HOEDEN EN JAPONNEN VOOR FIJNPROEVERS VRIJDAG 6 JULI 1934 - 179 No. 6 op verschillende wedrennen Het valt zeer, zeer moeilijk een keuze te doen uit het groote aantal foto's dat ons bereikt van de mode-parades op de verschillende wedrennen. En het valt evenzeer moeilijk, de keuze onder zóó veel dat interessant is, te beperken tot enkele exemplaren. Zoo elegant in zijn eenvoud is de japon van zwart organdie, met witte biesje langs den zeer wij den en zeer langen rok, langs de vierkante hals opening en langs de strooken van de pofmouwtjes. En, als tegenstelling daarvan, die witte organdie japon, overladen met wijd uitstaande strooken, die in golvende lijnen opklimmen langs den rok en van de halsopening over de schouders en over de korte mouwen heen. Om de taille een breede zijden ceintuur met zeer grooten strik van voren en boven het pompeuze geheel een reusachtige witte hoed. Is ook dat andere toilet niet bijzonder interessant, groote witte hoed viel te bewon- i bij de mode-parade in Ascot. waarbij geplisseerde strooken een tablier vormen, wijd uitstaand bij de heupen Of de wit georgette japon met kraag van reigerveeren en 'n groote gehaakte witte hoed? De hoeden, welke op de verschillende wedrennen werden gedragen, zijn bijna alle zeer groot. Op een onzer foto's, opgenomen in Chantilly, vinden we een der zéér weinige kleine hoeden afgebeeld, welke op deze mode-parades te zien waren. Bij de wijd uitstaande strooken van 'n wit organdie toilet maakt dit kleine hoedje een goed effect, terwijl de groote hoed daarnaast een uitstekend geheel vormt met de eenvoudige gladde lijnen der bijbehoorende japon. Onze tweedé foto vertoont vier mannequins, die de nieuwste Parijsche créaties in Auteuil ver toonden, terwijl numero drie een der fraaie toiletten afbeeldt, welke op de races in Ascot werden gedragen. Bij de groote hoeden waren zeer veel bizarre modellen, aan één kant het geheele hoofd onbedekt latend en aan den anderen kant zóó laag neer hangend, op de schouders, dat de bewegingen erdoor belemmerd werden. Er waren, zooals trouwens de hierbij gaande foto's bewijzen, echter ook meer normale modellen en zelfs héél eenvou dige groote strooien hoeden, enkel versierd met 'n lint om den bol gestrikt. De hierbij afgebeelde groote witte hoed, een der meer eenvoudige exemplaren, waaraan originaliteit echter niet ontbreekt, was te bewonderen op de races te Ascot. P. D. te samen. De boter Iaat men even smelten en dan 'n weinig afkoelen. Men roert daar langzamerhand het meel doorheen, vervolgens de suiker, de vanille suiker en, een voor een, de eieren en men blijft roeren tot het deeg geheel glad en zacht is. In het geheel moet men 'n half uur roeren. Men verdeelt het deeg dan in 2 kleine spring vormen of in cake-vormen, die men tevoren met boter heeft ingesmeerd, en bakt ze, in ongeveer een uur tijds, gaar. Zijn de koeken gebakken, dan laat men ze geheel koud worden en neemt ze uit de vormen. Heeft men cake-vormen, dan verdeelt men de koeken netjes in plakken, ofwel men snijdt ze dwars midden door. Nu steekt men er ronde, ovale, vier kante en hartvormige figuren uit, welke men, dwars, een of twee keer doorsnijdt en vult met jam, gelei of banketbakkersroom. Boven op de taartjes strijkt men een dikke suiker- glazuur, terwijl men de zijkanten doopt in chocolade hagelslag of eveneens met suikerglazuur bestrijkt. Verder kan men de petits-fours nog versieren met geconfijte vruchten, met kleine moccaboontjes, met chocolade glazuur, met opgespoten room, met kleine sinaasappelpartjes, 'n stukje ananas en zoo al meer. AGNES. Twee der meest bewonderde toiletten op de wed rennen in Chantilly, waarbij een der zeer weinige kleine hoedjes die er te zien waren Hoe we zelf petits-fours kunnen maken Vele dames zijn van oordeel, dat de bereiding van gebakjes het best aan den banketbakker kan worden overgelaten. En ik wil haar niet tegen spreken. Er zijn echter ook huisvrouwen, die er 'n speciale eer in stellen, om de haren en haar gasten bij bijzon dere gelegenheden op eigen gebak te kunnen tracteeren. Er zijn er, die naar middelen zoeken om iets goeds te kunnen presenteeren, dat slechts weinig kost. En er zijn er ook, die ergens wonen, waar het fijne gebak niet te koop is. Voor die categorieën van huisvrouwen werd dit bakpraatje geschreven en voor haar werden de bijbehoorende foto's gemaakt. Men heeft voor de petits-fours vooreerst noodig een biscuitdeeg of een zandtaartdeeg. Voor zandtaartdeeg, dat gemakkelijk te bereiden is, heeft men noodig: 125 gram boter, 125 gram bloem, 125 gram aardappelmeel, 3 gram bakpoeder, 175 gram suiker, 1 pakje vanillesuiker en 4 eieren. Bloem, aardappelmeel en bakpoeder zeeft men Hoe de petits-fours gegarneerd worden. De eigen gebakken petits-fours kant en klaar op tafel.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 19