GEBREIDE KINDERJURK
1394
VRIJDAG 31 MAART 1933
No. 44
VROUWENLEVEN
De aardige hierbij afgebeelde kinderjurk, vol
gens 'n patroon van Patons en Baldwins, is
gebreid met „Rose Fingering" vierdraads
wol. Om het gevlekte effect te verkrijgen, neemt
men 'n z.g. ,.marl"-kleur. Gebreid met aluminium
naalden no. 3 wordt dit jurkje, gemeten van den
schouder, 60 c.M. lang. De wijdte onder de armen
gemeten, is 65 c.M. Lengte van de mouwtjes
ondermouw 8 a 9 c.M. Deze maten verkrijgt
men als er bij het breiwerk, goed uitgestreken, 6
steken komen op 2c.M.
Voor de garneering van het jurkje neemt men 'n
bijpassende effen kleur wol. Men denke er aan,
telkens den lsten draad om den 2en te winden als
men aan 'n nieuwe kleur begint.
De voorkant: Men begint met de gemeng
de wol, waarmee men 133 st. opzet en breit
eerst 6 toeren r.
7de toer: 6 r., 2 aver., 5 r., 2 aver. Van
herhalen tot de laatste 6 st., welke r.
gebreid worden.
8ste toer: 1 r.verder aver., de laatste
steek r.
Den 7den en8sten toer herhaalt men tot 't
werk, van het begin gemeten, 32% c.M. lang
is, eindigend met 'n toer als de 7de. Dan
gaat men verder als volgt
1ste toer: 1 r., 5 aver., 3 aver, samenbr.,
4 aver. 3 aver, samenbr., 2x2 aver, sa
menbr. Van herhalen tot de laatste 15
st. Dan 2x3 aver, samenbr. en 4 aver. De
laatste st. r.
Dan breekt men de gemêleerde wol af en
breit 8 toeren r. met de effen wol.
Na het breien van dit ceintuurtje breit men
verder met 2 kluwens gemengde en 1
kluwen effen wol als volgt
1 ste toer: r. 4 st. gem., 6 effen, 57 st. gem.
2de toer: r. 1 gem., aver., 56 gem., r. 6
effen, aver. 3 gem., r. 1 gem.
Deze beide toeren herhaalt men nog 3
keer. In de beide volgende toeren meerdert
men 1 st. aan het einde van de naald. Dan
breit men nog 5 toeren zonder meerderen
waarna men breit als volgt
lste toer: r.t 6 gem., 12 effen, 53 gem.
2de toer: r. 1 gem., aver. 52 gem., r. 12
effen, aver. 5 gem., r. 1 gem.
3de toer: r. 1 gem., 1 st. meerderen, 5 gem.,
12 effen, 50 gem., 1 st. meerderen, 2 gem.
4de toer: r. 1 gem., aver. 53 gem., r. 12
effen, aver. 6 gem., r. 1 gem.
5de toer: r. 7 gem., 12 effen, 54 gem.
4den en 5den toer 1 keer herhalen en nog
1 keer den 4den toer.
9de toer: r. 13 gem., 6 effen, 54 gem.
10de toer: r. 1 gem., aver. 53 gem., r. 6
effen, aver. 12 gem., r. 1 gem.
lide toer: r. 1 gem., 1st. meerderen, 11 st.
gem., 6 effen, 51 gem., 1 steek meerderen,
2 gem.
12de toer: r. 1 gem., aver. 54 gem., r.
6 effen, aver. 13 gem., r. 1 gem.
13de toer: 4 st. afkanten voor het armsgat,
r. 10 gem., 6 effen, 55 gem.
14de toer: 4 st. afkanten voor het 2de
armsgat, r. 1 gem., aver. 50 gem., r. 6 effen,
aver. 9 gem., r. 1 gem.
15de toer: r. 1 gem., 2 st. samenbr., 7
gem., 6 effen, 48 gem., 2 samenbr., 1 gem.
16de toer: r. 1 gem., aver. 49 gem., r. 6
effen, aver. 8 gem., r. 1 gem.
17de toer: r. 1 gem., 2 st. samenbr., 6 gem.,
12 effen, 41 gem., 2 st. samenbr., 1 gem.
18de toer: r. 1 gem., aver. 42 gem., r.
12 effen, aver. 7 gem., r. 1 gem.
19de toer: r. 1 gem., 2 st. samenbr., 5 gem.,
12 effen, 40 gem., 2 st. samenbr., 1 gem.
20ste toer: r. 1 gem., aver. 41 gem., r.
12 effen, aver. 6 gem., r. 1 gem.
21 ste toer: r. 1 gem., 2 st. samenbr.,
4 gem., 12 effen, 39 gem., 2 samenbr.,
1 gem.
22ste toer: r. 1 gem., aver. 40 gem., r. 12 effen,
aver. 5 gem., r. 1 gem.
23ste toer: r. 6 gem., 12 effen, 41 gem.
