No. 26 VRIJDAG 21 NOVEMBER 1954 815 4 „Gast," zei Faye met gedwongen kalmte tot den eenigen gast op haar feest, die niet in gepast feestgewaad gekleed was, „mag ik een dame voor je zoeken Frank Norton keek haar zeer strak aan. Hij zei, kalm, maar met spanning achter zijn woorden „Ik dacht, dat ik verloofd was met juffrouw Faye." „Dat ben je toch?" zei Faye, met een benepen stemmetje. „Ik heet namelijk Faye van mijn voornaam." „Zou dan misschien juffrouw Molliott nog verloofd met me zijn vroeg hij. „Zal wel," citeerde zij haar woorden van dien Zaterdagmiddag, toen hij geantwoord had „Zeg niet zal wel." En vlug ging zij voort „Ja Dat wil zeggen, als jij 't ook bent." Hij stak de hand in den binnenzak van dat ongepaste oude jasje het stak even ongunstig af bij de kleeding der andere jonge mannen, allen zoo feestelijk, zoo duur en zoo steedsch getooid, als hij zelf gunstig afstak bij het groepje aan het met rozen omkranste Amerikaansch buffet. Hij had het nog in zijn zak, dat afgesleten blauwfluweelen etuitje. Hij stak het haar toe. „Wat is dat „O, maar zoo'n dingetje om te dragen," zei hij luchtig. En daarna vergat Frank Norton, dat hij rechtens nog boos moest zijn op dat heksje met haar zachte stem en haar lachende oogen. Hij vergat, hoe zij hem misleid, bedrogen had, in haar vuistje lachend hoe zij hem weken lang op zijn eigen kantoor voor den gek had gehouden. Nu dacht hij niet aan het verschil van stand, hij dacht zelfs niet aan dat smalende woord „gelukzoeker" hij vergat zelfs, hoe hij zich behoorde te gedragen als „de eenige aanwezige heer zonder avondcostuum", want hij antwoordde met vurige vlotheid op haar eerste vraag „Dan heb ik gelukkig precies de dame gevonden, die ik wensch of ooit wenschen kan En bij de eerste tonen van de wals, waartoe het orkest nu overging, wuifden de vlinderachtige strooken boven de armen met de grijze mouwen, die Frank om haar heen geslagen had. („Heb eens 't hart, met iemand anders te dansen vanavond Met de bevallige fiere gratie van een zwaan, die in den vijver glijdt, om zich te laten dragen door het eigen, bekende element, zoo nam het knappe paar het rhythme van de wals aan. Faye en Frank, walsend, glimlachten als zorgelooze zonneschijn. Het leven is niet enkel geur van roode rozen, walsmuziek en 'n feeder omvattende arm, maar nti was het de tijd daarvoor en het werd al des te zoeter, nu die minnenden begonnen waren, met te zamen de werkdagzijde van het leven te leeren kennen, „Een wicht ben je, een parasiet fluisterde Frank haar feeder toe. „Weet je nog dien eersten middag hier in huis?" „Leelijke indringer," kaatste Faye terug, en walsen deden zij, met stralen de blikken naar hun publiek, waarvan de helft niet meer verteld hoefde te worden, welke schokkende aankondiging er waarschijnlijk komen zou. En zeker niemand van degenen, die het paar herkenden noch de vriendelijke, kaalhoofdige meneer Waring, noch meneer Sellars met juffrouw Bligh, noch Hobson met Winchie, noch juffrouw Johns, noch tante Madge, noch Maud -2Wt Jledeüand. wel terug. Jij blijft maar hier, hè?" Met de brieven, die hem een noodlottig verlies hadden kunnen berokkenen, in de hand, keerde Faye's vader zich om, met een blik en een vriendelijk, haastig „Zorg je voor je gasten De IJsel bij Deventer Messenger, die het donkere, zil ver doorstreepte hoofd snel om wendde, toen Jack Molliott weer binnenkwam. Voor de walsende verloofden waren die andere menschen niets dan een ^1-kleurig cirkelvormig décor, waarin Frank's collega's van allen dag niet