BLOEIENDE STEENEN I VRIJDAG 16 MAART 1934 In een droge vlakte van Zuid-Afrika zag een reiziger een bijzonder gevormd en gekleurd steentjetenminste, hij dacht dat 't een steen was, maar toen hij het ding wilde oprapen, ontdekte hij dat t n bloem was. Sindsdien het is bijna 'n eeuw gele den heeft men ijverig gezocht naar deze bloeiende steenen, tot een der onderzoekers ze ongeveer 15 jaar geleden weer ontdekte. Hij had dagenlang op hetzelfde kleine plekje gezocht, doch niets gevonden; de planten gelijken n.l., wanneer zij niet bloeien, zoo sterk op hun omgeving, dat men ze bijna niet kan onderscheiden. Toen eenige „stee nen" in bloei kwamen, vond de plantkundige ze eindelijk. Deze aanpassing aan de omge ving is het verdedigingsmiddel der planten ze groeien in zeer waterarme streken, waar ze dadelijk door de dieren, bij gebrek aan ander plantaardig voedsel, opgevreten zou- Een prachtig exemplaar in bloei, de Pleiospilos Bolusii. De Conophytum Bloeiende steenen tusschen gewone kiezelsteenen zooals men ziet zijn de eigenaar dige planten, wanneer ze niet bloeienbijna niet van de om geving te onder scheiden. De Conophytum Elishae. den worden, wanneer ze ge- makkelijk ontdekt konden worden. Wanneer de eigen aardige planten dus bloeien, verliezen ze dit verdedi gingsmiddel, doch dit is geen bezwaar, want ze bloeien slechts in den regentijd, wan neer er voldoende andere planten voor de dieren zijn. Moest men oorspronkelijk moeilijke en verre reizen maken naar waterarme ge bieden om deze vreemde planten te zien, thans is dit niet meer noodig. Men heeft planten en zaden naar Eu ropa overgebracht, en het kweeken heeft succes ge had de plantenliefhebber kan nu zijn verzameling vetplanten en cacteeën ook uitbreiden met de bloeiende steenen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 23