DE SCHIPBREUK DOOR MARCIA MACDONALD Uitslag Prijsvraag, voorkomende In 't Premieboek „Eendags-koningin" Lilian Desmond was in de bovenste slaapplaats in de hut aan boord van het stoomschip zoo goed als in slaap gevallen, toen de stoot zich deed gevoelen, waardoor zij bijna uit bed werd geslingerd. Zij klemde zich vast aan het houten schot en trachtte zich eerst een denkbeeld te vormen van hetgeen er kon zijn gebeurd. Beneden haar weer klonk een geluid van vallende voorwerpen, ver warde kreten volgden na een oogenblik van onheil spellende stilte, en ten slotte werd alles overstemd door het luide geschreeuw van een klein schepsel, dat zich in de onderste slaapplaats van de luxe hut had bevonden, en vandaar als een stuk kleeren door de kleine ruimte was geslingerd in doods angst lag het wezen nu op den vloer. Mrs. Adelia Patton was een rijke vrouw, wier geheele leven erop was ingesteld om het zichzelf zoo aangenaam mogelijk te maken. Deze egoïsti sche karaktertrek was door mr. Patton reeds vroegtijdig ontdekt en hij was dan ook zoo vriende lijk geweest om het tijdelijke met het eeuwige te verwisselen, daarbij zorgdragende, dat er een groot fortuin achterbleef, waardoor zijn vrouw onge stoord al haar verlangens in vervulling kon laten gaan. Reeds in de eerste twee uur, nadat zij als gezelschapsjuffrouw bij deze dame in dienst was getreden, zag Lilian Desmond in, dat zij te doen had met de zelfzuchtigste vrouw, die zij ooit in haar leven had ontmoet. Terwijl zij zich vast klemde aan het vrij wankele schot van haar kooi en zich zoodoende eveneens in een niet al te aange name positie bevond, had zij moeite zich er van te weerhouden, de waanzinnige kleine vrouw iets minachtends toe te roepen. De weduwe schreeuwde, wrong haar handen en riep om iedereen voor be scherming, alsof zij één van de meest op den voor grond tredende en onmisbare menschen was. Het meisje wreef snel haar oogen uit, waardoor de laatste twijfel aan den waren stand van zaken onherroepelijk werd verdreven, en sprong over den hellenden vloer van de hut. Zij knielde naast de vervaarlijk gillende vrouw en legde een hand kalmeerend op haar voorhoofd. „Mrs. Patton, houdt u zich toch alstublieft rustig. Het heeft toch geen doel om zóó te schreeu wen. Heeft u zich bezeerd Houdt u zich dan even stil, totdat ik heb vastgesteld, wat er eigenlijk is gebeurd. Het is best mogelijk, dat er niets aan de hand is en dan zou u gevaar loopen u belachelijk te maken. Is er daarentegen wél iets gebeurd, dan zullen wij het hoofd bij elkaar moeten houden om ons snel te kleeden en weg te komen." Haar rustige stem trok gedurende een oogenblik de aandacht van de vrouw, maar bij de veronder stelling, dat er iets gebeurd kon zijn, zette zij weer een geschreeuw op, dat het meisje door merg en been ging en haar in de verleiding bracht haar mees teres eens flink door elkaar te schudden. Zij begreep echter heel goed, dat het fataal zou kunnen worden, hun tegenwoordigheid van geest te ver liezen, vandaar dat zij zich snel omwendde en haas tig eenige kleedingstukken begon aan te trekken. Intusschen kroop haar „werkgeefster" luid klagend over den vloer „Je bent een. ongevoelig meisje om alleen maar aan jezelf te denken, terwijl ik bijna sterf van angst. Waarom doe je niet iets Misschien zinken wij wel 1 Wij zullen verdrinken 1 O hemeltje 1 wij zullen wij zullen verdrinken. En niemand kijkt er naar mij om, niemand denkt aan mij. Waarom heb ik er ook niet aan gedacht, dat gehuurd gezelschap in oogen- blikken van gevaar nooit aan mij zal denken Niemand zorgt er voor mij Lilian keerde naar haar terug, greep het kleine' schepsel onder de armen, zette haar overeind en schudde haar een paar maal heen en weer. „Houd u toch still" sprak ze verontwaardigd. „Hoe zou iemand voor u kunnen zorgen, wanneer u op zoo'n manier te keer trekt. Oa op den rand van uw bed zitten en trek snel wat kleeren aan. Het is best mogelijk, dat wij geen tijd te verliezen