J3Ü Rus 's one'n~ No. 44 De gevaren i loopt met 'n browning van zwaar kaliber in zijn achterzak.) Jammer genoeg verschillen leven en film nog al wat. Hoe is de werkelijkheid De verslaggever leent zijn scherpzinnigheid van de politie hij is leelijk, en onhandig tegen jonge dames, hij is zoo houterig, dat hij niet eens vlug opzij kan springen voor een steigerend politiepaard, hij glimlacht tegen zijn hoofdredacteur, van zijn salaris kan hij zelf nog geen studieboek betalen, hij belt op als er ergens gevaarlijke opstootjes zijn, hij schrikt als er een klapperpistool afgaat - maar hij heeft een reusachtige fantasie. En die wordt overal gewaardeerd. Zoo mochten, bijvoorbeeld, de journalisten in den laatsten oorlog nooit andere gedeelten van het front bezoeken, dan die, welke hun door de mili taire overheid ter bezichtiging werden gesteld. Zij mochten niets berichten of het werd eerst grondig gecensureerd en op het eigenlijke slagveld is de overgroote meerderheid van hen nooit geweest. De huidige wijze van oorlogvoering maakt een beschrijving van een veldslag dan ook vrijwel onmogelijk. Hoogstens kan een journalist, en dan nog meestal uit de tweede of derde hand, berichten over hetgeen in een bepaalden sector voorviel. De oorlogsboeken, die wij bezitten, zijn dan ook niet afkomstig van journalisten, maar van sol- VRIJDAG 30 MAART 1934 De Engelsche journalisten Hales en Lambie werden tijdens den Boerenoor log in Zuid-Afrika door een patrouille overvallen en doodgeschoten. In het algemeen gesproken kan men zeggen, dat op het oogenblik het journalistenberoep met gevaarlijk meer is. Wel doen zich nu en dan omstandigheden voor, waardoor de uitoefening van het vak van „krantenman" riskant wordt, doch dit zijn uitzonderingstoestanden - zeker in ons landje. Maar in vroeger tijd was dat anders. Toen werd b.v. een politiek hoofdartikel nog gewaardeerd, zooals het bedoeld was. Er behoorde moed toe om partij te kiezen, en wel in die mate, dat een der bekendste dagbladschrijvers uit het tijdperk der Fransche Revolutie, Bertin d' Antilly, waarschuwde „Als wij de lange lijst beschouwen van journalisten, die om hun overtuiging gedood zijn, dan moet deze een waarschuwing zijn aan allen, die niet genoeg kracht en dapperheid bezitten, otn ons vak te kie zen De politieke journalist heeft echter niet weinig aan beteekenis ingeboet in het groote dagblad bedrijf, waar ook alles gespecialiseerd is, is hij een onderdeel geworden en wel een van de rustigste. De reporter is op het oogenblik de man, die nog wel eens een enkele maal in levensgevaar komt te verkeeren. Het denkbeeld dat de menschen hebben van een verslag gever, die „bij rrirsn-wgan— den weg" is, I komt meestal r overeen met het op van jlem wordt gegeven. mgmr** dig veel scherp- Michel Vieuchange betaalde zijn moed om de heilige stad Smara aan de Rio de Oro binnen te drin gen. met den dood. zinniger dan alle politiebeambten te zamen, hij is de redder van alle belaagde jongedames, hij is (natuurlijk) knap, beschikt over benijdenswaardige athletische vaardigheden, overtroeft drie maal per dag zijn hoogsten chef en niet te vergeten, verdient hij een salaris, waarvan hij, edelaardig, de kinderen van zijn zuster nog gemakkelijk kan laten studeeren. Doorloopend verkeert hij in doodsnood. Of hij zit bandieten achterna, of de bandieten hem maar in ieder geval, hij schiet beter (want hij daten, die werkelijk in de fronthei hebben gestre den. Omstreeks 1880 was zulks nog anders. Zekere Camille Farey, die de „bewegingen" van de Fran sche troepen in Marokko mocht meemaken, reisde het werkelijke front af en hij bekocht zijn bericht geving met den dood. Ook in den Boerenoorlog vielen meerdere Engelsche journalisten als slachtoffer van hun beroep, van den plicht, die hun oplegde „overal met den neus bij te zijn." Het socialistische tijdschrift ..Cri du Peuple" had naar aanleiding van een moord-affaire de methoden der Parijsche politie scherp gecritiseerd De zoons van een der politieambtenaren voelden zich beleedigd, drongen het redactielokaal binnen en verwondden een der redacteuren doodelijk

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 4