No. 17 VR1JDAG 22 SEPTEMBER 1933 533 de aangewezen man ten minste dat vonden zij beiden om haar de nog vergeten hoekjes van de stad te laten zien. Hoe het feitelijk precies in zijn werk was gegaan zouden zij geen van beiden kun nen verklaren, maar na de eerste aarzelende vraag van Billy of hij haar door Bangkoks schoonheid mocht rondleiden, waren zij onafscheidelijk. Billy was, eenmaal over zijn verlegenheid heen, een goed prater en een man in den vollen zin van het woord. Na hun eersten kus was het opmerkelijk, dat zij hoofdzakelijk de meer afgelegen en minder bezochte tempels gingen bezoeken. Dat Horn niets ontdekte, kwam vooral wijl hij het zoo druk had met zijn bankzaken. Maar zijn zesde zintuig van jaloersch vader waarschuwde hem ten laatste. Op een dag, vroeg teruggekomen van kantoor, begon hij zonder eenige inleiding „Dorry, kind, ik had liever, dat je niet zooveel omging met dien kerel van Corner. Je weet, ik mag hem niet." „Maar ik wel, vader," zei Dorry kalm. „Daarom trouw ik met hem." Natuurlijk pakte de oude heer Horn uit. „Een fortuinjager, een gelukzoeker 1 Je trouwt niet met hem, hoor je 1" Dorry bleef kalm. „Billy is geen gelukzoeker. Hij is een man, een echte man. En ik trouw wel met hém. Weet u wat de kwestie is met u? U wil, dat ik een man trouw, waar u den baas over kunt spelen. U wil geen echten schoonzoon, maar een willig werktuig, dat u bovendien kan leeren golf- spelen. Heusch, vader, als u Billy leert kennen, zult u inzien, wat een lieve jongen hij is. Ik hou van hem," zei ze eenvoudig. Mr. Horn liep kwaad weg, regelrecht naar dr. Raem, om daar advies in te winnen. Deze bleek zoowaar een uitstekend plan te hebben om de geliefden te scheiden. „Als ik iemand een tijdje weg wil hebben," zei hij, „stuur ik hem altijd met een boodschap naar den Radjah van Johor. De Radjah bezit een tinmijn, die ik al 18 jaar van hem probeer te koopen. Maar ik weet, dat hij dat nooit doen zal. 't Kost drie weken om een audiëntie te krijgen bij den potentaat, en nog eens drie weken vóór hij, na veel smoesjes, weigert, 't Is een Mohammedaan, die een geweldigen hekel heeft aan Engelschen. De beste diplomaten hebben al geprobeerd de mijn van hem te koopen. Mijn boodschap aan den Radjah van Johor zal Corner minstens een vacantie van zes weken bezorgen. Waarschijnlijk meer, want de reis, heen en terug, neemt bijna twee weken in beslag." Mr. Horn sloeg zijn vriend van genoegen op den schouder. „Prachtig, kerel. In dien tijd zijn wij al weer op weg naar Europa. Dorry zal hem gauw genoeg vergeten zijn." 's Avonds, tijdens het diner, gaf dr. Raem den jongeman zijn opdracht. „Als je slaagt," besloot hij, „kan je zelf bepalen, welk baantje je bij me wilt hebben." Billy en Dorry wisselden een blik van schrik. Intuïtief keek Dorry daarna naar haar vader. Toen zij een triomfantelijk lachje om zijn lippen zag spelen, vernauwden zich haar groote bruine oogen. Ook Billy begreep de situatie volkomen, maar hij kon niets anders doen dan toestemmen. Zijn contract met dr. Raem liep nog twee jaar. De boodschap aan den Radjah kende hij maar al te goed. Dat was een van de meest bekende mop pen, die in Bangkok de ronde deden. Na het diner wist Dorry haar vader alleen te spreken te krijgen. Zij zag wit van woede. „O, wat vind ik dót laf, vader Wat gemeen 1 Openlijk durft u hem niet aan, maar u geeft hem een steek in den rug. Ik ken die geschiedenis van den Rad jah. 