hebben." „O, dat kan ik niet, dat kan ik niet 1" jammerde de vrouw, terwijl zij wederom op den vloer zonk. „Zie je dan niet, dat ik over mijn zenuwen heen ben Jij moet mij aankleeden. Waar betaal ik je anders voor? Ik zal je onmiddellijk ontslaan, zoodra wij aan land komen. Zóó'n behandeling 1" „Mrs. Patton, luistert u nu eens," zei Lilian, terwijl zij wederom probeerde kalm te spreken en ondertusschen voortging met zich te kleeden. „Het is nu niet de tijd om zich als een kind aan te stellen. Ieder oogenblik dat wij langer hier blijven, kan gevaarlijk zijn. U moet snel iets aantrekken en ondertusschen zal ik zien, wat er is gebeurd." „O, je gaat mij toch niet verlaten, je laat mij hier toch niet alleen aan mijn lot over De vrouw slaakte opnieuw een doordringenden kreet. Lilian begaf zich echter, zonder acht te slaan op dit pro test, naar de deur en wierp deze open. Een hofmeester snelde voorbij. „Een aanvaring riep hij zonder eenige nadere toelichting, vóórdat het meisje hem iets had kun nen vragen. „Allen aan dek 1" Toen snelde hij verder. Er kwam een vastberaden trek om den mond van het meisje en zij wendde zich tot haar metgezellin, die de onheilspellende woorden had gehoord en haar met groote angstoogen sprakeloos aanzag. „Slaat u dit om," zei Lilian zonder veel plicht plegingen, terwijl zij een lange zijden ochtend japon greep, die op dat oogenblik het eenige on middellijk bereikbare kleedingstuk uitmaakte. „O, maar daarmee kan ik toch niet aan dek gaan weerstreefde de ijdele vrouw. „Haal dien grijzen sportmantel, die is beter geschikt. En dan mijn haar je moet mijn haar ook nog opkammen. Die pennen kunnen er toch niet in blijven zitten." „Wij hebben geen tijd om dat alles eerst nog te doen. Het schip zal niet wachten met zinken, tot dat u zich voor deze gelegenheid hebt gekleed, 't Haar opkammen doen wij wel weer eens op een anderen keer Zij sloeg de japon om haar heen en knoopte deze dicht. Dit kostte eenige moeite, omdat de weduwe niet direct geneigd was zich kalm te laten helpen. Zij was als een kind, dat bemerkt zijn zin niet te krijgen, en dan begint te schreeuwen en te slaan. „Je bent een wreed meisje," snikte zij harts tochtelijk. „Pak onmiddellijk mijn parels. Dan kan ik die ten minste niet kwijt raken. En waar zijn mijn ringen Lilian wierp het juweelenkistje naar de vrouw, meer om haar tevreden te stellen dan om de kost baarheden in veiligheid te brengen. Bovendien zag zij nog een lange, warme sjaal liggen, die zij snel om mrs. Patton's schouders sloeg. „En hier is uw portemonnaie 1" Ter verdere geruststelling deponeerde zij deze in de kleine, bevende hand. „En nu moeten wij onmiddellijk naar boven 1" „Maar mijn haar 1" Mrs. Patton greep naar de pennen. „En ik zie vreesetijk bleek. Zóó kan ik toch niet naar boven gaan." „Wrijft u maar even met dezen zakdoek over uw gezicht 1" Lilian gaf haar een zakdoek in de hand en duwde haar in de richting van de deur. „Vooruit, wij moeten ons haasten 1" Maar de weduwe werkte niet mee. Haar gezicht zag doodsbleek en zij vreesde bij voorbaat reeds, wat zij misschien op dek te zien zou krijgen. Het krachtige jonge meisje moest ten slotte de jammerende vrouw opnemen en aan dek dragen. Dit kostte haar veel moeite. Niet door het gewicht, maar door de losse kleeding en de pogingen van de weduwe om zich te bevrijden. Eenmaal aan dek, vergat mrs. Patton de haarpennen en haar bleek gezicht en volgde zij weer haar oude gewoonte, namelijk alleen rekening te houden met zichzelf en niet aan anderen te denken. Op het dek heerschte de grootste verwarring. Niemand gunde zich bijvoorbeeld den tijd, er ook maar de minste aandacht aan te schenken, hoe zij was gekleed. Voor het eerst in haar leven vergat ook zij haar uiterlijke verschijning. Evenals alle andere passagiers dacht zij uitsluitend aan zelf behoud. Lilian zette haar in een dekstoel, maar mrs. Patton bleef nu niet bij de pakken neerzitten, zooals zij dit in de hut had