Gedurende de lange voetreis slaan de pelgrims
op kleine ijzeren klokjes, welke muziek ook be
doeld is als begeleiding voor de ritueele dansen,
die tijdens het loopen worden uitgevoerd.
Een pelgrim, die drie weken moest loopen
droeg al dien tijd zijn dochtertje op
zijn schouder. Het meisje heeft op haar
voorhoofd het teeken van haar kaste.
In de dorpen, waar de pelgrims-
stoet doortrekt, worden ter be
strijding van de kosten door de
pelgrims vruchten verkocht, waar
aan men bijzondere kracht en
waarde toekent. Zooals men ziet
zijn de dorpelingen zeer begeerig
om deze vruchten te koopen.
Sin Hast is de naam van den
grooten pelgrimstocht van Hin
does naar de voor hen heilige
plaatsen Nasik en Trimbak, die
gewoonlijk om de twaalf jaar
wordt gehouden. Tienduizenden Hin
does nemen er aan deel uit alle deelen
van Britsch-lndiësommigen komen
van zoo ver in dit uitgestrekte gebied,
dat zij er weken lang voor moeten loo
pen. In de heilige stad worden ontzag
lijke tentenkampen opgeslagen, want
de pelgrims verblijven er eenigen tijd
om deel te nemen aan verschillende
plechtigheden en feesten, die hen tegen
ziekte en tegenslag moeten bescher
men. In een apart tentenkamp, dat
streng van de overige is gescheiden
(het kostte den fotograaf dan ook veel
moeite om erin door te dringen), leven
de Sadhus, de boetedoeners of heili
gen, die om hun strenge levenswijze
bij de Indiërs in hoog aanzien staan
en in alle mogelijke zaken en moeilijk
heden geraadpleegd worden. Deze
Sadhus leven soms onder de meest
primitieve omstandigheden, leggen
zichzelf strenge boetedoeningen op en
kastijden zich, alles om het lichaam
aan den geest ondergeschikt te maken.
In het kamp der heiligen was er bijv.
een, die zijn lichaam met touwen en
kettingen omwonden had en zoo uren
achtereen op zijn hoofd stond.
Eens per dag wordt in de kampen te Trimbak een
maaltijd opgediend, dien allen op den grond gebruiken.
Een der Sadhus of heiligen in zijn tent. Hij zit den geheelen dag
op een spijkerbed hij draagt geen hoofddeksel, maar heeft zijn haren,
die sinds zijn jeugd niet geknipt zijnom zijn hoofd gewikkeld.
No. 9
VRIJDAG 27 JULI 1934
263