't Is een voorwendsel om ons te scheiden. Het is niets voor u zoo unfairIk had 't nooit van u kunnen denken nooit 1" Verschrikt door den blik in haar oogen mompelde mr. Hom iets van „romantische leeftijd", en „gauw vergeten" en „bestwil". „U kunt niets positiefs tegen Billy inbrengen," onderbrak Dorry. „Hij is bekwaam en eerlijk. Ik kan hem niet opgeven." Toen mr. Hom zijn dochter een beetje onzeker van hem zag weggaan, sprak zijn geweten wel even. Maar hij maakte zich wijs, dat hij gehandeld had uit oprechte liefde voor zijn Dorry. De neoel te New York trekt op en omhult de wol kenkrabbers. of de hooge gebouwen in brand staan. Billy Corner verliet den volgenden morgen vroeg het huis om den trein naar Penang te nemen, zonder van iemand afscheid te nemen. Toen later het ont bijt voor de anderen werd opgediend verscheen Dorry niet. Zij was nergens te vinden. Het was moeilijk uit te maken of uit haar garderobe ook kleeren verdwenen waren. De politie werd gewaar schuwd mr. Horn liep wanhopig door Bangkok dr. Raem, die op zijn wijze veel van het meisje hield, zat versuft in zijn studeerkamer. Tegen den avond werd het geval, dat 'n smartelijk mysterie dreigde te worden, opgelost door een telegram „Vanmorgen getrouwd. Volmaakt gelukkig. Hebben het verrukkelijk. Mijn man zendt hartelijke groeten. Vergiffenis per telegram kan ons bereiken in Orient Hotel, Penang. Veel groeten. Dorry." Mr. Hom maakt van de grif geboden gelegen heid om vergeving te schenken geen gebruik. Echter wierp hij zich nu met zooveel energie op de taak, die hem naar Bangkok had gevoerd, dat hij in een week alle duistere zaken had opgehelderd en een catastrophe voorkwam. Dit gelukkige resultaat verzachtte eenigszins zijn gevoelens tegenover Dorry, maar nooit, zoo lang hij leefde, besloot hij, zou hij haar man vergeven. Na een maand keerden zij van hun huwelijks reis terug, stralend van geluk. Mr. Horn beant woordde Dorry's hartelijken kus koel. Zij moest maar eens voelen, hoe diep zij hem gegriefd had. Den echtgenoot negeerde hij volkomen. Op haar eerste woorden liet hij haar los, of zij hem gestoken had. „Billy heeft den Radjah er toe gekregen om „ja" te zeggen." Dr. Raem veerde op uit zijn stoel. Billy grin nikte hem vroolijk tegen. ,,'t Is allemaal gekomen door dat barnsteenen beeldje," verklaarde Dorry opgewekt. „Toen u Billy met die oudbakken boodschap naar den Radjah stuurde, begon hij na te denken over wat u van dat beeldje had gezegd. Dat 't niet Boeddhis tisch was, en er waarschijnlijk Arabisch in gegra veerd was. Daarna bedacht hij, dat de Radjah een orthodox Mohammedaan was, en toen hij van een kenner in Penang hoorde, dat het beeldje de moeder van Mohammed voorstelde, speelde hij zijn troef uit. Hij gaf het beeld aan den Radjah. Die was er zoo verrukt over, dat hij met genoegen de mijn wou verkoopen. Hij gaf schitterende feesten ter eere van ons. Als vorsten zijn we be handeld." „Ik heb 't op schrift," voegde Billy er aan toe. „Alles is in orde." „Heb ik je niet gezegd, dat hij een flinke kerel was?" zei dr. Raem opgetogen tegen zijn vriend. „Hij heeft geluk gehad," zei mr. Horn onwillig. „Weet u wel," viel Dorry liefjes in, „dat Billy, als hij slaagde, zelf een goed baantje bij u mocht kiezen Nu, het directeurschap van uw Londensch kantoor is vacant. We hebben besloten, nietwaar, Billy, dat we dat wel ambieeren. Dat is toch goed, hè, dokter? Ja U bent een schat. Dan zijn we meteen dicht bij vader. Die is anders zoo eenzaam, nietwaar, vadertje Mr. Horn zei maar niets. Op de boot, terug naar Engeland, had Mack Hom zijn schoonzoon nog wel niet officieel ver geven, maar zijn gevoelens waren toch zoo ver zacht, dat Dorry het beste durfde hopen. Op een morgen hoorde zij beider stemmen op het achter dek stil sloop zij nader. Daar zag zij Billy naast haar vader staan de laatste had een afgezaagden bezemsteel in de handop het dek was een groote, witte stip geteekend. „Juist," zei Billy. „Nu den schouder nog iets meer naar achteren het hoofd ook 1 Slaan 1" Suizend kwam de stok neer, een haarbreedte van de stip. Haar echtgenoot knikte goedkeurend. „Dat gaat al heel goed. Nu alleen nog wat oefenen, en u speelt een puike partij in Engeland." „Zou je dat werkelijk denken, Billy vroeg haar vader dankbaar. Dorry sloop weer weg, zich verontwaardigd afvragend, hoe lang die golftraining al aan den gang was.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1933 | | pagina 21