VAN ZEEUWSCHEN BODEM REGEN Appeloogst in ons rijke fruitland. (Kloetinge) De gemeentereiniging heeft het druk met het opruimen van de resten uit onzen tuin. (Middelburg) Als de wind in 't Oosten blijft, Stof op blad en ramen drijft Onder wolkenlooze luchten veld en wei van dorheid zuchten; Als de beesten in het land zoeken naar den waterkant Als de slooten snel verdrogen, en het water zienderoogen wegzakt in den brossen grond; Als de diepste regenbakken leeg zijn, en naar water snakken Als de uitgedroogde mond van de werkers op de velden hoopt dat regen zich komt melden Dan betrekt de lucht en spoedig stroomt en spoelt het overvloedig gutst en druppelt het in goten bruist en klatert het in slooten Tikt het op het zinken dak of een koor van stemmen sprak. Heel het Zeeuwsche land, o wonder, loopt van bruisend water onder, en herademt, na den druk door de droogte, van geluk Maar na drie kwartiertjes regen is de mensch er al weer tégen Staat voor 't raam en mompeltPlaag, 't is genoeg weer voor vandaag.. Aan de kade. als de uisschers thuiskomen. (Vlissingen) Najaar rond het oude kasteel Westhove. Wat geeft Ons Zeeland" deze week? fGoes)

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 3