„ViatMeftuf"
No. 1
VRIJDAG 1 JUNI 1934
31
tijd zich te herstellen het duurde een volle minuut vóór hij antwoordde.
Toen schudde hij het hoofd.
„Over een maand is zij stekeblind," zei hij kortaf.
Even keken Stroker's oogen in die van den ander.
„En is het zeker absoluut geen kans op beterschap waagde hij.
Weer schudde Marlton het hoofd. „Geen kans. De beste dokter, dien ik
vinden kon, heeft haar onderzocht. We nemen maatregelen, om haar in een
blinden-inrichting te krijgen."
„Dat dacht ik wel. Dat bedoelde zij daarstraks, nietwaar, toen zij zoo
huilde
Stroker's stem was geheel klankloos geworden.
„Ja," antwoordde Marlton.
„Dat zal haar dooden," zei Stroker, even klankloos. „Dat zal haar dood
zijn."
„Ik ben er ook bang voor," gaf de hoofdingenieur ernstig toe. „Maar er
zit niets anders op. Ze zou alleen dan hier kunnen blijven, als er iemand was,
die haar steeds kon oppassen, maar daar is geld voor noodig, en dat heeft ze
niet. God weet, dat wij haar graag hier zouden houden, maar dat bezwaar is
onoverkomelijk, en ik zie geen anderen uitweg dan haar in een inrichting te
krijgen."
„Ja" Stroker mompelde, alsof hij tegen zichzelf sprak „toen jullie
weg waren, heb ik wel gedacht, dat het zoo zou loopen." Zijn handen gingen
doelloos in en uit zijn zakken. Plotseling trok hij er halverwege een enveloppe
uit. „Ik ik moet nog een brief posten," mompelde hij.
„Zoo," voelde Marlton zich weer woedend worden, „dat is best mogelijk.
Ik snap alleen niet...."
Maar Stroker was al een eind verder de straat op.
Half verbijsterd, half woedend keek de hoofdingenieur den man na.
Drie dagen lang sprak de heele Berg-Divisie over mrs. Brown daarna
spraken ze over Stroker.
De expres naar het Westen loopt dit station om 2.05 binnen. Op den
derden dag na mrs. Brown's terugkeer, kort vóór het binnenloopen van den
trein, kwam Stroker de straat afloopen, regelrecht naar het kantoor.
„Wat is er?" gromde Marlton, niet bepaald vriendelijk. Bridell, die ook
op het kantoor zat, keek eveneens op. Iets vreemds in Stroker's voorkomen
weerhield Marlton van verdere opmerkingen. Het sinistere, groteske lichaam
van Stroker beefde, of hij de koorts had. Langzaam wandelde hij door d-e kamer,
tot hij de schrijftafel van den hoofdingenie ur bereikt had. Zijn gezicht was ver
trokken, en hij bevochtigde zijn lippen met de punt van zijn tong.
„Ik wou u spreken over mrs. Brown," zei hij hakkelend. „Zou 5000 dollar
genoeg zijn om haar in haar huisje te laten blijven, en voor verpleging te
zorgen
De beide ingenieurs keken hem verbaasd aan.
„Wilt u zweren haar het geld te geven als ik het krijg Zijn gebalde
vuist rustte op de schrijftafel. Thans knipperden zijn oogleden niet zijn
oogen staarden strak, zonder haperen, in die van Marlton.
„Zweer hetriep hij opgewonden.
Onwillekeurig schoof Marlton iets terug. „Stroker," zei hij sussend, „je
bent je zelf niet op het oogenblik je...."
„Nee, ik ben niet gek," viel Stroker hem driftig in de rede. „Ik weet wat
ik zeg. Ik weet dat ze in zoo'n blinden-inrichting zal sterven. Ik moet haar
helpen. Zij is de eenige die ooit goed voor mij geweest is. Zoo zoo kan ik
alles misschien goed maken. Als u maar zweren wilt, dat u haar het geld zult
geven."
„Ik begrijp er niets van," zei Marlton langzaam „maar goed, ik zweer
dat ik haar alles zal geven wat jij te geven hebt."
Stroker knikte. „Dat is alles," zei hij. „Er is niet veel te begrijpen." Met
een plotselingen ruk haalde hij een oude courant uit zijn zak, waarvan een
gedeelte rood omlijnd was,'en legde die op de schrijftafel. „Ik geloof dat u
hier alles bij elkaar heeft."
