DOOR ELI A S DUNN Met stokkenden adem bleef hij staan. Naast hem liet de kapitein een schorren uitroep hooren. Stella Blaine onderdrukte een kreet, met de hand voor d.u mond en wijdopen oogen. Want Charlie Grey was inderdaad in de hut. Met het gezicht naar beneden en de armen uitgestrekt lag hij op den vloer. Een golfstok lag dwars over zijn schouders een stomme getuige van de wijze, waarop hij was neergeveld. En er kwam een stroompje bloed uit zijn hoofd. Dood Dit was de eerste wilde vrees in het hart van Victor Wright, toen hij de hut binnensprong. Het bloed klopte hard door zijn heele lichaam. Zijn oogen brandden. Achter hem snelde één der officieren weg, om den dokter te halen de anderen kwamen na hem binnen. Maar Charlie Grey was niet dood. Hij lag zwaar te ademen, met onregel matige trekken, en hij was bewusteloos maar hij leefde Hiervoor ging een zekere geestdrift, een golf van dankbaarheid door Wright heen. Hij tilde zelf zijn kleinen vriend van den grond en legde hem op het zachte bed. Wie had dien brutalen aanslag gepleegd? Waarom?.... Die vragen waren voor het oogenblik van minder belang; het was nu plicht, die gapende wonde te verzorgen. Toen de scheepsdokter, in zijn pyama en ochtendjas, de hut kwam binnen gestormd, trilden Charlie's oogleden en probeerden zijn lippen zich te bewegen. juk Terwijl de dokter aan 't werk ging, zou men aan zijn gezicht gezegd heb ben, dat hij dezen aanslag als een persoonlijke beleediging beschouwde. Victor bleef een paar seconden toezien, terwijl hij bezig was, en keek toen het ver trekje rond. Een golfzak die van Charlie lag op den grond in een hoek Victor kneep de oogen half dicht op een eigenaardige manier, toen hij het voor werp zag. Hij liep er heen, en duwde het tegen den muur. Toen hij terugkwam bij het bed, had Chartie een verband om het hoofd en was hij weer bij kennis. Het duurde echter nog een paar minuten, voor hij de menschen kon herkennen, die om hem heen stonden toen was het eerste woord, dat hij half verstaanbaar uitsprak: „Victor!" De vriend boog zich over hem heen en trachtte geruststellend te glim lachen. Hij drukte Charlie de hand. „Trek je er maar niets van aan, kerel. Je bent zóó weer beter." >7Hij heeft meklonk het zwak. „Wie was het „Ik weet niet." „Heb je hem niet gezien?" „Nee. „Maar hoe heeft hij...." „Hij was in badkamer „Laat nu maar," kwam de dokter er opeens tusschen. „U maakt hem te moe, meneer Wright. We kunnen hem beter eerst wat sterker laten worden en dan aan 't praten zien te krijgen." Zij wachtten dus, in bezorgde spanning, terwijl de dokter wat drinken door Charlie's lippen heen goot. Victor keek naar Stella Blaine en zag, dat haar oogen bezorgd en treurig stonden. Hij knikte haar toe, maar zij begreep niet, want vragend trok zij de wenkbrauwen op. Maar Victor sprak niet. Hij bleef met gefronst voorhoofd naar Charlie Grey staan kijken, zich afvragend, hoe kapitein Frazer de zaak nu verder aan zou pakken. Volle vijf minuten gingen er voorbij, voor de dokter den gewonde verlof gaf om te spreken. En dat was maar goed ook, want Charlie bleek in dien tijd aardig wat kracht gewonnen te hebben. Ook bleek hij zich bezig te hebben gehouden met bittere gedachten, want de eerste woorden, die hij Victor toe fluisterde, waren „Allemachtig wat ben ik een ezel geweest Laten we nu maar schoon schip maken," ried Victor hem vriendelijk aan. ,,'t Lijkt me 't beste, niets voor den kapitein te verzwijgen, 't Meeste weet ik toch al." Charlie Grey keek verwonderd. „Wat bedoel je wat weet je Victor wenschte geen dubbelzinnigheid, geen terughouding en geen uitvluchten meer. Hij wou Charlie dwingen tot volkomen openhartigheid. Hij zei dus „Van die emeralden, ouwe jongen. Je hebt zes golfballen opengesneden, en er de steenen ingestopt, in plaats van het vulsel. En toen heb je de ballen weer dichtgeplakt. Zie je wel, dat ik 't weet Bij die verbazingwekkende onthulling schrok Stella Blaine, en zij onder- drukte een uitroep maar half. Alle aanwezigen stonden Victor met open mond aan te staren. Maar geen der anderen was zoo verbaasd als Charlie Grey. Hij probeerde zich op zijn elleboog op te richten, maar werd door de dwingende hand van den dokter weerhouden. „Wieheeft je datverteld?" hijgde hij. „Niemand," zei Victor even kalm en zeker. „Ik heb een stukje rubber op den grond gevonden. Dat zul je voorbijgezien hebben, toen je aan 't opruimen was. 