No. 19 VRIJDAG 6 OCTOBER 1933 583 Ofschoon aanplanting van nieuwe iepen wordt ontraden door deskundigen, zien we toch wegens groote gehechtheid aan deze boomsoort in onze gewesten nog /verschillende jonge iepeboomen. Een rij jonge iepen langs den weg naar Krabbendijke. zameling foto's, waarop ver schillende stadia van de iepenziekte zijn afgebeeld, en 'n serie gekleurde platen zijn mede door het Baarnsche Laboratorium ingezonden, evenals grafische voorstel lingen van de verwoestingen, welke de iepenziekte heeft aangericht in Rotterdam, Utrecht en Hilversum. Op een kaart van Europa is 't verbreidingsgebied van de ziekte aangegeven. Voorts behoort tot deze inzending zeker het niet het minst belangrijke deel 'n groote verzameling takken van ver schillende iepensoorten, waar onder ook Amerikaansche en Aziatische. Deze zijn gerang schikt naar hun gevoeligheid voor de iepenziekte. De hoop wordt gekoesterd, dat er onder deze uitgezochte exem plaren zich 'n enkel bevindt, dat op den duur den tegen- zijn afgestaan door het mu seum voor Noord- en Zuid- Beveland, den iep in het dorps- en stadsbeeld uit vroeger tijden doen zien. Op een kaart van Nederland zijn aangegeven de provincies, gemeenten en waterschap pen, die bijdragen aan het Iepenziekte-Comité. Het aantal van deze contribuan ten is nog altijd klein. Ech ter dient opgemerkt te wor den, dat Zeeland hierbij geen slecht figuur slaat. Verder treft men 'n aan tal inzendingen aan van verschillende firma's, die duidelijk doen uitkomen, voor welke practische doel einden het iepenhout wordt gebruikt (in de wagenma kerij, carrosseriebouw, voor borstelwerk, stoelen, klom- De zieke iep in ons Zeeuwsche land. Een spoedige vernietiging is noodzakelijk, wil de uitbreiding der ziekte nog niet grootere vormen aannemen. pen enz.). Ook als zoogenaamd „lignostone" (warm geperst hout) voldoet het iepenhout zeer. Vermelden wij tenslotte nog een afdeeling literatuur, waaronder een volledig stel mede- deelingen (13 in getal), die sinds de oprichting van het lepenziekte-Comité in 1930 zijn versche nen. Een populaire brochure over de iepenziekte is voor belangstellenden tegen f 0.10 verkrijgbaar. Boven het tentoongestelde is een reeks opschrif ten aangebracht met verschillende spreuken, die zeer in het kort het vimi naamste van de iepen ziekte, en wat daarmede samenhangt, aangeven. Alles te zamen een zeer belangwekkende expo sitie. Bij de opening der tentoonstelling waren aan wezig de Commissaris^der Koningin in Zeeland, de burgemeester van Goes,, een vertegenwoordiger der Z. Landbouw Maatschappij, en diverse andere vooraanstaande personen uit vakkringen. Moge de tentoonstelling er toe bijdragen, dat alom maatregelen worden getroffen, om de ge vreesde iepenziekte het hoofd te bieden woordigen Hollandschen iep zal kunnen vervangen, waar mede het vraagstuk van de iepenziekte feitelijk zou zijn opgelost. Een tweede afdeeling om vat de inzending van het Laboratorium voor Entomo logie te Wageningen. Hier wordt een volledig overzicht gegeven van de levenswijze van den grooten en den klei nen iepenspintkever, welke kevers de zwam Graphium ulmi, die de iepenziekte ver oorzaakt, van deneenen boom op den anderen overbrengen. Men kan nagaan, hoe de larven van de genoemde ke vers doorvreten in het zieke hout, besmet raken met de sporen van Graphium ulmi, en hoe de pas uitgevlogen kevers bij het knagen aan jonge takken deze sporen in gezond hout overbrengen en zoo de ziekte verspreiden. Aquarellen en tal van foto's geven 'n beeld van de kevers in hun verschillende ontwik kelingstoestanden. Uit het aanwezige materiaal blijkt duidelijk,dat 'n doeltreffende bestrijding van de spint- kevers alleen kan worden toegepast, indien alle eigena ren van zwaar zieke of doode iepen deze boomen laten rooien en ze ontschorsen of onder water bewaren. Een derde gedeelte van de tentoonstelling is verzorgd door het Staatsboschbeheer. Met medewerking van ver schillende gemeenten en an dere lichamen zijn hier vele foto's van den iep in het landschaps- en stadsbeeld bijeengebracht, terwijl ook eenige oude prenten, welke Drie afbeeldingen van het tentoon gestelde, waarboven leerzame opschrif ten ons op duidelijke wijze de be smetting der boomen aantoonden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1933 | | pagina 7