No. 24
VRIJDAG 9 NOVEMBER 1934
749
„Faye meen je dat eerlijk
„ik begrijp best, dat je er van opkijkt," zei Faye plagerig, „met zulk
gezelschap de laatste vijf mijlen...."
„Pardon.'t Spijt me ontzettend, lief," riep hij uit, en zonder verderen
omslag nam hij zijn liefste in zijn armen en kuste haar. Hoe vriendschappelijk
zij ook al weken met elkaar omgingen, dit was werkelijk de eerste maal, dat
het gebeurde.
„Mijn engel I Zoo is 't beter, hè fluisterde Frank dicht bij haar mond.
„Als je wist, hoe ik er naar verlangd heb.. al zulke eeuwige eeuwigheden,
Faye 1"
„Waarom,heb je 't dan niet gedaan? Waarom heb je je dan altijd zoo
verstopt
„Heb ik dat dan gedaan Altijd
„In ieder geval den laatsten tijd!"
,,'t Zal nooit meer gebeuren." Zijn armen sloten zich vaster om haar
en Faye maakte een van haar eigen armen los, om dien om zijn hals te slaan.
„Hoor eens, Faye 1 Je hebt toch zeker aldoor geweten, dat 't waar was, wat
ik tegen dien ouden heer zei
„Meneer Molliott
„Nee dien klis van een makelaar natuurlijk."
„Ja, daar schrok ik van. Ik had nooit geweten, dat je een vrouw had,
lieveling.
„Lieveling 1"
Zij sprongen op zij, want er schoot een jongen op een fiets voorbij, bellend
als een bezetene.
Zij gingen verder, langzaam, haar arm door den zijnen, de vingers ineen
gestrengeld.
,,'t Spijt me ontzettend, dat ik je middag bedorven heb, maar wat kon ik
er aan doen Zoolang ik zelf niet eerste kan zijn, wil ik geen tweede zijn, met
dansen niet en. nergens. Ik begin liever geen wedloop. Wil je daar om denken,
Faye
„Nee."
„Luister dan, meiske. Ik zal je vertellen, wat ik je zeggen wou, toen er
den hedenmiddag menschen tusschen kwamen. Over die leuke huisjes; of
liever, over mijn salaris...."
„Kun je niet goed besluiten plaagde zij, dwaas van geluk en hij keek
in haar blozend gezichtje en fluisterde zoo feeder, als droeg hij een onsterfelijk
minnedicht voor „Je weet toch, dat de employe's van de bank niet mogen
trouwen, als ze geen tweehonderd per maand verdienen
„Of," verbeterde Faye, „de vrouw moet aantoonen, dat zij zelf voldoende
middelen heeft."
Zij lachte, heimelijk genietend. Voor 't eerst bedacht zij met bewuste
dankbaarheid, dat zij de erfgename was van een rijk man, dat het geld van
haar moeder op haar naam stond, om later het hare te worden, en dat zij
middelen zouden hebben o, hoeveel meer dan voldoende 1
„Enfin, zoo staan de zaken. Dat krijg je, als je dol wordt op een meisje
zonder geld! Maar over twee jaar nu al minder zal mijn vorstelijk in
komen gestegen zijn tot tweehonderd vijfentwintig. Zou je willen, Faye
Zij opende haar mond om te antwoorden: „Ik denk 't wel," maar er
kwam niets, zonder bepaalde reden. Zoo kan de liefde doen. Frank drong aan
„Denk je, dat je 't zou kunnen? Over twee jaar? In zoo'n klein huisje gaan
wonen, met mij
„Zal wel," fluisterde
Faye zij kon weer pra
ten, maar niet veelzij
dorst niet veel te zeggen.
„Zeg niet „zal wel".
Wil je vroeg hij, met
verheffing van stem.
