DE MAN MET DE BIJL
HOE EEN MOORbENRRR HET LEVEN VAN VELE MENSCHEN
180 VRIJDAG 6 JULI 1934
No. 6
Vijf dagen later reeds kwanrde eerste gelegenheid
voor korporaal Morand om officieel op te treden.
Een houthakker, meer dronken dan gewoonlijk,
was 's avonds thuis gekomen en had in zijn razernij
zijn vrouw zoo vreeselijk mishandeld, dat voor haar
(Pp tod doot Jfcdetland.
Achter de boerderij. (Twente)
Vergeefs trachtte Morand den eenvoudigen na-
tuurmensch te overtuigen, dat hij, de politieman,
de wet vertegenwoordigde, dat hij met een halfuur
de vervolging zou beginnen, en dat Pierre de wet
niet zelf in handen mocht nemen. „Ik verzeker je,
Pierre, ik neem den moordenaar gevangen hij
wordt gehangen. Geeft dat Je geen bevrediging
De reus keek hem aan. „Ah, mijnheer - de wet
is langzaam, en dikwijls onzeker. Maar dit" hij
streelde het wapen „dit slaat nooit mis. Als mijn
bijl geslagen heeft, dan ben ik bevredigd. Uw wet
heeft voor mij daarna geen schrik." Hij r.ees op
tot zijn volle hoogte en ging het huis binnen. Daarna
zag Morand hem gaan in de richting van het woud.
Als een groot dier, dat voor zijn smart de eenzaam
heid zocht.
Teleurgesteld en verdrietig maakte korporaal
Morand van de Canadeesche Politie zich gereed
de achtervolging van den moordenaar te beginnen.
Hij begreep zijn moeilijke situatie. Hij moest
Marcellin gevangen nemen, vóór de Bijlman zijn
wraak kon uitvoeren. Wat een moeilijkheden
anders met het hoofdkwartier, dat hem verant
woordelijk stelde. Bovendien, Morand moest het
zichzelf bekennen deze groote, simpele natuur-
mensch was hem sympathiek.
Pierre was nog slechts een half uur vertrokken,
toen ook Morand alles voor zijn plaatsvervanger
had geregeld en eveneens de achtervolging begon.
De wet der menschen tegen de wet der natuur
Wie zou de winnaar zijn
Vijf weken lang was deze menschenjacht hét
onderwerp der gesprekken in alle houthakkers
kampen van het noorden. Ergens, in het dichtste
der wouden van het district, zwierf een opgejaagde
Dus dat is de Bijlman
Korporaal Morand, van de Bereden Cana
deesche Politie, sprak de woorden half pein
zend. Met Markle, den oudsten firmant van de hout
firma Markle en Co, stond hij aan den rand van het
bosch vijftien meter verder rees een kolossale den
bijna veertig meter loodrecht omhoog. Aan den voet
van dezen woudreus arbeidde de Bijlman. De
breedte van zijn schouders was verbazingwekkend;
toch was zijn lichaam lenig en soepel zijn lange
armen en handen zwaaiden een groote houthakkers
bijl. De kracht van den athletisch gebouwden
jongeman moest enorm zijn, bedacht de politie
man. Het glinsterende staal ging machinaal-regel-
matig op en neer de slagen leken gemakkelijk,
maar met iederen slag ging de bijl zienderoogen
dieper, en doorliep een siddering den grooten
boom. Plotseling hield de Bijlman op en stapte
terzijde. Hij hief het hoofd op en zond een vollen,
diepen kreet galmend door het bosch
„Houout
Markle greep korporaal Morand bij den arm en
wees op een stok in den grond, meters verwijderd
van den voet van den boom. „Let op dien stok,"
zei hij. „Let op De boom valt daar precies op."
De woudreus stond niet langer recht. Hij kraakte,
boog. Suizend, met een laatsten krak stortte hij
neer, precies op de aangewezen plaats.
Voor het eerst thans werd de Bijlman de tegen
woordigheid gewaar der beide mannen, die op hem
toetraden. Leunend op zijn bijl sloeg hij hem kalm
gade bijna stupide, dacht Morand.
