DE MISLUKTE TRUC door Hugh Cole •g58 VRIJDAG 30 NOVEMBER 1934 No. 27 afgegeven. Bovendien, dat wil ik er wel bij zeggen, ging het me ook aan m'n hart, die honderd pop kwijt te raken. Het was een kwestie van eventjes vlug en scherp denken. We hadden wat zang en muziek, leder van het gezelschap gaf een nummertje ten beste. Van de mop, die Jack zong, verstond ik geen letter het was een Fransche chanson of zoo iets maar het wès goed. Want Jack heeft een puike stem, dat moet gezegd worden. Toen vroeg mevrouw Culbert, of ik ook niet wat ten beste wilde geven voor het gezelschap. Het eenige, wat ik kan, is een paar handig heidjes met kaarten ten minste, als ik ze van te voren gemerkt heb. Maar toen kreeg ik een reuzen-idee. Ik haalde eerst een paar aardigheidjes uit met kaarten vroeg toen om een paar gouden soeplepels. De butler bracht ze me. „Nu, dames en heeren," zei ik, „zal ik u mijn laatsten en besten truc demonstreeren. U ziet, ik neem deze lepels, wikkel die in mijn zakdoek, doe ze daarna in mijn borstzak, en zal ze dan laten verdwijnen." In gespannen aandacht keken al die rijke snuiters mij natuurlijk aan. Ik wandelde de heele kamer rond, bleef voor ieder van het gezelschap aarze lend even staan, raakte niemand aan, maar maakte voor ieder een paar gepatenteerde goochelaars- grimassen. Ten slotte ging ik terug naar de plaats bij de deur. „Mevrouw Culbert," zei ik in mijn keurigste Engelsch, „wilt u zoo vriendelijk zijn even naar mijn vriend, lord Trevasley, te gaan, uw hand in zijn borstzak te steken, en.... eh.... de gouden lepels te voorschijn te halen I" 't Was een sensatie I Ze waren allemaal stom verbijsterd Ik zal nooit de uitdrukking vergeten op het gezicht van Jack Harris. Hij werd zoo wit als zijn zijden zakdoekje, dat mevrouw Culbert uit zijn borstzak haalde. Ze wikkelde het doekje open en toen, terwijl iedereen keek, zag ik dat zij er in plaats van een paar lepels een paar gouden vorken uithaalde I Bewaar me Aan de manier, waarop de ouwe Culbert zijn butler een teeken gaf, vóór hij de telefoon van den haak nam, was het me duidelijk, dat het hier beslist niet meer veilig was. Ik rukte de deur achter me open, en ik kan u verzekeren, dat ik binnen recordtijd dat huis uit was, en den hoek van de volgende straat was omgevlogen. Dien armen, ouwen Jack hebben ze in z'n kraag gepakt. Ia, het waren een jpaar gouden soeplepels, die Jack en mij, bij wijze van spreken, de das omdeden. In den tijd, waarvan ik u zal ver tellen een zeer korte tijd, maar een buiten gewoon aangename waren wij bekend als Lord Morebatten en Lord Trevasley. Den bijnaam Lord heb ik na dien tijd steeds behouden. Of ik ooit in het goede, oude Engeland was ge weest Luister I Het dichtst was ik bij Engeland op den dag dat ik eens naar het uiterste puntje van de haven van New York ben gewandeld. Toch kan ik deftig Engelsch spreken, als de eerste de beste werkelijke Britsche Lord. Het was Jack Harris die me zoo ver gebracht heeft. Hij mocht de snit van mijn gezicht wel, zooals hij gewoon was te zeggen, en hij dacht, dat we samen wel iets konden prestee- ren. Wie Jack was? Een Engelsch tooneelspeler, die de rol van fat speelde in een reizend komedian tengezelschap. Dat was hij, toen ik hem het eerst leerde kennen. „Jim," zei hij, „je hebt het air van 'n Engelschen hertog, maar je praat als een achterbuurter. Kom dus naar mijn kast, en ik zal zien, wat ik voor je kan doen." Zoo is precies het begin geweest van onze ven nootschap. Ik ben altijd een handige jongen ge weest, waar het betrof het een en ander op te pik ken een en ander, dat mij niet toebehoort, be weert de politie en dus had ik het Lord-Engelsch in een paar weken onder de knie. Jack haalde uit zijn tooneelgarderobe een paar prachtige costuums met wat er bij hoort en ik zal u vertellen, dat we het heertje waren, toen we op een goeden avond de deur uitstapten smoking, hooge zijden, bloem in 't