weg worden gelegd, zouden alle krachten moeten worden aangewend, om deze te overwinnen. Met deze kwestie komt naar voren de vraag, of het niet wenschelijk ware, in de diverse commis sies, welke de moeilijkheden, die aan een onbeperkt handelsverkeer in den weg worden gelegd, onder zoeken, en die met buitenlandsche instanties besprekingen voeren, meer lieden te benoemen, welke in het midden van de praktijk staan. Met dat al is de toestand weinig rooskleurig, en wie de onnoemelijke voorraden bessen ziet, welke nu in onze provincie voor vernietiging zijn voorbestemd, wordt toch wel even in beslag genomen door het economisch probleem, hoe weinig kans er ook is, dat we het zullen kunnen oplossen. Beter staat het er gelukkig voor met de aardbeien,die nogal debiet vinden. Of de prijzen echter niet spoedig zullen dalen in verband met het groote aanbod, blijft een open vraag. Verheugend stemt het, wan neer men ziet, dat niet bij de pakken wordt neergezeten, maar dat energieke pogingen worden gedaan, uit dfcn doolhof te ge raken. We denken hier aan de proefnemingen inzake een bramencultuur op Zuid-Beve land, die hopelijk tot de resul taten zullen leiden, welke men ervan verwacht. De Zeeuwsche strijdgeest leeft dus blijkbaar nog. En wanneer men thans de vernietiging van producten aan ziet, klopt weer even de hoop, dat het taaie ras zich niet aan zijn moeilijkheden zal overgeven, hoe donker de totkomst ook mag zijn. Maar de fruitoogst gaat steeds verder. En in de kersenboom-^* gaarden worden de toebereid selen voor het plukken reeds gemaakt. De spreeuwenjongen met de lawaaierige deksels heeft zijn entree gemaakt. De pluk van de kruisbessen, eens een der beste Zeeuwsche worden thans bij de - veiling tragisch vernietigd, hoe mooi het fruit er ook uitziet, wanneer de

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 9