van een Zeeuwschen Vogelkenner Kluut op 't nest. Schouwens mooiste vogel. Zilvermeeuw bij 't nest. Duinen te Haamstede. Scholekster bij zijn eieren in t barre zand. No. 16 Het eerste slachtoffer voor de lensde koekoek. Kieviet, zich op de eieren zettend. Duinen te Haamstede. VRIJDAG 15 SEPTEMBER 1933 zeevogels zijn moeilijk te vinden. Dat prikkelde. En nog kan ik geen vogel zien, of ik moet zijn nest vinden, al laat ik nu de eieren liggen „En is uit die eierzoekerij uw liefhebberij te voor schijn gekomen vroegen wij verder. „Ja, eigenlijk wel. Later echter kwam ik in aan raking met het blad De Levende Natuur. Dit was een openbaring voor me. Ik zag er voor het eerst vogelfotografie, die me geweldig aantrok. In Ooster- iand, waar ik toen spoedig heenging, nam ik mijn eerste proeven. Maar mijn foto-materiaal was niet voldoende, en ik had de techniek nog niet onder de knie. Maar toen ik mij in 1909 in Noordgouwe vestigde, waar ik nu 25 jaar woon, heb ik mij een goede camera aangeschaft." „En toen trok u aan het werk „Ja. In 1903 was een eerste publicatie van mij verschenen in De Levende Natuur, over reigers. Natuurlijk nog zonder foto's. Maar nu wou ik het vogelleven voor de lens krijgen. Eerste slacht offers waren de vliegenvanger en karekiet. En zoo geregeld verder." „Wanneer verscheen uw eerste boek „In 1925. Toen was het echter al oud 1 Tot het schrijven van een boek was ik aangemoedigd door Dr. Metz, toen chirurg te Noordgouwe. Ik ging met het manuscript naar Versluys. Een proefvel werd afgedrukt, maar daar bleef het bij. Het manuscript bleef toen 10 jaar liggen, tot ik in aanraking kwam met Brusse. Die zag er dadelijk wat in, en gaf t uit." „Dat was Ranke Wieken „Juist. Het werd goed ontvangen, en is ongeveer uitverkocht. Trouwe Wachters volgde spoedig. Daarna Van Diverse Pluimage, en Van Vreemde Kusten. En nu is dan mijn jubileumuitgave Blijvers en Trekkers verschenen." „En al uw boeken behandelen grootendeeis het Schouwsche vogelleven „De meeste wel. In overig Zeeland kwam ik niet veel, omdat Schouwen in den grootsten overvloed geeft, wat heel Zeeland biedt. Van Vreemde Kusten behandelt een reis naar de Sciily-eilanden, die ik in 1925 maakte." „En hebt u nu nog plannen „In Zeeland heb ik mijn gebied geheel afgewerkt. Ik zou nog wel een paar series foto's willen maken van vogels, die hier niet voorkomen. Ik heb de laatste jaren ook buiten het eiland gewerkt." „En is er in het vogelleven veel veranderd, sinds u er werkt „Gedeeltetijk, ja. In cultuurlanden moeten de vogels afnemen. Vooral, nu het steeds meer ge woonte wordt, 't hout langs de wegen op te ruimen. Omgekeerd gebeurt het ook, dat het aantal van een bepaalde soort toeneemt. Zoo b.v. broedde voor 25 jaar de stormmeeuw alleen in de Schouwsche inlagen, en was ik de eerste, die van dezen vogel een foto publiceerde. Nu broedt deze vogel langs de geheele zeekust." Wulp op het nest toestap- pend. Duinen te Haamstede. „Acht u het werk, waaraan u zich geeft, ook in het belang van het onderwijs „Zeker. Het einddoel moet zijnhet publiek moet de dieren met rust laten. Natuurlijk, wanneer menschelijke belangen in het gedrang komen, moet er wel eens ingegrepen worden." We bleven nog wat napraten met onzen gastheer, die ons nog veel wetenswaardigheden vertelde uit zijn lange practijk. Rest ons nog een woord van aanbeveling voor de jubileumuitgave: Blijvers en Trekkers, mede bij Brusse verschenen, en verlucht met een uitge breide serie prachtige foto's. Wij wenschen dit boek een ruim afzetgebied toe, een afzetgebied dat het werk van dezen onvermoeiden en kundigen onder zoeker zeer zeker verdient. v. B.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1933 | | pagina 9