flÉ 1032 Het wordt in Zeeland zoo langzamerhand tradi tie, zoo omtrent Kerstmis en Nieuwjaar ten toonstellingen te organiseeren, welke de deugden van het Zeeuwsche pluimvee voor het voetlicht kunnen brengen. En nog altijd is het helaas zoo, dat de zoo zeer gewenschte centralisatie dezer tentoonstellingen uitblijft. Men schijnt zoo begeerig, geheel Zeeland van de deugden van het pluimvee te overtuigen, dat bijna alle belangrijke Zeeuwsche gemeenten ook dit jaar weer hun tentoonstelling hebben, zoodat op geen enkele tentoonstelling werkelijk een goed overzicht van den stand der Zeeuwsche productie is te vinden. Goed gezegd, zei een bevallige leghorn tegen ons, terwijl wij dit hardop overpeinsden, en onbewust tegen het hok leunden, waarin deze mooie vertegen woordigster van dit schoone ras was opgesloten. Goed gezegd, herhaalde ze en ze vervolgde Vertel me nu ook eens, wijsneuzige krantenman, die het air aanneemt van alles te weten, waarom wij dag in, dag uit, met allerlei krachtvoeders tot een grootere eieren-productie worden aangezet, terwijl dit onzen baas toch geen winst oplevert? Ja, hoor eens hier, zeiden wij, de eieren die je legt, eten wg lekker op, en om den prijs van je baas bekommeren we ons niet. O zoo, en je hebt gelijk ook, zei ze, en ik mag lijden, dat de prijzen maar laag blijven, dan worden we ten minste niet te erg geforceerd. Nee, snerpte een vette gans, die bijna heenpuilde door de tralies van haar hok, nee, laten de prijzen asjeblieft gauw stijgen, meneer de krantenman Kun je daar niets aan doen Nou, niet veel, moesten we toegeven. De gans keek ons bedroefd aan. Als de prijzen niet vlug stijgen, worden we met Kerstmis allemaal opgegeten, voorspelde ze naargeestig. Dan komen we bovendien op allerlei gewone burgertafels. Ach, vroeger was dat anders, en had je tenminste den troost, alleen in een chic hotel te komen. Maar nuzelfs deze laatste glorie is ons ontnomen Maar de duiven grinnikten bij het hooren van Het Pluimvee dit tragische gesprek, en de gans ontstak daarover in woede, en riep Pas jullie maar op, als de crisis doorzet, ga je ook nog den pot in 1 Net als wij, sprak droevig een vet konijn, dat haastig op een grasje knabbelde, om zijn laatste momenten te benutten. Patszei op dat oogenblik ons blitzlicht, en verschrikt zwegen alle dieren. En we wandelden rond, van de eene tentoonstelling naar de andere, van stad naar stad en van dorp naar dorp. En overal vonden we zaaltjes, waar een benauw de lucht hing, en waar het erg rookerig was, waar haastige keurmeesters en nerveuze bestuursleden rondliepen, en maar heel weinig publiek van zijn belangstelling blijk gaf. En we nachten aan de vele zorgen, die aan al deze tentoonstellingen zijn besteed, aan al de prijzen, die zijn losgekregen, en aan al den arbeid, die is verricht. Op de tentoonstelling te Oostburg. Een Witte Wee- ner. die den lsten prijs behaalde, met een jeugdigen bewonderaar. Eig. A. Bert te Aardenburg. De eenvoudige bekerwinner, die kampioen werd van de Oostburgsche tentoonstelling. Een eer, die hem waarschijnlijk nog menig jaar van den Kerstdisch ver mijderd houdt. Eig. J. van Hal te Oostburg. Zich van zijn waardigheid bewust Deze witte leghorn- haan werd de kampioen van de Middelburgsche ten toonstelling. Eigenaar M. J. Rottier te Vlissingen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 8