No. 15 .VRIJDAG 8 SEPTEMBER 1933] Toen de anderen terugkwamen, zat Agnes de bladen van een album om te slaan, en haar gezicht was vuurrood. Oswald liet zich nonchalant op een stoel in haar nabijheid neervallen hij zag, dat haar handen trilden. Hij nam zich onmiddellijk plechtig voor, haar nooit meer met Plashet alleen te laten en den secretaris bij de eerste gelegenheid betaald te zetten, wat hij haar had aangedaan. IV. WAAKZAAM. „Een brief voor u, juffrouw Delmont." Edna Thornton gaf haar de gesloten envelop aan haar blik zou men zeggen, dat ze die graag zelf geopend zou hebben. Verwonderd verbrak Agnes de sluiting alle kleur verdween uit haar wangen en van haar lippen. „Toch geen slecht nieuws, hoop ik?" riep Omwald uit. Er klonk zooveel bezorgde angst in zijn stem, dat Plashet hem scherp aankeek. „Het kind, waar ik gouvernante bij was, is plotseling gestorven. Ze schrij ven me, dat ze mijn diensten niet meer noodig hebben," zei het meisje, en haar lippen trilden smartelijk. „Wat een schande riep Heath. „Ik vind het een meevallertje," zei de secretaris binnensmonds. „Ik had hun verteld, dat ik nierheen ging, om mijn mo.eder.te bezoeken ennu sturen ze al mijn bagage hierheen," ging zij voort, en er schoot een blos in haar bleek gezicht. „Die dame schijnt van afdoende maatregelen te houden," zei Plashet hij kon -nauwelijks zijn tevredenheid verbergen over de' gedachte, dat Agnes nu zooveel langer op Ellerslie zou moeten blij y.en. Juffrouw Thornton legde haar hartelijk 'n hand op den schouder en zei „Als de zaken zoo staan, zal er wel niet veel andeTs voor u opzitten, dan hier te blijven op zijn minst, zoolang u geen andere betrekking hebt." „Maar. „Beg.nt u nu niet te „maren" 1" riep Plashet. „We kunnen u nu in geen geyal laten gaan. We moeten maar zien, dat we prettige dagen krijgen met ons vièrtjes. Ik voor mij kan niet vinden, dat het kind een ongeschikt oogen- blik heeft uitgekozen, om dood te gaan." Agnes Delmont keek naar hem met ergernis en met .verbazing .tevens. Als hij heer en meester was geweest op Ellerslie, had hij niet aanmatigender kunnen spreken. En hij, èn juffrouw Thornton verzocht haar, te blijven, zonder dat er in het minst aan de vrouw des huizes gedacht werd het leek wel, of zij ver geten waren, dat er een juffrouw Heath bestond. „Ik kan het geen erg geschikten tijd vinden, om plannen voor prettige daagjes te maken," zei .ze. „Ik ben tenminste bang, dat ik er niet veel aan zal hebben." „Hoezoo vroeg Plashet, nog steeds even opgewekt. De groote, eerlijke oogen van het meisje keken hem aan met een blik, die al haar afkeer uitsprak. „Ik begrijp niet, dat u zooiets nog vragen kunt. Ik heb pas gehoord, dat mijn moeder overleden is de eenige, die ik op de wereld had. Daarom alleen ai kan er voor mij geen sprake zijn van prettige daagjes." „O, maar we zijn heelemaal niet van plan, om u te laten treuren. U hebt u tot nu toe alvast buitengewoon kranig gehouden.'.' „Ja, omdat ik niet geloof, dat zij in Cannes gestorven is," kwam haar onverwacht antwoord. i Toen zij die woorden eenmaal uitgesproken had, kon ze haar tong wel afbijten van spijtigheid, dat ze zjch zoo had laten gaan. i Edna Thornton scheen er al haar biozende opgewektheid door te verlie zen ze kneep de tintelende blauwe oogen half dicht en haar blik werd norsch. Met een bijna schrille stem riep ze uit „Gelóóft u niet, dat uw moeder in Cannes gestorven is Agnes ving een waarschuwenden blik van den jongen dokter op, en zij bloosde vurig. Zij was één en al verlegenheid, toen zij antwoordde „ik dacht niet na, toen ik dat zei. Ik bedoel dat.dat ik het me niet in kan denken. Zij was altijd zoo gezond, zoo sterk ze is nog nooit ziek geweest „Dat zijn juist de menschen, die onverwachts aan hun einde komen," mengde zich de secretaris in het geval. Ook hij zag er eigenaardig bleek en verschrikt uit. „Een mensch kan de zwaarste slagen dragen, zonder er de volle be/teeke- nis van te vatten," zei Oswald, die liefst maar gauw van onderwerp verander de, „en dat is een zegen, dien we lang niet genoeg waardeeren. En als ik ook een woordje mee mag praten, lijkt het me, dat juffrouw Delmont wijs zou doen, als ze voorloopig maar hier bleef tenminste, als juffrouw Heath er geen bezwaar tegen heeft" Plashet keek hem een beetje achterdochtig aan. Had hij er een bedoe ling mee, dat ook hij het meisje probeerde over te halen Ik zal het heel graag doen als juffrouw Heath zoo vriendelijk is om mij uit te noodigen.. Maar u schijnt te vergeten, dat ik een totaal vreemde voor naar ben ik heb heelemaal geen recht, om aanspraak te maken op haar gastvrijheid. Ik heb toch al zooveel verplichting aan haar....'1' „Als zij hoort, hoe u er aan t.oe b.ent, zal ze erg boos worden, als u ook In rij en gelid. (In het dal van de Rhóne bij Vernayaz, Zwitserland.)

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1933 | | pagina 29