knoopsgat, enfin, u weet wat er allemaal bij hoort. De volgende kwestie was hoe moesten we, met behulp van die spullen, geld maken Jack zei, het zaakje aan hem over te laten. En of hij het voor mekaar bracht In de eerste week scharrelde hij al een paar rijke kennissen op en wist hij van een paar stomme, oude dames een paar duizend gulden los te krijgen. Een kleinigheid, een leening, zooals hij beweerde, tot onze toelagen uit Londen gezon den zouden worden. Hij zette de kroon op het zaakje, door zich te verloven met de dochter van een mdlionnair 1 Kunt u daar bij De beroerdigheid was alleen, dat Jack overigens een goeie jongen zóó verwaand werd, dat ik af en toe in de verzoeking kwam, om zijn opge blazen gezicht met een eind hout te bewerken. Omdat hij Engelschman was, redeneerde hij, dat hij in alle opzichten mijn meerdere was. „Jij bent maar een kafferachtige Amerikaan," vertelde hij me een paar keer. „Dat is je grootste fout. Jij hebt niet die gevoeligheid, dat deli cate van een Engelschman. Jij kunt niet observeeren, Jimmy jij kunt niet observeeren." „Klets!" zei ik dan. „Sedert wan neer zijn jullie de meerderen van de Amerikanen Luister, jongen, we zijn er toch in elk geval in geslaagd om jullie ons land uit te gooien, toen jullie ons begonnen te vervelen." „Nonsens, beste kerel," zei hij dan weer, „het leek ons verstandiger jullie te laten schieten. Maar dat kan je nog niet eens begrijpen. Toen kreeg ik de smoor in. „Ais het er op aan komt," zei ik, „zijn wij goochemer en vlugger in het opmer ken dan jullie." „Durf je daar een paar centen op te verwedden?" Vreeland aan de Vecht zooals het vroeger was. „Wel meer dan een paar centen," beet ik. „In orde," zei de zoogenaamde Lord Trevasley. „Je weet dat we vanavond gaan dineeren bij mijn aanstaanden schoonvader Culbert. Dan komt zijn beroemd gouden servies op tafel je weet gou den lepels, vorken, messen, enzoovoorts. Nu wil ik met je wedden, dat ik onder het diner let wel, onder het diner twee van Culbert's gouden soep lepels achterover zal drukken, zonder dat de ouwe Culbert of zijn butler of jij het zal zien." „Die weddenschap is gesloten," zei ik. „Om hon derd gulden. Alleen deze voorwaarde je moet bin nen mijn gezichtsveld zijn, als je het doet." „Natuurlijk," zei hij, „natuurlijk. Dus dit is de weddenschap op onzen terugkeer naar dit hotel beloof ik je twee van Culbert's gouden lepels te laten zien. En jij betaalt me de som van honderd pop als je me niet kunt vertellen, waar, hoe en wan neer ik ze gepikt heb." Wel, we gingen naar het diner van de Culberts, uitgenoodigd als echte lords. Zoover was alles tip-top in orde. De ouwe Culbert, zooals ik u vertelde, is een millionnair, en Jack, let wel, was verloofd met de dochter van dien snaak. Nou, die dochter gunde ik hem een vrouwspersoon groot als een rhinoceros, maar een beetje minder knap. Alleen ze was een paar millioen waard. En laat ik u nog meer vertellen. Die familie had dik op met Jack. Geweldig 1 Gedurende het diner liet ik geen oog van Jack af. Maar geen enkele verdachte beweging. Geen gefriemel met zijn manchet of zoo iets. Ten slotte haalde de butler de soepborden weg, en daarmede ook de gouden lepels. Ik zag, dat die butler bij het opruimen van die lepels ze meteen telde. Dat is te begrijpen bij zulk kostbaar spul, en daar voor behoef je je als gast niet beleedigd te achten. Ik had lol. Ik had honderd pop verdiend, en de lepels waren weggeborgen in de safe. Maar na het diner, in den muzieksalon, kwam Jack even bij me staan, nam mijn hand en drukte die tegen het borstzakje van zijn smokingjas. En waarachtig, ik kon iets hards voelen. Hij had die iepels tóch, netjes gewikkeld in zijn zijden zakdoek. „Je verliest," grinnikte hij. Nou, mijnheer, ik zal u vertellen, dat ik meteen het besluit nam, iets voor mijn land te doen. Daartoe had hij te dikwijls op de Amerikanen

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 26