Frouwen/cvcn
VOOR FIJNPROEVERS
Men kan zich voorstellen, dat elegante vrouwen,
die zich zulk een kostbare gril kunnen veroorloven,
daarmee enkele keeren furore zullen maken.
Dan heeft het nieuwtje alweer afgedaan, terwijl de
klassieke bontsoorten in natuurlijke kleuren gepre
pareerd hun waarde blijven behouden en nauwelijks
aan mode onderhevig zijn.
De hierbij afgebeelde mantel heeft 'n grooten
sjaalkraag van caracul. Deze mantel, ontworpen in
velours, zal met zijn eenvoudige slanke lijnen
voor vele figuren flatteerend wezen. Hij wordt
gesloten met twee rijen knoopen. De mouwen
hebben kleine plooitjes aan den bovenkant.
Het patroon ervan is verkrijgbaar in de maten
42, 44, 46 en 48.
Benoodigd 3 M. stof van 1.40 M. breedte.
Zeer modieus is ons model van 'n mantelcostuum.
Het werd ontworpen in zwarte stof, gegarneerd
met persianer. De mantel heeft 'n staanden kraag,
'n paar epauletten, 'n mouwgarneering en 'n rand
van bont, terwijl ook de rok nog met 'n reep per
sianer is versierd. De coupe van den mantel, de
sluiting met brandebourgs, en heel de garneering
geven er 'n Russisch tintje aan, waarbij de Russi
sche toque (ook 'n modenieuwtje zich volkomen
aansluit.
Voor dit mantelcostuum heeft men 3 M. stof
noodig van 1.40 M. breedte.
Patroon verkrijgbaar in de maten 40, 42 en 44.
Voor grootere maten is dit model niet geschikt.
Van de hierbij gereproduceerde japonmodellen
is het eerste ontworpen voor bakvischjes, het twee
de voor de volwassen vrouw.
De bakvischjurk, van tweedstof, is gegarneerd
met biezen. Een plooi met knoopen werkt den
voorkant van de jurk af, een smalle ceintuur
omsluit het middel en 'n wit kraagje garneert de
halsopening. Het is 'n eenvoudige, practische en
toch sierlijke jurk.
Men heeft er 2M. stof voor noodig van 1.40 M.
breedte.
Patroon verkrijgbaar met 'n bovenwijdte van
80 en van 86 c.M.
Ons tweede japonmodel werd ontworpen in
wollen marocain. De rok ervan is laag aangezet
aan de tot over de heupen doorloopende taille.
De lange gladde mouwen hebben wijde overmou-
wen tot aan den elleboog. Een groote strik, ingezet
in 'n oploopende punt van de taille, garneert de
halsopening.
Benoodigd 4% M. stof van 1 M. breedte.
Patroon verkrijgbaar in de maten 40, 42, 44
en 46.
PAULA DEROSE.
Van alle in deze rubriek afgebeelde genummerde
kostuums, die ontleend zijn aan het mode-album
„Winterweelde", zijn patronen verkrijgbaar tegen den prijs
van 50 ets. voor complets, 35 ets. voor mantels en
japonnen en 20 ets. voor rokken, blouses, kleine avond
jasjes en kinderkleeding. Bij bestelling vooral opgeven
het gewenschte maatnummer.
Bestellingen kunnen geschieden bij uw agent of
bezorger; door girostorting op No. 142700; door
toezending van het bedrag per postwissel of in
postzegels aan het
PATRONENKANTOOR „PANORA",
Nassaupleiri 1, Haarlem,
waarbij 10 ets extra voor toezending per post ver
schuldigd is. Men kan echter de patronen ook
afhalen aan het bureau van dit blad.
PAPRICA-EIEREN
Hiervoor worden de eieren zacht gekookt
4y2 minuut voorzichtig gepeld en op 'n ver
warmden schotel gelegd.
Tevoren maakt men de papricasaus klaar. Bij
4 eieren heeft men daarvoor noodig 1 afgestreken
eetlepel bloem, 1 eetlepel boter, 1 eetlepel zeer
fijn gesneden of gehakte ui, ruim 1 d.L. witten wijn
en evenveel melk of room.