wa ren te onderscheiden van wild vreemden, en bloedverwanten niet van Faye's Londensche ken nissen. „En zou ik mogen vragen," sprak één dier jongemannen, die zoo feestelijk, zoo duur en zoo steedsch getooid bijeenstonden voor het met rozen omkranste Amerikaansch buffet, „wie die hertog in daagsche kleeren is Ik zou net met Faye gaan dan sen, toen ze met hem den tuin en den maneschijn in schoot. Wie is hij „Weet ik niet. Maar heb ik je niet voorspeld, dat Faye zich verloven zou met den eer sten den besten spruit van den landadel hier, vóór ze een week hier was?" antwoordde Faye's schouwburg-vriend Herrick. „Ik wed, om al wat je wilt, dat dit de spruit is." Zij zouden meer te hooren krijgen, toen John Molliott, even vóór de pauze om te soupeeren, terugkwam naar het danszaaltje, met een gezicht, dat tegelijk dat van een ernstig man en dat van een blijden jongen leek. Hij ging bij de piano staan en klapte zacht in zijn handen, om attentie te verzoeken. Zij gingen naar rechts en naar links. „Ik wou een paar woordjes zeggen...." De woorden klonken door het gegons van fluisterende opmerkingen. „Wat moet er gebeuren vroeg de onoverwinnelijke stem van Goldberg. „Dit oude huis, dat ik, als geschenk voor haar twintigsten verjaardag, aan mijn dochter Faye gegeven heb...." Faye stond daar, lachend, zoo stralend als de beste der rozen en der glanzende lichten. „Zij heeft besloten, dat geschenk door te geven en dezen éénen keer ben ik 't met haar eens. Om er een clubgebouw van te maken voor al haar vriendinnen („O, wat aardig I" kwam er uit den mond van één der Londensche meisjes. „Dank je hoor, Faye I") haar vriendinnen, die zij zich gemaakt heeft deze laatste twee maanden, toen zij op mijn bank werkte." Stemmen: „O, dus dót.... Ah!" „Ik zal u niet lang ophouden, 't Is tijd om te soupeeren. Nadere bijzonder heden over dat plan komen later. Zij heeft me alleen gevraagd, te willen zeggen, dat zij verlangt naar den tijd, dat zij meer vreugde zal kunnen brengen in 't leven van zooveel bekende en onbekende vriendinnen. „Van deze gelegenheid zou ik graag gebruik maken, om u een nieuwtje te vertellen over den heer Frank Norton, dien velen van u kennen. Meneer Norton Hij keek Frank aan met een blik, die meer beloofde dan hij zei. Meneer Norton zal de directie van mijn bank hier op zich nemen, in plaats van meneer Waring, die een nieuw filiaal voor ons gaat oprichten in Newbury." („Proficiat, Norton Gelukkig keek Faye op naar haar forschen verloofde in zijn zeer on feestelijk costuum. Maar nog begreep zij de wijsheid niet, die haar Frank goedbetaald werk in zijn eigen vak gaf, beter dan die hofmaarschalk-positie, waar zij van gedroomd had Het eenige, dat Faye zich nu aantrok, was het feit, dat hij blijven zou in deze stad, waar zij elkaar gevonden hadden, en nooit had het gezicht van een verjaardagskind zoo gestraald als het gezicht, dat zij nu van Frank naar haar vrienden wendde, van haar vrienden naar haar vader. „En nu nog één ding. Het lijkt mij nu de meest geschikte gelegenheid, om de verloving bekend te maken van mijn dochter >>Mfat ontviel Phi! Goldberg, zoo luid, dat er hier en daar even gelachen werd, wat Faye niet eens hoorde. Faye en Frank zagen elkaar aan. de verloving van mijn dochter met den heer Frank Norton." „En nu," zei meer dan één van Faye's gasten, „blijft ons nog maar één ding over ons leed weg-drinken. Kellner, champagne alsjeblieft. Nu, op de toekomst, jullie tweeën. Vreugde in 't leven

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 13