„Pierre," zei Markle, „dit is korporaal Morand.
Korporaal Morand is de nieuwe politieman voor
dit district."
De Bijlman stak een groote hand uit. „Ik ben
zeer vereerd, mijnheer," zei hij.
De politieman maakte hem een compliment over
het juiste vellen van den boom. De Bijlman glim
lachte. „Dat is het werk van mijn bijl, mijnheer."
Markle legde naast elkaar vijf lucifers op den
stronk van den gevallen boom. „Pierre," zei hij,
steek de lucifers in tweeën. Ik heb korporaal Morand
verteld, dat je de beste houthakker van 't Noorden
bent, en ik had graag, dat je hem dat bewees.'
Een flauwe glimlach speelde rond Pierre's
lippen, terwijl hij de bijl ophief. Vijf maal rees en
viel zij.
„Dit bewijs is eigenlijk te eenvoudig," zei hij.
,,'t Is te makkelijk."
Morand staarde verbluft naar den stronk. De
accuraatheid der bijlslagen leek onwezenlijk. Ieder
houtje was precies in tweeën gespleten. Stupide
Nee, hij stond tegenover een merkwaardige per
soonlijkheid, een geweldig natuurmensch.
„Een zeer bijzonder man," zei Markle, terwijl zij
verder liepen, om de andere arbeiders te leeren
kennen „zoo'n eigenaardig, romantisch karakter
zult u dagreizen ver geen tweede vinden. Hij wordt
de Bijlman genoemd, omdat men hem nog nooit
zonder zijn reusachtige bijl gezien heeft."
Dien avond, teruggekeerd in zijn blokhut te
Peterbrook, het houtstadje aan de rivier, liet
Morand nog eens in den geest alle mannen de
revue passeeren, die hij dien dag gezien had. Maar
steeds keerden zijn gedachten terug naar den
enormen, sterk gebouwden jongeman, volkomen
passend in deze wild romantische natuur, die een
scheermes-scherp geslepen bijl zoo handig hanteer
de, dat hij een lucifer in twee gelijke deelen spleet.
|,De Bijlman," mompelde hij. „Romantisch.
Maar wat een tegenstander in een gevecht, met
die bijl van hem als wapen
DOOR FRED WHITE
leven werd gevreesd. Toen Morand op het tooneel
verscheen, was de dokter met de vrouw bezig, terwijl
de man de vlucht had genomen. „Als zij sterft,
korporaal," zei een buurman, „zal Marcellin (zoo
heette de dronkaard) een zwaar appeltje te schillen
krijgen met den Bijlman."
„Waarom met den Bijlman
„Weet de korporaal dan niet, dat de vrouw een
zuster is van Pierre Hij heeft wraak gezworen."
Morand maakte rapport op van de misdaad. Het
was een betrekkelijk eenvoudig geval. Hij had
niets te doen dan Marcellin's spoor te volgen en
door een vlugge achtervolging te zorgen, dat hij
zijn man te pakken kreeg. Maar dat een bloedveete
dreigde te ontstaan door Pierre's wraakplannen,
maakte de kwestie gecompliceerder.
Morand vond hem achter het huis, bezig zijn
geliefde bijl op een steen aan te zetten. Morand
voelde zich kil worden, toen hij den reusachtigen
man daar bezig zag met zijn geducht wapen. De
Bijlman keek op bij Morand's nadering, knikte
even en ging toen weer door met zijn werk.
„Ze vertellen me, Pierre, dat je van plan bent
wraak te nemen op Marcellin. Is dat waar
De Bijlman knikte langzaam. „Als zij sterft
ja, dan zal Marcellin het tegenover mij en mijn
bijl verantwoorden."
Op dat oogenblik nauerue de dokter.
lk zie het aan zijn gezicht mijn zuster is dood."
De stem van den reus werd schorrig.. „Jeanne
mijn kleine Jeanne is dood. Ah, mijnheer, dat
zal Marcellin mij betalen." Hij zwaaide zijn ge
weldig wapen boven zijn hoofd.