De opbouw van het kamp voor de bijeenkomst van de Wereldvredes-padvinders te Renesse. houtdcagcr. Een vecfrissching bij de pomp. De intocht. J60 VRIJDAG 18 AUGUSTUS 1933 KAMPEEREN Het befaamde: terug naar de natuur!de nood kreet van de 18e eeuw, welke zijn sterksten aanhanger vond in Rousseau, werd in de practijk niet meer dan een overdreven galafeest in de open lucht, dat met een gezonde openlucht cultuur al bitter weinig te maken had. Het gaat niet aan, in dit bestek historisch verband te leggen tusschen de theorie van toen en de hedendaagsche practijk, hoe zeer dit verband ook aanwezig kon blijken te zijn. Vast staat, en dit is ook alleen van belang, dat de poë tische verzuchtingen van maan zieken hebben moeten plaats maken voor een eenvoudig buitenleven van kerngezonde jonge menschen, welke min stens één maal per jaar de stadslucht voor eenigen tijd willen kwijtraken. Vroeger was kampeeren iets voor Boschjesmannen of ont dekkingsreizigers, welke laatste hun leven veil hadden (zoo schreven toch de kranten) voor de wetenschap, en niets ont zagen, om hun idealen te verwezenlijken. De tegenwoordige jeugd lacht daar om. Terecht. Kampeeren is gemeengoed geworden, heldenmoed is er niet voor noodig. De strijd tegen spinnen, wespen, regen en de vele andere kleine onaangenaamheden, welke het kamp leven kunnen vergallen, heeft reeds lang zijn angstwekkendheid verloren.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1933 | | pagina 8