gedaan. Zij vloog over eind en snelde op haar slaapkamermuiltjes over het dek. Toen Lilian om zich heen had gezien en zich weer tot haar wilde wenden, bemerkte zij, dat haar meesteres was verdwenen. In vertwijfe ling begon zij te zoeken en zij ontdekte haar ten slotte onder een groep passagiers aan die zijde van het schip, waar een boot werd gestreken. Zij zag hoe de weduwe zich, met een voor haar onge kende energie, een we§^ baande door de menigte en Lilian bereikte de plek nog bijtijds om te zien, hoe haar meesteres over de verschansing klauterde. „O, mrs. Patton!" riep zij, maar er was een sluwe trek op het zelfzuchtige gezicht van haar meesteres, zooiets als van een gierigaard, wanneer zijn goud in gevaar is. Haar leven was haar goud en dit beschermde zij, zonder daarbij iets of iemand te ontzien. Voordat Lilian haar had bereikt en vóórdat het eigenlijk tot iemand doordrong, wat zij deed, sprong de vrouw over de verschansing mid den in de reeds overbemande boot. Zoo is het begin van den nieuwen roman, welke deze week in de serie der Hollandsche Biblio: theeksuitgaven komt te verschijnen, een boek dat ook niet zal nalaten den lezer van de eerste tot de laatste bladzijde te boeien. Veel kunnen we hierover niet meer zeggen, slechts ditop mee: sleepende wijze wordt hier verhaald met welk een zelfopoffering en toewijding een schipbreukelinge zich het lot aantrekt van een voor haar onbe kenden man, dien zij met schier bovenmenschelijke inspanning uit de golven weet te redden, waarna zij, zoo uitgeput als zij is, niét rust vóórdat zij hem gered en buiten gevaar weet. Na weken van liefderijke zorg is dit moment aangebroken het: geen voor haar tevens zeggen wil dat zij het eiland, waar zij tezamen waren aangespoeld, moet ver: laten, wil zij hare gevoelens te zijnen opstphte niet verraden, vooral nu zij sterke vermoedens koestert, dat haar lotgenoot zijn hart reeds aan een meisje had weggeschonken. Hoe ten slotte het verdere verloop en de ontknooping van dezen vlotgeschreven roman zich ontplooien, dit te ont: dekken laten wij aan de lezers over. U weet 't, de prijs van onze premieromans bedraagt voor een ingenaaid exemplaar slechts 17y2 cenf, voor exemplaren in luxe:prachtband slechts 70 cenf. Franco toezending volgt na ontvangst van postwissel groot respectievelijk 22% ®0 cenf. In dif boek bevindf zich weer een prijsvraag. Op verzoek van de administratie der Hollandsche Bibliotheek deeten wij hier den uitslag mede van de prijsvraag, voorkomende in het boek „EENDAGS-KONINGIN". De gevraagde woorden zijnHorizontaal 3. Club; 6. Aha; 7. El; 9. Do; 10. Ida; II. Lok; 13. Er; 15. Ar; 16. Lek 18. Sensationeel 20. T. 1 21. Ra 22. Re 23. En 25. Paar 26. Post. Verticaal 1. Personeel 2. Sylvester 3. Cholera 4. La 5. Bed 6. A.D. 8. La 10. Ik 12. Or 14. Leo 15. Aster 16. Li 17. Kneep 18. Stap 19. Last 22. Ra 24. No. De hoofdprijs, zijnde een prachtige verstelbare fauteuil met kussens, viel ten deel aan F. v. d. Linde, Dahliastraat 23, Den Helder. De overige prijzen, ieder f 2.50, aan H. Berends, Wilhelminastraat 70, Emmen Liza van Gils, Kloosterstraat 10, Goirle Mevr. Ochsendorf, Arnhemschestraat 86, Scheveningen Wed. A. Christiaans, Rijksweg a 273, Swalmen J. W. v. Raalte, Ziekenhuis, Almen N. Braaijer, Markt 205, Wierden J. S. de Waard, Paul Krugerstraat 12, Assen'; G. Westra, Noordkade 78, Drachten E. Zadoks, Hofstedestraat 25 a, Rotterdam J. Lceftink, Wijnkampstraat 39, Goor L. de Weerd, P. v. d. Doesstraat 100 (111), Amsterdam R. Kramer, Diezerplein 39, Zwolle A. Veenstra, Grindweg 55, Winschoten Van Ede van der Pais, 16 Caroline van Nassau- straat, Den Haag Takkenberg, Scholkade 68, Musselkanaal J. Maijer, Laareschsingel 137, Enschede W. de Vos, Graniumstraat 42, Leeuwar den L. Clemens-Boersma, a/h Vleeschhuis 36, Maastricht M. Zwarts, Croeselaan 36, Utrecht II. W. Zens, Lambrechtsstraat L 88, Middelburg.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1933 | | pagina 26