No. 33, VRIJDAG 12 JANUARI 1934 1071 „Heb ik in een klein pension hier in Londen gediend." „Jij Waarom „Dat zal ik je vertellen." Zij ging rechtop zitten. „Herinner je maar eens eerst den laatsten keer, dat ik met je hier in de kamer zat." „Da's te lang geleden. Weet ik niet meer." „Dan zal ik je geheugen even opfrisschen. Tot in de kleinste bijzonder heden staat het hier ingegrift," zei Minima Starr, en met een guitig lachje legde zij haar hand op haar katoenen japon. „Weet je nog, dat ik hier ben ge komen, om je om een baantje te vragen „Ja. Dat weet ik nog. En ik weet ook, dat ik je gezegd heb, dat je niets kon," zei de acteur-directeur grimmig, „en dat je gerust de dochter van mijn beste vrienden kon zijn, en m'n eigen petekind, maar dat ik me daar niets aan stoorde. Je hebt geen grein meer kans bij me, dan wanneer je me wildvreemd was geweest." Hij ging met de hand over het voorhoofd. „Ik herinner me ook, dat ik gezegd heb. „Laat mij maar vertellen, wat je gezegd hebt 1" riep zij dringend uit. Zij sprong op, liep naar den haard, ging met haar rug naar den schoorsteenmantel met zijn zilveren beker staan, en ging met de hand over haar voorhoofd. Toen sprak zij, in een bewonderenswaardige imitatie van die ietwat knorrige, maar altijd aantrekkelijke stem van haar vaders ouden vriend „Er zit wel wat in je. Je hebt hard gewerkt, Minima. Je bent voor een massa tooneelgezelschappen goed genoeg, maar voor mijn gezelschap niet. Ik ben niet tevreden met een meisje, dat er aardig uit kan zien, en netjes haar kleeren draagt en zonder schreeuwen zoo kan praten, dat ze tot achter in de zaal verstaan wordt. Van die keurige, goed afgerichte poppen kan ik er zooveel krijgen, als ik maar wil. Maar ik wil Leven hebben Leven, Leven en nog eens Leven 1 En wat heb jij van 't leven gezien met je eigen oogen bedoel ik Niets. Waar ben je geweest Thuis een paar fuifjes meegemaakt en een beetje tooneelschool geloopen. Je hebt een klein rolletje gespeeld in „Hier overstappen naar 't geluk". Je bent kamenier geweest in 't vierde bedrijf van „De Vuurpijl". Dat beteekent allemaal samen niets, nie mendal. Maar luister eens. Als je met alle geweld iets op 't tooneel bereiken wilt, zal ik je een voorstel doenHeb je dat niet gezegd, Leslie Trentham schrok even, door de plotselinge ver andering van stem, en hij lachte luidop. „Da's niet kwaad. Maar 't is 't goedkoopste werk. Papegaaien- en apenwerk. Enfin, ga maar door." „Ik doe je dit voorstel, Minima," ging zijn be zoekster voort, weer met de houding en de stem van haar gastheer. „Je gaat weg en je doet wat anders. Kan me niet schelen wat. Als 't maar Leven is, en 't je met de echte dingen in aanraking brengt. Ga ach ter een toonbank staan, of leer voor verpleegster maar ga iets leven, dat niet alleen maar boeken en praten is, en schminken en afschminken voor zooveel per week, voor je broodje. Maar vóór alles trek er tusschenuit. Kijk naar 't Leven word voor mijn part verliefd. En dón kom je nog eens met mij praten. Dan beloof ik je, dat ik je een kans zal geven, als je er profijt van getrokken hebt. Als je èrg goed bent, zal ik 'n rol voor je schrijven daar! En maak nu maar dat je weg komt, kind weg weg weg 1" Zij liep naar de deur. Zij hield die open. Zoo sterk was de beschrij vende kracht van haar gebaar, dat het leek alsof zij, Op fcztó dooï Jladaüand. De Vaartsche Rijn bij Jutphaas Ofi tctó dooï Jlodeüond. De Lustwarandevan de Vecht in wintersche kaalheid (bij Vreeland). het tengere meisje, uit de hoogte .neerkeek op een ontmoedigde bezoekster, die naar buiten werd ge stuurd, om te kijken naar het Leven, Leven en nog eens Leven 1 „Zoo," zei ze, terugkeerend naar haar gastheer. „Ik heb 't gedaan. Hier ben ik weer." Hij had bijna geen oog afgewend van 't levendige, veranderlijke gezichtje onder de pruik, die er uitzag als slecht geplozen werk. „Echt hitje heb je van jezelf gemaakt," mompelde hij. „Geen slechte aankleeding." „Leslie! Ik bèn weggeweest om naar 't Leven te kijken 1 Ik heb minstens een week noodig, om je te vertellen over dat pension hier in LondenAls je eens wist, hoe ik den moed en 't doorzettingsvermo gen bewonder van die hospita 1 En van ieder meisje, dat in de ellendigste omstandigheden het huiswerk goed doet 1 De menschen klagen, dat 't personeel niet deugt. Ik sta er van te kijken, dat 't nog niet veel erger isIk heb ten minste nooit kunnen leeren, om een kamer te vegen, zooals 't moet, en ik heb geen afwasch kunnen doen, of 't was een soort wedstrijd tusschen vallen en grijpen. En ik heb nog een massa meer geleerd. Op mijn uitspraak kun je niets aanmer ken ik heb er de juiste gebaren bij, en den toon. „Ben je haast klaar met opsnijden?" zei Leslie Trentham, haar aankijkend. „Nog lang niet. Ik heb nog een anderen kant van het leven gezien. Ik heb bij menschen ingewoond, die geen familie van me waren, maar net zoo na, alsof 't wèl familie was. Ik heb de Owens voor mijn oogen zien wegroesten. Ik heb hun leven meegeleefd...." Snel, met een heel andere stem en heel andere gebaren, schetste zij voor dit publiek van één persoon haar huisgenooten, die hij in enkele minuten geheel scheen te kennen. Zij teekende den goedmoedigen, scharrelenden, kalmen majoor, die 't hoofd maar schudde en mompelde „We moeten eigenlijk noodig iets aan 't dak doen Zij liet hem de matte, vriendelijke stem van mevrouw Owen hooren: „Heb je misschien mijn tuinhandschoenen ergens zien liggen Zij sprak, zooals de peinzende Evangeline sprak „Vergadering van den Vrouwenkrans anders gebeurt er hier nooit iets. Over elkaar praten, anders kunnen ze niet. En er zijn weer zigeuners in de buurt.Weet je wel, dat ik ook een beetje zigeunerbloed in mijn aderen heb, Minnie? Ik heb aldoor lust om te trekken „Dat was de dochter des huizes, Leslie. En ik heb er nog meer menschen leeren kennenen wat 't voor een gevoel is, als je voor dievegge wordt aan gezien. en nog zooveel 1 Het Leven Hij keek naar haar, zwijgend en rookend, toen zij van den haard terug kwam en naast hem op de leuning ging zitten en een streelende hand op zijn grijzende haren legde. Gretig vroeg zij „Dus wat nu „Nu," zei hij, „je hebt toch immers de Iersche Sweepstake gewonnen „Nou asjeblief 1" erkende Minima Starr, terugvallend in haar rol van Minnie Morris hij keek snel even op, maar zei niets. „Reken maar 1 Ik wist gewoon niet, waar ik blijven most, toe ik 't hoorde (Wordt vervolgd)

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 15