heb geprobeerd, hem mee uit te krijgen en menschen te leeren kennen. Nee, hij peutert liever. Ik probeer hem 's avonds stil te laten zitten om een goed boek te lezen maar hij peutert liever. Of we spelen bridge. Maar hij zou liever naar beneden gaan om te knutselen. Heusch ik denk wel eens, dat mijn man een beetje.getikt is 1" „Wat knutselt hij dan vroeg Effie. Clara haalde haar schouders op. „Ik probeer altijd, om het voor iedereen geheim te houden ik zou niet graag hebben, dat de buren hem vreemd vonden. Ik heb hem over gehaald om er niet over te spreken, en ik heb mijn uiterste best gedaan om hem er van af te brengen. Maar dat lukt me niet. Hij maakt kleine zeilbootjes." Clara deed haar openbaring in een geërgerd gefluister. Zij maakte zich vroolijk en was toegeeflijk en wanhopig, alles tegelijk. „Zeilbootjes herhaalde Effie. „Bedoelt u modellen Scheepsmodellen?" Clara glimlachte. „Zoo noemt hij ze tenminste. Hij wou, dat ik er ook modellen tegen zei, maar ik zie er niets anders in dan speelgoedbootjes. En daar besteedt hij jaren aan, Effie. Er is natuurlijk iets voor. te zeggen, dat een man een liefhebberijtje heeft. En Fred heeft altijd gewerkt als een paard. Maar waarom dan niet iets normaals Golf bijvoorbeeld of visschen of al was 't voor mijn part pokerIets, waar een mensch in beschaafd gezel schap over durft te spreken 1" Effie's oogen stonden helder en levendig. Haar wangen werden rooder van belangstelling. Zij bleef nog even staan, om haar schoonmoeder aan te zien met een raadselachtigen blik en rende toen de keldertrap af. Toen zij beneden was bleef Effie staan. Zij was een beetje bang voor hetgeen zij te zien kon krijgen. Als zij zich eens vergiste 1 Wat kon Fred Feene eigenlijk voor verstand hebben van modelmaken een tamme amateur van middelbaren leeftijd, een knutselaar Hij had al jaren lang kleine scheepjes gemaakt, en niemand had er zich druk over gemaakt. Niemand anders dan Clara. Effie hield zich voorbereid op een teleurstelling. Feene had zijn schoondochter niet gehoord. Hij hield een half voltooid model van een walvischvaarder tusschen de vingers en stond er verstrooid van te genieten. Effie zag, hoe hij het om en om keerde, het voorhoofd rimpelend van aandacht, de lippen vooruitstekend. Hij nam een mes van de werkbank en trok een oneffen draadje van het ongepolijste hout. Er ontsnapte hem een zucht. Het gewicht van jaren viel van zijn schouders. Hij begon binnensmonds te zingen, terwijl hij doorwerkte, .een blij, eentonig wijsje. Toen Effie naast hem stond en met haar wang tegen zijn schouder wreef, merkte hij eindelijk, dat zij er was. (Wordt vervolgd) „Zoo zou u 't kunnen noemen. Behalve dat 't alleen een gebouw van acht verdiepingen is. 't Is de grootste veilings- en tentoonstellings-onderneming van 't land, misschien wel van de wereld. Ze doen in alle mogelijke beroemde dingen, schilderijen, porselein, oude meubels, alles. Ze verhandelen de ver zamelingen van rijke lui, die op de markt komen. Dr. Paxley is een reuzenkraan. Je kunt hem zoo gek niet vragen over kunst of antiquiteiten, of hij weet 't. Ik ben vroeger secretaresse bij hem geweest, voor ik in 't westen in een museum gekomen ben, schat. Hij zei altijd, dat ik de dingen gauwer snapte dan de meisjes, die hij vroeger gehad had, en dat hij een expert van me zou maken." Effie grinnikte. „Ik was er achter gekomen, dat hij zat te springen op de kans, om me terug te krijgen en dat hij er best wat meer voor over had. Ik krijg nu vijftig dollar per week 1" Clara's oogen gingen wijd open. Zij keek haar schoondochter aan met een nieuw respect. Effie stond een beetje te pochen, maar daar had ze ook recht op. „Ik heb tegen Rob gezegd, toen we trouwden, dat 't het beste was, naar New York terug te gaan daar kan ik tenminste verdienen wat ik waard ben. Als we er bij rekenen, wat Rob verdient met zijn kaaswagen, zullen we er ons best doorheen slaan met z'n viertjes 1" „Die arme jongen," riep Clara uit. „Dat vind ik ook Maar laat Rob 't alstublieft niet hooren. Hij zal heusch nog een poosje in de delicatessen moeten blijven, moeder, 't Is wel goed voor hem, dat hij eens hard werkt. Rob heeft nog nooit van zijn leven aan gepakt, dus 't wordt hoog tijd, dat hij begint. Ik zal hem loslaten zoodra hij teekenen vertoont, dat hij mensch wordt. Dan zal ik hem helpen, om ergens een behoorlijk baantje te krijgen, maar ik geloof niet, dat hij nog hulp noodig zal hebben na een paar kaaswekenHij zal er tuk genoeg op zijn, om zelf wat beters te vinden zoo ben ik óók uit den bazar gekomen. Ik kon 't gewoon niet langer meer uithouden." „Ik wou dat ik ook een betrekking had zei Clara opeens met bitter heid. Ze ging naar het raam en sprak door, met haar rug naar Effie toe. „Dat is 't geloof ik juist, wat me gemankeerd heeft. Rob werd groot. Die had me niet meer noodig. Dat werk was ik kwijt, toen hij uit huis ging. 't Leven is zoo dom hier in Cranston, als je alleen maar vrouw bent en een meid hebt met gewoon gezond verstand. Je moest eens weten, hoe ik je benijd „Ik benijd heelemaal niet." Effie keek nadenkend. „Zoo'n leven als u hebt zou ik niet uithouden. Ik heb vooruit tegen Rob gezegd, dat ik óók wou werken. Anders deed ik 't niet. Maar u krijgt nu de huishouding weer, moeder. Na de volgende week hebt u Louise niet meer. En dit huis ook niet." „Effie, ik vind 't zoo verschrikkelijk, om hier vandaan te gaan. 't Is ons thuis. „Dan maakt u een ander Dat is uw betrekking. Net zulk gewichtig werk als 't mijne. Ik heb vandaag een pracht van een huisje gezien, dat maar vijfendertig per maand doet. Dat kunnen u en pap wel opbrengen. Clara huiverde, ,,'t Is zoo'n schande uit huis gezet te worden, omdat je de hypotheek niet kunt betalen 1" „Wat is daar voor schande aan Er zijn er zooveel, die pech met hun zaken hebben. Daar zal niemand u kwaad om aankijken." „Ik ben bang.dat 't zoo erg is.voor Fred." Effie's benedenlip trilde. Haar oogen keken verschrikt. „Moeder, ik zou er ik weet niet wat voor geven, als ik 't redden kon Als hij zijn positie en zijn gezondheid niet kwijt was, konden we misschien aan 't geld komen. Maar geen mensch durft iets te wagen met een gebroken man. 't Geld maakt de menschen zoo laf Clara keerde zich om, wanhopig smeekend. „Je kunt er wel iets op vinden Je hebt verstand van zaken. Je bent zoo zeker van jezelf. En handig. Je moet ons huis redden 1" Effie schudde het hoofd. „Kan niet. U weet, dat ik er een arm of een been voor over zou hebben. Maar een mensch moet tegen zijn verlies kunnen. Met 't huishouden kunnen we

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1933 | | pagina 31