„Ja!" antwoordde
Faye, hem zoo ijverig
navolgend, dat zij bijna
schreeuwde. En toen zij
weer aan zijn hart ge
drukt werd, kwam er 'n
breede lach op 't gezicht
van een troepje huis-
waartskeerende arbeiders,
terwijl zij deze gelieven
passeerden, die van niets
wisten dan van hun
oogenblik der verrukking.
Een uur later mis
schien riep Frank uit
„Groote hemel, zijn we
al aan 't Kastanjepark
Jammer, dat ik niet meer
bij juffrouw Hobson
logeer, anders kon ik je
in den tuin laten
Geen seconde kwam
het die argelooze bank-
prinses in de gedachte,
dat Frank Norton, met
zijn trots en zijn gevoe
ligheid, wel eens geen
zin kon hebben in dat
postje, dat hij er voor
bedanken kon om de
hofmaarschalk te zijn van
Met landweggetje (Drente).
zijn vrouw. Vlak voor haar oogen fladderde een vleermuis uit de heg en
weer terug, stil als een donkere gedachte van waarschuwing. Voor haar
wès er geen waarschuwing.
„Ik denk, dat alle rozen er nu wel zoowat open zullen zijn...."
,,'t Is eigenlijk te erg, dat ik niet eens één enkel rood roosje voor je mag
plukken. Ze vergooien al hun schoonheid aan dat kind van Molliott. En die
komt er waarschijnlijk niet eens van genieten. Ze zal geen smaak hebben voor
zulke eenvoudige dingen."
„Wat weet je van dat kind van Molliott Je weet nog niet eens wat
van mij
„Voorloopig genoeg." Frank herinnerde zich, dat er een vader was, over
wien Faye gesproken had, alsof hij in een gesticht of in een gevangenis was
opgesloten. Wat kwam 't er op aan „We weten in ieder geval, dat we bij
elkaar hooren. Is 't niet zoo
Er volgde een lang, toestemmend zwijgen. Zelfs de wetenschap, dat er
nog in geen twee jaren sprake kon zijn van een huwelijk, kon de glorie van
dien maanlichten hemel niet verduisteren.
Voor zij de stad bereikten, wou Faye afspreken
„Frank, we zeggen niet, dat we verloofd zijn. Laten we 't aan niemand
vertellen."
„Ik geloof anders dat Hobson en Winchie en practisch iedereen op de
bank 't al verwacht heeft de laatste weken."
„Toch had ik liever, dat we er niet over spraken tot.Vind je 't erg,
om 't stil te houden tot den vierentwintigsten Juni
„Natuurlijk niet. Net wat je wilt. Maar waarom de vierentwintigste
Juni
„Ten eerste ben ik dan jarig."
„Prachtig. Wat wil je voor je verjaardag hebben Wacht, ik weet 't al.
Nee, dien wagen niet alleen. Er is me iets anders te binnen geschoten."
Hij had natuurlijk gedacht aan den ring, dien zijn moeder hem hao~'
nagelaten hij was nu toch maar blij, dat hij dien niet aan zijn getrouwde
zuster had gegeven, 't Was een heel goede steen, een emerald. Hij zou hem
opnieuw laten zetten.
„Dus de vierentwintigste Juni. Prachtig."
Die datum zou weldra verschijnen op een zeer gewichtig document.
DRIEËNTWINTIGSTE HOOFDSTUK
Als er een vl'egtuig naar beneden was gekomen door het dak
van Molliott's bank, had het meer schade maar niet meer opgewonden
gepraat kunnen veroorzaken, dan de aankomst van weelderig dikke envelop
pen, kort na dien „EksternesF'-Zaterdag, aan leden van het personeel geadres
seerd en kaarten bevattend met vergulde hoeken....
Mejuffrouw Freda Molliott noodigt u uit
tegenwoordig te willen zijn
bij haar huiswijdingsfuif op 24 Juni.
Dansen 9 n.m.3 v.m.
Verzoeke antwoord Huize Kastanjepark.
De bank was roerig. Niet alleen de directeur had een uitnoodiging ont
vangen voor zichzelf en mevrouw Waring, niet alleen de cheffin der dames,