24ste toer: als de 22ste.
25sfe toer: r. 12 gem., 6 effen, 41 gem.
26sfe toer: r. 1 gem., aver. 40 gem., r. 6 effen,
aver. 11 gem., r. 1 gem.
27ste toer: r. 12 gem., 6 effen, 41 gem.
Beide laatste toeren 2 keer herhalen, dan den
26sten toer nog 1 keer herhalen.
33ste toer: r. 12 gem., 35 effen, 12 gem.
34ste toer: r. 1 gem., aver. 11 gem., r. 35 effen,
aver. 11 gem., r. 1 gem.
35ste toer: r. 12 gem., 35 effen, 12 gem.
Beide laatste toeren 2 keer herhalen.
40ste toer: r. 1 gem., aver. 11 gem., r. 6 effen, 23
st. stevig afkanten voor het halsje, r. 6 effen, aver.
11 gem., r. 1 gem. Op de laatste 18 st. breit men ver
der als volgt
41ste toer: r. 12 gem., 6 effen.
42ste toer: r. 6 effen, aver. 11 gem., r. 1 gem.
Beide laatste toeren 2 keer herhalen, daarna den
41 sten nog 1 keer herhalen. Dan voor den schouder
afschuinen als volgt
lste toer: r. 6 effen, aver. 6 gem., omkeeren.
2de toer: r. 6 gem., 6 effen.
3de toer: r. 6 effen, omkeeren.
4de toer: r. 6 effen, afkanten.
Op de overgebleven 18 st. breit men nu als volgt
voor den 2den schouder
lste toer: r. 6 effen, 12 gem.
2de toer: r. 1 gem., aver. 11 gem., r. 6 effen.
Beide toeren 2 keer herhalen, waarna
men den schouder afschuint
lste toer: r. 6 effen, 6 gem., omkeeren.
2de toer: aver. 6 gem., r. 6 effen.
3de toer: r. 6 effen, omkeeren.
4de toer: r. 6 effen.
5de toer: r. 6 effen, 12 gem., afkanten.
De achterkant. Met gem. wol 133 st. op
zetten. Men breit alles precies eender als aan
den voorkant tot en met de ceintuur van
effen wol. Dan gaat men verder, met gem.
wol, als volgt
lste toer: r.
2de toer: 1 r., aver, tot den laatsten St., 1 r.
Deze beide toeren herhalen. In den 7den
en 8sten toer meerdert men 1 st. aan het
einde van de naald. Deze beide meerde
ringen herhaalt men, in eiken 7den en 8sten
toer, tot men 75 st. op de naald heeft. Men
eindigt met 'n averechtschen toer.
Nu kant men 4 st. af aan het begin der beide
eerstvolgende naalden, voor de armsgaten,
en breit dan verder aldus
1 ste toer: 1 r., 2 samenbr., r. tot de laatste
3 st., 2 samenbr., 1 r.
2de toer: 1 r., aver, tot den laatsten st., 1 r.
Deze beide toeren 3 keer herhalen. Daarna
breit men door zonder minderen, tot 't arms
gat even hoog is als bij het voorste gedeelte
van de jurk. Men eindigt met 'n aver, toer en
schuint de schouders af op deze wijze
lste toer: r. 12 gem., 35 effen, 6 gem.,
omkeeren.
2de toer: aver. 6 gem., r. 35 effen, aver.
6 gem., omkeeren.
3de toer: r. 6 gem., 35 effen, omkeeren.
4de toer: r. 35 effen, omkeeren.
5de en 6de toer: r. 29 effen, omkeeren.
7 de toer: r. 29 effen, 12 gem., af kanten.
De mouwtjes. Met gem. wol 24 st. opzetten.
Men breit in patroon en zet aan 't einde van
iedere naald 2 st. bij op, tot men 60 st. op de
naald heeft. Daarna breit men in eiken 5den
en 6den toer, aan het einde van de naald,
2 st. samen tot er nog 54 st. overblijven.
De daaropvolgende toer: 1 r., 2 aver. 2
aver, samenbr., 3 aver. Van herhalen,
den geheelen toer door tot de laatste 6st.
Dan 2 aver, samenbr., 3 aver., 1 r.
Men breekt nu de gem. wol af en breit
nog 7 toeren r. met de effen wol, waarila men
het mouwtje afkant.
Het tweede mouwtje wordt precies een
der gebreid.
Men naait dan de schoudernad^n dicht
tot aan het effen randje en naait de mouw
tjes aan. Dan strijkt men het geheele werk
onder 'n vochtigen doek, waarna men de
zijnaden van jurkje en mouwtjes dicht naait.
Voor de sluiting aan het halsje naait men
'n paar knoopen aan en bijpassende lusjes.
Drie groote knoopen naait men, ter garnee
ring, op het voorpand.
THÉRÈSE.
Gebreide kinderjurk van tweeërlei wol.