i»
No. 17
VRIJDAG 21 SEP ['EMBER 1934
541
Lane keek beurtelings Oruut en Harry aan.
„Dat contract maakt absoluut geen verschil," zei hij. „Als hij de rest
van de koopsom niet op tijd betalen kan, is de grond weer van mij en moet
u toch bij mij terechtkomen."
Grout glimlachte en schudde het hoofd.
,,'t Maakt wel degelijk verschil Ik kan met dezen jongen man makkelijker
onderhandelen dan met u. Hij zal meer in z'n schik zijn met 'n vijftigduizend dol
lar winst dan u. Ik kan't contract altijd overnemen, vóór de termijn vervalt."
„Weet u wel zeker, dat hij een contract heeft V" zei Lane sluw. „Ik ken
hem niet eens. ledereen kan hier wel binnen komen loopen, als een landlooper
gekleed, en beweren, dat heel Long Island aan hem hoort. Heb je dat contract
bij je, jongmensch
Harry slikte moeilijk.
„Nee," erkende hij. „Dat heb ik niet. 't Is me vannacht ontstolen."
„Ontstolen wel wel zei Lane sarcastisch. „Ik dacht wel, dat er een
haakje aan los was. Nu, jongmensch, ik weet niet, wat er aan je hoofd man
keert, maar wij hebben geen tijd om naar zulke praatjes te luisteren, die waar
schijnlijk uit een whisky-flesch komen. Maak dat je wegkomt.
„Eventjes wachten, Lane." Een gebaar van Grout's groote hand bracht
hem tot zwijgen. „Ik wil eerst wel eens hooren, wat die meneer te zeggen heeft.
U hebt wel een groot woord, maar ik moet eerlijk zeggen, dat uw heele manier
van zaken doen me al niet zuiver leek."
Harry vertelde uitvoerig, hoe hij het contract van Jarvis had overgenomen,
hoe Biass op het tooneel verschenen was, en wat er verder dien nacht was
gebeurd. Toen hij het uiterlijk van Blass beschreef, trok Grout de wenkbrau
wen op.
„Komt me bekend voor," mompelde hij. „Van die scherpe zwarte oogen,
en een snorretje, dat stijf staat van de kosmetiek
„Ja, precies."
Grout glimlachte wrang. „Sprekend Zuinige Blair Ik wist niet, dat hij
me na was gegaan. In Florida wil'geen fatsoenlijk mensch meer zaken met
hem doen. Hij heeft een poosje gezeten voor een raar zaakje ergens in 't Westen.
Hij zal er de lucht van gekregen hebben, dat ik hier wou werken, en nu pro
beert hij er tusschen te komen, om er wat winst uit te slaan. Is hij hier geweest,
Lane
„Ja," erkende Lane. „Maar ik heb hem naar Jarvis verwezen, want die
had het contract."
„Ik had het!" riep Harry uit. „Maar hij heeft het gestolen. Ik krijg het
wel terug
„Dat staat nog te bezien," zei Grout. „U kunt niets bewijzen. Maar ik
wil met Jarvis niets te maken hebben. Ik koop me geen proces. Dus als hij
't contract vernietigt en verdwijnt, zal ik den noodigen tijd af moeten wachten,
en dan heb ik weer met Lane te doen."
„En dan betaal je zevenduizend per hectare snauwde Lane. „N11,
jongmensch, had je me nog iets te vertellen
Harry stond op. Hij liep naar het bureau, en
legde zijn zware vuist op het vloeiblad.
p|S |§s „Eén ding nog maar, Lane," zei hij op strakken
toon. „Ik kan 't niet bewijzen, maar ik geloof, dat
je met Jarvis onder één hoedje speelt. Jullie hebben
waarschijnlijk afgesproken, de twee exemplaren van
het contract te verscheuren, om jou den grond aan
meneer Grout te laten verkoopen. Ik zit op 't oogen-
blik vast, maar ik beloof je, dat er hier in 't kantoor
geen spaan heel blijft, als je 't zoover brengtal zou
ik er honderd jaar'voor moeten zitten."
Lane's gezicht verbleekte snel. „Hoort u dat,
meneer Grout? Hij dreigt. Daar kan ik hem nu al
voor in de gevangenis laten stoppen."
Vlug schoof hij zijn stoel achteruit bij Harry's
dreigende beweging. Hij had zich de moeite kunnen
sparen. Harry had zich omgekeerd en was al bij de
deur. Grout volgde hem.
„Ik geloof, dat je in je recht staat, Morgan," zei
hij in de vestibule, „maar ik kan geen proces wegens
smaad riskeeren, door het te zeegen. Lane en Jarvis
hebben natuurlijk afgesproken om 't contract te ver
donkeremanen, en mij te plukken, 't Is jammer, maar
je hebt geen kans meer. IlJ had je graag vijftig-zestig
duizend dollar winst op dat lapje gegeven nu zal 't
me wel een paar keer zooveel kosten."
Door de open deur, die het zonlicht van een
mooien Aprildag aflijstte, kwam een meisje naar binnen
gesneld. Haar suède schoenen en zijden kousen waren
bekoekt met modder. Het bruine haar, door den wind
geteisterd, kwam warrig onder het grijze hoedje uit.
Harry sprong toe, om haar op te vangen, toen zij
struikelde over den drempel.
„O," hijgde ze, bijna snikkend, „ik heb bijna den
heeien weg gerend. Ik heb de bochten afgesneden,
dwars over 't land. Ik was bang.
De rest werd verstikt ineen vochtig, maar krachtig
paar armen.
„Jijhebt je óngerust gemaakt over mij 1
May, lieveling kleine dappere...."
Zij keek hem glimlachend aan door haar over-
waasde oogen. „Haal 't eens uit mijn mantelzak, Harry.
Ik heb 't op den vloer gevonden hij had 't in zijn
vlucht verloren 1"
Het was een langwerpig stuk papier met den
titel „Koopcontract", een beetje nat en beslikt, maar
toch een fortuin voor Harry Morgan. Met de hand, die
hij vrij had, hield hij het Grout voor.
„Alstublieft. Zei u niet zestigduizend dollar?
Hier mijn geld 1"
„Met alle pleizier, Morgan." De strakke mond van
Grout verbreedde zich tot een goedkeurenden lach.
Voor 't eerst in langen tijd kwam er wat zachtheid in
zijn felle oogen. „Ofschoon ik vind, dat je al rijk
genoeg betaald bent 1"
„Dat ben ik ook," zei Harry, en nu had hij de
andere hand ook niet meer vrij.
EINDE.
De ceus gaat rusten. (De Majestic
in het dok van Southampton.)