f w. KLEINE GESCHENKEN VRIJDAG 25 MEI 1934 1683 EEN MOOI BISCUITBLIK 3de toer in eiken st. 2 vaste st. 4de toerom en om 1 vaste st. in den Isten en 2 vaste st. in den 2den st. 5de toer 1 vaste st. in eiken st. 6de toer 2 vaste st. in •vT\ eiken 3den st. 1 vaste ■J in de overige st. 7de toer 1 vaste st. in eiken st. 8ste toer 2 vaste st. in eiken 4den St., 1 vaste in de overige st. 9de toer 1 vaste st.' in eiken st. Men gaat zoo door met meerderen, om den ande ren toer, met telkens 1 st. meer tusschen 2 meer deringen. Als het rondje ongeveer 18 c.M. in door snee groot is, houdt men op met meerderen en men haakt nu verder nog enkel vaste st. in eiken steek tot het rechte randje ongeveer 7 c.M. hoog is. intusschen passe men even of de omtrek van het hoofd goed wordt anders kan men nog iets meerderen of minderen. Ook het rechte randje kan, zoo noodig, hooger of lager gemaakt worden. Is het mutsje zoo ver klaar, dan breekt men de wol af en werkt den draad af. De garneeringsrand. Hiervoor haakt men, met roode wol, eerst 111 losse st. (vooral niet vast ha ken 1). Men haakt dan den eersten vasten steek in den 3den lossen en verder 1 vaste st. in eiken lossen. 2de toer 1 vaste st. in den lsten st. Verder haakt men stokjes, waarbij men in eiken lOden st. 2 stokjes haakt. In den laatsten steek haakt men I vasten st. In de volgende toeren mindert men nu telkens door den eersten en den laatsten steek over te slaan. 3de toerMet witte wol1 vaste st. in den lsten st., verder stokjes en 1 vaste st. in den laatsten st. 4de toer niet roode wol wordt gehaakt als de 2de toer. 5de en 6de toer als de 3de en 4de toer en met dezelfde kleuren gehaakt. Tot slot haakt men nog 1 toer vaste st. met roode wol. Het strikje bestaat uit 2 gehaakte stukjes, waarvan het kleinste op het grootste wordt ge naaid. Voor het grootste stukje haakt men, met roode wol, eerst 20 losse st., men haakt 1 vaste st. in den 3den lossen en verder I vaste in eiken lossen. Men haakt nu verder in heen- en weergaande toeren vaste st., waarbij men telkens den lsten st. van 'n toer overslaat, tot men nog 2 st. overhoudt. Dan meerdert men door bij eiken toer in den lsten st., 2 st. te haken, tot deze helft even groot is als de eerste helft. Het kleinere gedeelte van het strikje wordt op dezelfde manier gehaakt, maar hier begint men met slechts 15 losse st. Nu wordt eerst al dit haakwerk, onder 'n voch- tigen doek, met 'n tamelijk warm ijzer gestreken. Dan naait men 'n klein plooitje over den bol van het mutsje, beginnende aan den voorkant, precies in het midden en eindigend 7 a 8 c.M. boven den rand aan de achterzijde. Waar dit plooitje daar eindigt naait men de uiteinden van den gestreep- ten rand vast met den wijdsten kant naar bene den, en bedekt het aannaaisel met 't gehaakte strikje. Dan arrangeert men den rand op het hoedje, en naait hem, desgewenscht, hier en daar even vast met onzichtbare steken. THÉRËSE. De volgende week hopen wij dc beschrijving te geven van 'n paar gehaakte zomerhandschoenen met kantkappen. Th. Een oud spreekwoord weet te vertellen, dat ze in nauw verband staan met de vriendschap. Als je heel jong en idea listisch bent, kun je dat spreekwoord niet uitstaan Je vindt 't zoo banaal en laag-bij-den-grond. Hoe kan er nu iets van aan zijn, dat een vriendschap in 't leven gehouden zou moeten worden met zooiets minderwaardigs als cadeautjes 1 Pas wanneer je ouder bent geworden, ga je begrijpen, dat 't lang niet zoozeer de materieele kant van de „kleine geschenken" is, die de vriend schap moet onderhouden, als wel de hartelijke stemming, die den gever op 't idee van zulke attenties brengt. En dat 't de andere partij evenmin te doen is „om de heb", maar dat 't de appreciatie van de lieve bedoeling is, die de vriendschap warm houdt en verinnigt. De waarde der kleinigheden in het leven wordt in onzen tijd van „grootdoen" en tegen-elkaar-op- bluffen zoa schromelijk over 't hoofd gezien 1 't Is soms droevig, de menschen te hooren jammeren over de op handen zijnde verjaardagen van hun zoogenaamde goede vrienden en intieme kennissen 1 „O hemel, alwéér iemand jarig en ik moet iets behoorlijks geven En de voornaamste voor waarde, waaraan 't geschenk dan moet voldoen, is, dat 't den indruk maakt, zoo duur mogelijk te zijn. Hebben ze voor twee gulden iets „op den kop getikt", dat er uitziet als vier-en-een-half, dan komt er