ZEEUWSCHE De oogst beteekent nog geen geld; En dikwijls blijft de vrucht op 't veld. Ook in den druksten zomertijd raakt menigeen zijn baantje kwijt. Men schoolt te zaam op hoek en kant; Er is geen werk in *t Zeeuwsche land. Een enk'le neemt het kansje waar met visschen en wordt hengelaar. Maar menig ook moet op de baan; Daar komen muzikanten aan.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 32