OL 19 - ONS ZUIDEN 19 - ZEELAND 19 EEN MOOI SACHET Elegante groote jonge- meisjeshoed van wit stroo met smal lint en fiuweelen bloementoefje. Kleine hoed van rood stroo. met str ass-gar neer ing Palette d'Or groote hoed van fijn zwart stroomet gar neer ing van zwarte en gele veer en. de stof aanraken, want dan zal de lijn onregel matig worden. Wanneer de reliëfranden nog nat zijn wordt er goud- of zilverpoeder over gestrooid en wanneer het geheel droog is, dan verwijdert men het over tollige poeder gemakkelijk door het af te schudden. Ook het rozen-motief krijgt een reliëfomran- ding en de blaadjes worden daarna gekleurd met verf uit de fleschjes. De roos heeft lichte en donkere partijen. De donkere partijen kunnen er later op gebracht worden. Zooals men zien kan, krijgen we de donkere partijen daar waar de blaadjes in elkaar en over elkaar sluiten en in 't hart. U kiest diep rose voor de roos, lichte partijen er in latende door de organdie op die plaatsen niet te schilderen. De donkere partijen kunnen karmijnrood of diep rose worden. De blaadjes worden licht en don ker groen. De nerven komen reliëf. De schulprand kan, wanneer het werk droog is, omgeknipt worden zonder dat de stof rafelt. Voor de roos is wel een voorbeeld te vinden op een of andere prentbriefkaart, of in een catalogus van een bloemenhandelaar. Men legt die onder de organdie en trekt haar met potlood na. D. D. L. getuige 0:a. het hierbij afgebeelde modelletje van Marthe Rivière. Dit hoedje van grof rood stroo, 'n soort baret model, heeft als eenige garneering 'n strass-garni- tuur op den driehoek, welke op origineele wijze een gedeelte van het voorhoofd bedekt. Onder de nieuwe groote hoeden is een model, dat aan de zonnige Riviera veel sensatie heeft ver wekt. Voor de eerste maal werd daar 'n hoed gelan ceerd met 'n vierkanten in plaats van 'n ronden rand. Door dit model, dat werkelijk herinnert aan de vliegers die onze jongens oplaten, kreeg hij den naam „vlieger-hoed". De hoed vormt een fraaie combinatie van zwart en wit, wejke zich volkomen aansluit bij het toilet dat erbij gedragen wordt een eenvoudige zwarte japon met driekwart lange mouwen, gevoerd met wit. Een groote zwarte strik is boven 'n witte jabot met knoopen op de taille vast gezet, 'n Witte cein tuur en witte handschoenen met kappen voltooien dit elegante geheel. Bizonder elegant is de groote witte stroohoed, bestemd voor jonge meisjes. Ook hier zijn de kwali teit van het stroo en de vorm van den fraai gebogen rand hoofdzaak. De garneering bestaat slechts uit 'n smal lint om den bol en 'n bouquetje fluweelen bloemen. Dat ook zulke groote hoeden vaak schuin gedra gen worden bewijst het bijgaande Parijsche model, dat door de ontwerpster, Rose Valois, „Palette d'or" gedoopt werd. Deze hoed van fijn stroo is gegarneerd met glanzende gele en zwarte veeren. P. D. Om het organdie sachet te maken hebben we noodig effen witte organdie, rose sati net, enkele fleschjes stoffenverf en een tube voor de reliëfranden, een fleschje medium voor het verdunnen van de verf, een glazen buisje met goud- of zilverpoeder een penseel en een spuitzakje. Van het rose satinet wordt een voeringzakje gemaakt even kleiner dan het model van organdie en zon der den geschulpten rand. Wanneer de organdie zak klaar is, wordt het satinet zakje er zorgvuldig passend ingedaan, en aan den overslag alléén even vast gehecht met een onzichtbaren steek. Verder ko men er twee knoopsgaten in deze twee overslagen op gelijke hoogte. De knoopen, die onderaan bevestigd zijn, komen dus door de twee laagjes dunne stof. Het tweede sachet is in een anderen vorm, doch op de zelfde manier, eveneens met een los satinet- zakje, gemaakt. Voor het geschulpte patroon teekent u den schulp rand met inkt in den vorm van het sachet op papier. Ook kunt u deze schulpranden als strijkpatronen koopen; het is dan dus niet noodig dat u ze teekent. U koopt eenige lengten van een grooten schulp rand en legt deze op een houten plankje of teeken bordje in den vorm van het sachet. Eerst wordt er een stukje vloeipapier op het hout gelegd en daarop het strijkpatroon, daarover komt de op maat ge knipte organdie lap en het geheel spelden we nu precies rechthoekig vast. Het patroon van den rand ziet u nu door de organdie heen en we kunnen beginnen met schil deren. Om den omtrek van het ontwerp te maken, vult u het spuitzakje voor 2/3 met de reliëf verf. Keer de punt naar beneden, knip er een heel klein stukje af. Houd het zakje tusschen duim en wijsvinger en trek met vaste hand regelmatig over de buitenlij nen. Laat de punt van het zakje niet

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 19