geen einde aan hun jubel. En de intieme kennissen geven dan bij de eerstvolgende gelegen heid iets terug, dat 't eerste geschenk minstens moet schijnen te evenaren, liefst te overtreffen. Of een dergelijke uitwisseling van slechts uit egoïsme zorgvuldig gekozen gaven inderdaad „de vriendschap onderhoudt" Of de te drukkende verplichting ons niet veeleer zóó gaat irriteeren, dat we de andere partij bijna verwenschen Weet u, wat echt krachtvoedsel is voor een geméénde vriendschap Dat eerste bosje viooltjes van twee dubbeltjes, dat niemand van ons ver wacht, maar dat we onderweg oppikken en mee brengen dat geïllustreerde tijdschrift, dat we iemand aan 't coupéraampje toestoppen, als we haar hebben weggebracht voor 'n langer reisje die vier extra prentbriefkaarten, die we uit ens vacantie-oord zenden, terwijl we er met twee hadden kunnen volstaan.Wat doet de nederige prijs ertoe Het zijn niet eens de dingen zélf, die 't meest gewaardeerd worden, 't aangenaamst treffen. Laten we maar 'ns even bedenken, hoe we zèif op dergelijke attenties reageeren 1 Bepein zen we allereerstwat prettig, dat ik nu dat ge- illustreerde blad heb voor de reis wat staan die kaarten prachtig tusschen den spiegel. Of voelen we spontaan wat verba zend aardig en hartelijk van haar, om dèaraan zoo gauw te den ken en is 't dié gedachte, die ons 't eerst genoegen doet en ons hart verwarmt En dan zijn er nog zoo heel veel „kleine geschenken" aan hartelijk heid, attentie en voorkomendheid, die heelemaal niets kostenEen vlug telefoontje om te vragen, hoe dit of dat toch wel afgeloopen is onfeilbaar bewijs van meeleven, ook met wie „uit 't oog" is. Een boodschap, die we niét vergeten te doen cadeaubonnetjes, die we na een enkel verzoek zóó zorg vuldig sparen of 't voor ons zelf was een kranten-artikeltje, dat we uitknippen en opsturen, om- dat we bijzondere belangstelling verwachten.... We geven met zulke dingen zoo véél meer dan de nietige voorwerpjes zelf we geven de ver zekering, steeds aan onze vrienden te denken, hun alle goeds en plezierigs te gunnen, ons bij elke gelegenheid hun wenschen voor den geest te halen. Meent u óók niet, dat die overtuiging hun een rijker, troostender levensbezit zal zijn dan 't befaamde cadeau van twee gulden, dat er al z'n leven uitziet als vier-vijftig Wanneer u een rond of vierkant blank biscuit- blik heeft, is daar iets aardigs van te maken, om te gebruiken voor het bewaren hetzij van be schuiten of van biscuits. U kan deze blikken n.l. beplakken met crème linnen, waarop roode klaprozen geborduurd, ge- appliqueerd of geschilderd zijn. Om te voorkomen, dat we het blanke blik van de bus door de stof heenzien, en ook voor het beter lijmen, wordt de bus eerst bedekt met papier. Wikkel het om het blik en lijm het zorgvuldig ook het deksel wordt van boven en opzij beplakt met papier, waarbij we er voor moeten zorgen, dat het er glad omheen zit, zonder rimpels. Den bovenrand van de bus laat u ongeveer 1 c.M. onbedekt, omdat anders het deksel niet sluit. Aan het papier weet u nu precies de maat, die u noodig heeft voor het linnen en wanneer u dit. op maat geknipt hebt er bij voegen de centimeters voor inslagen boven, onder en daar waar de plak- naad komt wordt het eerst met 't bloempatroon bewerkt. U kunt dit doen in appliquéwerk, rood linnen voor de bloemen, groen voor de bladeren en de stelen geborduurd. U kunt het borduren in frissche kleuren, doch u kunt het ook beschilderen met stoffenverf. Precies zooals uw artistiek gevoel u ingeeft. Als het linnen van de bus bewerkt is met het klaprozenmotief en misschien ook het deksel, dan wordt de stof om de bus geplakt. De rafelkanten van de stof worden omgelijmd met één van de nieuwe lijmsoorten, waarmede we stof zoo goed kunnen plakken en waarvan de lijm niet door de stof heendringt. U be hoeft bij den naad de einden van het lin nen niet over elkaar te laten vallen, doch tegen elkaar aan, om dat de stof omgevou wen is. Voor een rond dek sel wordt een lapje geknipt, dat rondom iets grooter is dan het deksel de overblij vende stof kan om den opstaanden kant ge- plakt worden. We geven daar voor korte inknipjes in de stof rondom. Een smalle band komt rond om voor afwerking langs den smallen opstaanden kant. Op dezelfde wijze wordt ook een vierkant- of langwerpig deksel bewerkt. D. D. L.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 19