't Was een eigenaardig stukje rubberal was ik geen golfspeler van be roep geweest, dan had ik toch wel gesnapt, waar 't vandaan kwam. „Dus toen ben ik je golfballen eens goed gaan bekijken, Charlie, en toen zag ik de plaatsen, waar je ze opengesneden had. Juffrouw Blaine had me al verteld over de emeralden. Toen was 't verband makkelijk te vinden. Die ont dekking heb ik nog maar kort geleden gedaan, toen juffrouw Blaine hier pas vandaan wasvóór ik op zoek ging naar jou. En ik zal je nu maar meteen ver tellen, dat de ballen weg zijn. Degene, die je heeft aangevallen, heeft ze meege nomen." Met doodsbleek gezicht en verwilderde oogen perste Charlie Grey de lippen op elkaar. Na 'n oogenblik van stilte ging Victor voort: „lk had gewild, No. 4 dat je zelf de waarheid aan den kapitein vertelde. Ik had gewild, dat jij hem de ballen met de emeralden had gegeven aan hem of aan juffrouw Blaine. Als je dat deed, konden ze je nooit beschuldigen van mede plichtigheid aan de poging, om die juweelen de Vereenigde Staten binnen te smokkelen. „Zooals de zaak nu staat, ben je maar in één opzicht schuldig: als je met alles vertelt, wat je weet over die juweelen en over de Cummings. Als je dat wél vertelt,'is er niets van belang tegen je in te brengenls 't niet zoo, kapitein Kapitein Frazer echter aarzelde en fronste het voorhoofd. „Dat hangt er maar van af," zei hij scherp, „wat meneer Grey weet van den moord op den bediende." „Niets riep Charlie uit, bijna smeekend om geloofd te worden. i.Hebt u heelemaal geen idee, wie hem vermoord heeft „Neen „Zoo," zei kapitein Frazer. „Wat weet u dan van de juweelen En van de Cummings „Alleen dat ik me door diedie juffrouw Cummings heb laten in maken!" riep Charlie verbitterd uit. „Ik verbeeldde me, dat ze wat om me gaf notabene Als ik niet zoo gek was geweest, had ze me niet aan boord hoeven te komen met die vervloekte juweelen Ze dacht, dat de douane ambtenaren zich niet erg druk zouden maken over de bagage van een golf speler, die op uitnoodigi ïg raar Amerika kwam - dat ze bij hem in ieder geval geen juweelen zouden zoeken. Ze zei, dat ze die dingen in t geheim gekocht had van een voorname familie in Europa, die aan den grond zat, en dat ze de invoerrechten ontduiken wou. jkik was half dronken, toen ik toestemde om haar te helpen. En ze had me gek gemaakt, lk geloof, dat ik.... dat ik zóó ver heen was, dat ik bijna alles voor haar gedaan zou hebben. Maar ik wist niét, dat de eme ralden gestolen waren! Ik wist eerlijk en waarachtig niet, dat ze.... Charlie moest zwijgen, want in zijn angst had hij zich buiten adem ge praat, en kreeg hij plotseling een folterende pijn in het hoofd. Hij viel achter over op het kussen, met gesloten oogen. Er was stilte. Victor keek naar zijn blonden vriend met ironisch medelijden. Hij kon zich helder indenken, hoe de stralend schoone Lene Cummings haar bekoor lijkheid had gebruikt, om Charlie in te palmen en te hypnotiseeren, en hem dan over te halen om haar te helpen in haar plannen. Ongetwijfeld waren haar broer en zij bang geweest, dat de Amerikaansche douane-beambten hun bagage een beetje al te grondig zouden onderzoeken. Toen Charlie Grey eindelijk zijn oogen opendeed en weer begon te spreken, was hij kalmer en klonk zijn stem meer ingehouden. „Die kerel van Caselli dien ze hier allemaal den Sjeik noemen die werkte met hen mee, geloof ik. Hij scheen ten minste te weten van die juweelen. Toen ik die dingen kreeg, zaten ze in dat Indische zakje." Met een gretigen blik zag Charlie op naar Victor, smeekend om begrepen te worden. „VannachtVic toen Red die revolver op je richtte, voelde ik, dat ik beu was van het heele zaakje En beu van die schurken ook 't Was net, of ik wakker werd uit een dronken roes. „Ik zei tegen ze, dat ik't niet meer deed. Ik wou alleen probeeren om me er uit te werken, zonder nog meer last te krijgen. Ik wou niemand laten merken, dat ik er ook maar over gedacht had om die juweelen Amerika binnen te smokkelen. Ik bedoel.... ik...." Hij bleef steken en Victor fluisterde hem bemoedigend toe „Ga door, Charlie. We begrijpen volkomen, hoe je je gevoeld hebt." „Nou, ik.... ik besloot de juweelen uit onze hut te halen en ze aan Lene terug te geven. Dat was de eenige manier, om er af te komen. Dus toen ben ik hier gekomen, om ze te halen, terwijl jij naar me liep te zoeken. „Maar er was al iemand ik weet niet wie hier gekomen vóór mij. Hij had zich in de badkamer verstopt. Toen ik de golfballen uit den zak haalde, hoorde ik geluid achter me maar vóór ik me om kon keeren, kreeg ik een klap en toen viel ik Dit was al, wat Charlie Grey te vertellen had. Kapitein Frazer merkte op, dat het verhaal van Charlie, hoewel het vele dingen ophelderde, geenerlei klaarheid gaf over den moordenaar van den bediende, en ook niet over den dief van de golfballen. Hij was dus nog niet tevreden. Hij begon Stella Blaine en Victor Wright scherp te ondervragen maar al kwam hij eenige belangrijke bijzonderheden te weten, opheldering gaven die niet. Zij versterkten echter zijn vaste besluit, om tot in het hart van het vraagstuk door te dringen. Eindelijk wendde hij zich grimmig tot een van zijn officieren. „Meneer Trask," zei hij, „zorgt u, dat de Cummings en die Caselli dade lijk bij mij In de kajuit worden gebracht. We moeten weten, hoe de vork in den steel zit Juffrouw Blaine, 't is het beste, dat u ook maar meegaat." Zij knikte zwijgend. Kapitein Frazer wendde zich tot Victor.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 28