No. 8 VRIJDAG 21 JULI 1933 231 Antwerpen heeft het vraagstuk al opgelost, dat te Amsterdam en Rotterdam nog bestaat, het vraagstuk van verkeer en oever verbinding in steden met een breed water in Amsterdam het 1], in Rotterdam de Maas. In de laatste stad is dit vraagstuk thans weer actueelhet is in den gemeenteraad besproken en de Regeering over weegt den aanleg van een tunnel onder de Maas als object voor werkverschaffing. In de Belgische havenstad zijn de ponten als ver voermiddel over de Schelde afge schaft; ze zijn niet meer noodig. Binnenkort zullen daar de twee tunnels onder de Schelde in ge bruik worden gesteld, een voor voetgangers en een voor het ver keer. Voor 500 a 600 millioen franc heeft men daar een oplos sing verkregen voor het moeilijke vraagstukhet verkeer gaat niet meer den langen en langzamen weg over het water, maar vindt onge stoord een weg onder het water, Door den verkeerstunnel van 2 K.M. lengte met een rijweg van 6,75 M., kunnen 2000 voertuigen per uur van oever tot oever gaan; de voet gangerstunnel, die 570 M. lang is met 'n weg van 3,80 M., heeft 'n ca paciteit van 16000 personen per uur De tunnel tijdens den bouw. De tunnel bestaat uit ijzeren ringen met betonper dag werden zeven van deze ringen geplaatst. Detail van de tunnel-ringenelke ring bestaat uit segmenten van 60 cM., die met bouten en moeren aan elkaar, en aan de volgende ringen verbonden worden. De voetgangerstunnel onder de Schelde te Antwerpen De tunnel voor voertuigen begint aan beide zijden van de Schelde met een helling in de openlucht, ter lengte van 170 M., en ver dwijnt dan onder de straat. De helling zet zich voort tot onder de Schelde; alleen het middelste gedeelte loopt vlak.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1933 | | pagina 7