VRIJDAG 20 JULI 1934 men eerst 4 st. op voor een overslagje onder het split. Deze 4 st. breit men aldoor r. Verder natuur lijk in patroon en op dezelfde wijze als de 1ste schouder. De mouwen. Men begint aan den bovenkant met 18 st. lste toer: 7 r., 4 aver., 7 r., 2 st. bij opzetten. 2de toer en volgende even toeren aver. 2 st. bij opzetten. 3de toer 9 r., 4 aver., 9 r., 2 st. bij opzetten. 5de toer: 11 r., 4 aver., 11 r., 2 st. bij opzetten. 7e toer 13 r., 4 aver., 13 r., 2 st. bij opzetten. 8ste toeraver., 2 st. bij opzetten, 6 toeren tri cotsteek en aan het eind van de naald telkens 2 st. bij opzetten. 15de toer1 r., 3 aver. Verder 10 r., 4 aver. Aan het einde 2 st. opzetten. Men breit nu verder in patroon en blijft 2 st. bij opzetten tot en met den 20sten toer. In den 51 sten toer mindert men 1 st. aan weers kanten van de naald. Men herhaalt deze minderin gen in eiken 8sten toer, tot men in het geheel 5 keer geminderd heeft aan weerskanten. Verder breit men recht door, in patroon, tot men 112 toeren heeft. Dan breit men 10 c.M. 1 r. 1 aver, voor de manchet. Afkanten. Voor den kraag zet men 75 st. op en breit 1 r. 1 aver. In den 2den en eiken volgenden even toer meerdert men 1 st. in den 2den en in den voor- laatsten st. van de naald, tot men 95 st. op de naald heeft. Dan breit men nog 1 toer zonder meerderen. Losjes afkanten. De broek. Voor de linkerpijp 78 st. opzetten. Men breit eerst 6 toeren 1 r. 1 aver, voor 'n boord en verder in tricotsteek. In den 3den en volgende oneven toeren meerdert men 1 st. aan weerskanten van de naald, tot men 94 st. op de naald heeft. Dan begint men te min deren om den anderen toer 1 st. aan het einde van de naald en in eiken 4den toer 1 st. aan het begin van de naald tot er nog 85 st. overblijven. Daarna blijft men aan het begin van de naald minderen in eiken 4den toer en aan het einde van de naald in eiken 6den toer, tot er 80 st. overblijven. Verder mindert men in eiken 6den toer aan weerskanten van de naald tot men nog 72 st. over houdt. Men breit dan 13 toeren recht door en breit den bodem aldus lste toer: breien tot de laatste 24 st., omkeeren. 2de en volgende even toeren aver, terug breien. 3de toer breien tot de laatste 32 st., omkeeren. Bij den 5den toer laat men 40 st. op de naald staan, bij den 7den 48 st., bij den 9den 56 st., bij den 1 lden 64 st. 1n den I3den toer breit men de naald uit. Dan breit men voor den boord 7 toeren l r. I aver. In den 8sten toer breit men gaatjes aldus 2 r. Verder telkens, draad omslaan, 2 r. samenbr., I aver., 1 r. enz. Na den gaatjestoer breit men nog 3 toeren 1 r., 1 aver. Afkanten. Rechterpijp breit men precies eender tot men 94 st. op de naald heeft. Dan mindert men aan het begin van de naald om den anderen toer en aan het eind van de naald in eiken 4den toer enz. Voor den bodem laat men in de aver, toeren de steken op de naald over, en breit verder op dezelfde wijze als bij de andere pijp. Men strijkt het breiwerk onder 'n vochtigen doek, naait dan de naden dicht en het kraagje in de halsopening. Het overslagje wordt even vastge hecht aan den onderkant van het split, de knoops gaten omwerkt en passende knoopjes aangenaaid. Bij het broekje haalt men 'n elastiek door de gaatjes in den boord. THÉRÈSE. Bespraken we reeds eerder het wegwerken van een ouden koffer met een fleurige hoes, dan kwa men koperen spijkertjes en hamer er bij te pas om de hoes te bevestigen. Deze hoes echter zit als een omhulsel om den koffer, en men krijgt geen beschadiging van spijkergaatjes. Het deksel n.l. is afzonderlijk overtrokken en de ruim aangezette rand verbergt een rechten rand van 2y2 c.M., waaraan drukkers gezet zijn, op gelijken afstand rondom. Het verdere omhulsel bestaat uit het bodem gedeelte, de voor- en zijkanten, aangegeven op de teekening. Ook deze kanten worden op geiiiken afstand met drukkers voorzien, zoodat de hoes om den koffer vastgemaakt kan worden. Vervolgens wordt de hoes even door iemand strak omhoog gehouden en u teekent nu af, waar de andere helft der drukknoopen moet komen, zoodat de hoes, welke rondom den koffer komt, vastgemaakt kan worden met de drukkers welke aan den rechterkant gezet zijn, onder de ruime strook. Wanneer u goed de maat neemt, zal u een strak gesloten geheel krijgen, dat zeer gemakkelijk te verwijderen is. Het omhulsel is zoo ook gemakkelijk te wasschen. Het tweede idee om uw reiskoffer weg te werken is, er 'n toilettafel overheen te bouwen. U zorgt, dat het deksel nog gedeeltelijk opklapbaar is, zoo dat u er nog gemakkelijk in kunt komen. Op twee steuntjes, welke tegen den wand komen, maakt u het tafelblad, dat van dik triplex, of dun triplex met vuren plankjes opgevuld, gemaakt wordt. Dit blad wordt gladgeschuurd en mooi geschilderd en rondom voorzien van 'n volant tot aan den grond, zoodat de koffer aan het gezicht onttrokken is. Opzij kunt u den volant aan de steuntjes vast maken met punaises, doch van voren maken we den volant aan een roede, zoodat de voorkant open geschoven kan worden. Wanneer u de gebogen gordijnrail gebruikt, kunt u deze rondom de tafel laten loopen. Zelfs kunt u het blad nog opklapbaar maken en de roede scharnierend, zoodat u den inhoud van den koffer gemakkelijk overzieir kunt. Een aardige spiegel kan er boven. Beide manieren maken, dat u geen extra plaats ruimte voor den koffer noodig hebt. D. D. L. HET WEGWERKEN VAN EEN GROOTEN REISKOFFER Wanneer u een van die groote kof fers bezit, die uw kleine slaapkamer ontsiert, kunt u dien wegwerken op twee manieren en wel zoo, dat hij tevens nog als berging dienst doet. Het eerste plaatje toont u den koffer, wanneer niet noodig voor de reis, keurig overtrokken met een hoes, welke gemakkelijk verwijderd kan worden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 19