Bridell leunde over Marlton's schouder. „5000 Dollar Belooning" lazen
beide mannen den vetgedrukten kop. van het artikel. Halverwege de kolom
was een foto afgedrukt die van Stroker. Plotseling bleek geworden, keken
beide mannen Stroker aan. „Nu begrijp ik, waarom ik dacht je al eens eerder
gezien te hebben," zei Marlton. Zijn eigen stem klonk hem vreemd in de ooren.
,,'t Moet die foto geweest zijn. Ik herinner het me nu. Jijjij hebt verleden
jaar in Colorado een man vermoord."
,,'t Staat er allemaal in," zei Stroker, opnieuw zijn lippen met zijn tong
bevochtigend. „Ik had dien man nog nooit eerder gezien. Ik vermoordde hem,
zooals ik van den zomer Cross bijna vermoord had omdat
hij me voor den gek hield met mijn figuur. Zijn familie is
rijk en loofde 5000 dollar uit voor mijn arrestatie."
Een tijd lang hing stilte in het vertrek. Daardoor was
het duidelijk hoorbaar, dat de expres van 2.05 met knar
sende remmen het station binnen liep.
„Dus," zei Marlton fluisterend, nadat nog weer eenige
minuten verstreken waren, „jij wilt, dat wij jou aangeven,
en dan de belooning zullen ontvangen voor haar 1"
Een vreemde glimlach schoot over Stroker's gezicht. In
de gang naar het kantoor klonken vlugge stappen. Er werd
gekloptmeteen werd de deur geopend en trad een man
het vertrek binnen. Een seconde dwaalden zijn oogen over
de kleine groep. Dan trok hij een revolver en richtte die op
Stroker.
„Ah, Baldwin," riep hij„eindelijk dus, nietwaar
Handen omhoogZonder protest, maar met denzelfden
vreemden glimlach op het gezicht, gehoorzaamde Stroker
en liet zich de boeien aanleggen.
„U is mr. Marlton De nieuwaangekomene richtte
zich naar de schrijftafel.
„Ja," antwoordde Marlton toonloos.
„Ik ben Patter, van de politie in Colorado," ging de
ander door. „Wij zijn u zeer verpljcht, mr. Marlton. Baldwin,
hier, hebben we al lang gezocht. Wij kregen gisteren uw brief."
Patter hield op om in zijn zak te zoeken; in die pauze
ontmoetten Marlton's oogen die van Stroker en hij be
greep. Stroker had dien brief zelf geschreven en geteekend
met zijn, Marlton's, naam. Nu begreep hij ook het telegram,
dat hij den vorigen middag ontvangen had, en dat hem
toen onbegrijpelijk had geschenen. Het lag voor hem op
zijn schrijftafel. Zijn oogen vielen er op„Arriveer met
trein 2.05, geteekend: Colorado."
„Hier is 'n verklaring, zooals u die in uw brief vroeg,"
vervolgde de politieman, een papier uit zijn zak te voorschijn
halend. „Dit is wel voldoende. Er wordt in verklaard, dat
de arrestatie te danken is aan uw inlichtingen. Op vertoon
hiervan kunt u de 5000 dollar innen." Hij overhandigde het
papier aan den hoofdingenieur. Mechanisch nam deze het aan
en staarde er op, zonder het te lezen.
„De heeren houden mij ten goede," zei Patter, „maar
er gaat om 2.30 'n trein terug. Dien wil ik nog graag halen.
Goeden middag, heeren." Hij wenkte zijn gevangene naar
de deur.
„Vertel haarniets hiervan, mr. Marlton." Er brak
iets in Stroker's stem, en de woorden klonken zacht.
Marlton antwoordde niet. Hij staarde naar het papier
in zijn hand Stroker's prijs. Bridell was voor 't raam gaan
staan met 'n haastige beweging streek hij langs zijn oogen.
„Vertel haar nietsde zachte stem klonk opnieuw
vanaf de deur,
Marlton trachtte te spreken, maar zijn stem brak toen
schraapte hij zich de keel. „Zij zal 't nooit weten, Stroker,"
zei hij schor.