1 HET VOORJAAR K n - tV HgSBEeM Vvoolijke gezichten in de stad Een sraf Noordenwindje, fel blazend uit 'n hoek, wij weinig goeds verwachten. Regen- en sneeuwbuien, kort maar hevig, fel striemend op de ruiten, waarachter het kacheltje nog vroolijk snort. Ondanks dat voorjaar Krachten, die zich door niets laten weerhouden, zijn aan het werk, zichtbaar al. Zij laten zich niet onder den voet loopen door winter- sche vlagen, hoe ruw ze ook mogen zijn, maar werken op de eigen stille, maar sterke wijze door, gesteund door het besef, dat eerstdaags de wind weg moet uit dezen guren hoek, naar het Zuiden, waar hij tot straf het zomergetijde moet doorbrengen. Daar, waar nog sneeuwresten liggen, komen de eerste crocussen al bloeiend te voorschijn, fel van kleur en sterk van bloem. Ze hebben zich door de nog weinig soepele aarde een weg gebaand, en nu zijn ze er, en door niets meer tegen te houden. En ook de knop- zwellen hier daar breekt 1 tipje pen aan de b' groen reeds uit. Het voorjaar buiten er ligt een andere glans over de dingen, het gras herkrijgt zijn frissche kleur, overmoedige boomen loopen reeds geheel uit, en in de atmosfeer trilt iets van ontwaken in ragfijne nevels. En binnen de schoonmaak met haar verderfelijk geklop, geveeg en gezuig eischt het volle pond van haar rechten op en laat geen tijd voor voorjaarsbespiegelingen. In Zeeland, waar het voorjaars- ontwaken zoo buitengewoon mooi is, heeft men er maar weinig °°Terwijl een vroeg zonnetje een teeren, wondermooien glans legt op alle dingen, jaagt men stof op in donkere kamerhoeken, en heeft men geen tijd, om een enkelen blik door het venster te werpen. Zeker is het wel, dat de mensch van dezen tijd niets meer noodig heeft dan een zich bezinnen op het stille ontwaken daarbuiten. ÏUWSC vissci >ezoel ndt xders. Aan het Ze De schelpe de eenige spoedig M3?V: p.-t De boomen kunne en de bloemen, en aarde Wij ontwat nieuwen, ffiJCh ko staan in het volle opnieuw tot vreugde Welke mensch kat gen Wie httft^ genoeg, zich t u nieuw te kuni 1 ontplooien? Wij zijn dn heimzinnigen De natuur 0' t Zeeuwsche bé j< voorjaarszon. t herzi jen groi zijn v - a '-K', C!» jLümÈjmSi* y.l>. ,-v *v,.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 16