SCHOONMAAK
Voorjaarsluchten boven de Oosterschelde.
Een gezellig oud straatje in schilderachtig Zierikzee.
No. 43
de Maactsche buien langs de Zeeuwsche kust.
Als 't buiten spookt, is 't veilig in de haven.
De bezems uit, 't is schoonmaak
Heel de boel moet aan den kant,
en met Paschen mag geen stofje
kleven op het Zeeuwsche land
in de huizen reppen handen
koortsig met den ragebol,
Slaat men vegend van den kelder
naar de zoldertrap op hol
Bedden op En vlug naar buiten
in de smalle Maartsche zon
En tot drooglijn wordt de gansche
lenteblauwe horizon
Kleeden klop De wolken vliegen
rond het hoofd der wandelaars.
Harder nog! 't Is schoonmaak, harder!
Zelfs al werd je rood en paars
Als 't dan eindelijk gedaan is,
en het huis is schoongemaakt,
loopt de zomer naar zijn einde,
vriest het haast weer dat het kraakt