Men laat de boter smelten, fruit de ui lichtgeel,
voegt er de bloem bij en roert alles mooi glad, met
'n houten lepel. Een en ander mag niet bruin
worden, dus houde men het vuur laag. Room of
951. Bakvischjurk van tweedstof, gegarneerd met biezen.
Een wit kraagje versiert de halsopening.
938. Eenvoudige gladde mantel van velours met sjaal
kraag van caracul.
melk en wijn worden, terwijl men blijft roeren,
langzamerhand bijgevoegd. Men laat de saus 5 a
10 minuten zachtjes koken en maakt ze aan met
zout en 'n half theelepeltje paprica.
Deze saus wordt heet over de warme eieren
gegoten en goed warm opgediend. ACNES.
HOE KAN IK EEN POEF MAKEN?
Het geheele patroon van een poef bestaat uit
twee ronde stukken, één voor den boven- en één
voor den onderkant, en één rechten lap, welke die
beide stukken met elkaar moet verbinden. De
grootte van een en ander kan men natuurlijk zelf
bepalen. Voor het gemak geef ik hierbij de meest
geschikte maten op.
Voor boven- en onderstuk rekent men een mid
dellijn van 45 c.M. en voor de hoogte 50 c.M. Voor
het middenstuk heeft men dan een lap noodig, die
50 c.M. hoog en 143 c.M. breed is. Dit middenstuk
wordt eerst, precies op maat, aan elkaar genaaid en
dan glad om de rondingen gezet, waarbij men aan
den onderkant een opening moet laten voor het
vullen.
Dit vullen moet met zorg gebeuren, want is zoo'n
poef niet heel stevig opgevuld, dan zal hij al gauw
in elkaar zakken. In plaats van kapok kan men
voor de vulling krantenpapier nemen, in stukken
gescheurd en soepel gemaakt door flink wrijven.
Tevoren overlegt men hoe de poef tot iets sier
lijks te maken. Heeft men er mooie meubelstof voor,
of 'n fleurig cretonne wat alleraardigst is voor
slaapkamer of serre dan is er geen andere ver
siering noodig dan 'n bijpassend koord of lint, dat
stevig, halverwege de hoogte, om de poef wordt
gestrikt. Men kan de poef echter ook maken van
heel eenvoudig materiaal, om er dan de een of andere
aardige versiering op "aan te brengen. Op een effen
linnen of wollen stof kan men applicatiewerk aan
brengen in afstekende kleuren, ofwel men borduurt
MODERNE BONTCARNEERINCEN
WOLLEN JAPONNEN
Allerlei bontsoorten spelen een groote rol
bij de mode-ontwerpen voor den komenden
winter. Vossebont wordt voornamelijk aange
wend bij de garneering van avondmantels. Voor
den dag verwerkt men bij voorkeur meer gladde
bontsoorten als breitschwanz, veulen, persianer,
kolinksky, loutre, geschoren lam enz.
Van dergelijke bontsoorten ziet men garneeringen,
welke soms wel eens wat overladen
aandoen. Men ziet tasschen, cein
tuurs en handschoenkappen van
bortt, bonten pelerines met bij-
behoorende bonten hoedjes, bont
vesten, mantels met kraag en revers,
manchetten en zakken van
bont. Korte zoowel als
driekwart mantels zien we
omzoomd met bont, en ook
de avondjaponnen hebben
'n bontgarneering.
Vooral hierbij ziet men
de laatste modegril het
bont geverfd in kleuren,
welke bij de diersoorten, die
het bont leverdenver
te zoeken waren. Er zijn
groene en [rose lamsvellen,
lila vossen en blauwe her-
melijntjes-t
962. Japon van crêpe
marocain. De taille
loopt, met punten
door op den rok en
is gegarneerd met een
grooten strik. De
lange nauwsluitende
mouwen hebben wijde
overmouwen
941. Zwart mantel
costuum, rijk gegar
neerd met persianer.