No. 28
VRIJDAG 7 DECEMBER 1934
873
't Was op een mooien dag van het jaar onzes
Heeren 1428.
Er heerschte een gezellige drukte in de stede
Ter Goes, die zich om den Burcht Oostende con
centreerde. De vreemdeling, die Goes binnenkwam,
werd al spoedig op de hoogte gebracht, wat hier
van de oorzaak was. Er zou n.l. op den Burcht van
Gravin Jacoba van Beieren een opschote plaats
hebben, en hiervoor was zeer groote belangstelling.
De Graven van Zeeland hadden, teneinde in
hunne landen goede boogschutters aan te kweeken,
Het Voormalige slot Oostende, ten tijde van
Jacoba van Beieren door haar bewoond.
digden bijeen kwamen. Behalve op de fraaie uit
geloofde prijzen was men bovendien ook zeer ge
steld op den titel van „Schutterskoning", welke
gold als de hoogste eer, die men behalen kon.
Op genoemden dag was de belangstelling toch
grooter dan anders. Het gerucht had geloopen,
dat de in Ter Goes zoo beminde Vorstin Jacoba
van Beieren zich voor dezen wedstrijd had doen
inschrijven als deelneemster. Daar men wist, dat
zij zich vaak op het binnenplein oefende, was men
zeer belangstellend voor dezen komenden kamp.
Nadat eerst een rondgang door Goes was ge
maakt naar de zede dier dagen, opdat ieder kon
zien wie er naar den koningstitel meedongen
kwam men op de kampplaats aan. Daar stelde men
zich bij het doel op. De kampregels werden voor
gelezen en de strijd nam een aanvang.
Als het de beurt van de Edelvrouwe is, treedt
zij naar voren. Krachtig vat zij den boog, legt met
berekend overleg aan, schiet.... en, onder luide
toejuichingen valt de vogel door een welgemikt
schot neer.
Jacoba van Beieren was voor het jaar 1428
Zeeuwsche schutterskoninginne.
Groote vreugde heerschte er in de stede Ter Goes.
Thans ging niet een der Hollandsche Edelen met
den Koningstitel strijken, maar bleef de titel in het
Zeeuwsche gewest. Hartelijk werd de vorstinne ge
huldigd, door de aanwezige Edelen en doelgenooten.
Spoedig had zich het gerucht in den omtrek ver
breid en een groot aantal vrouwen uit Zuid-Beve
land, in korte jakjes en lange rokken met witte
voorschoten, naar de zeden van dien tijd gekleed,
kwam naar den Burcht Oostende en bood de
nieuwe schutterskoninginne huldigingsgeschenken
aan. De eenvoudige hulde verrukte Jacoba zeer,
en in de blijdschap haars herten beloonde zij de
ingezetenen van 's Heer Hendrikskinderen, Wisse-
kerke, Baarsdorp, Sinoutskerke en 's Heer Abts-
kerke vorstelijk, door hen den rijkdom der Vlas
tienden te schenken. Door deze daad kreeg haar
overwinning nog een hoogere beteekenis. Deze dag
was een blijde dag voor Jacoba, die steeds sterker
aan de Zeeuwen gehecht werd. En in de historie-
boeken werd haar titel vastgelegd.
Is het wonder, dat, toen 85 jaar geleden te Goes
een Schuttersgild werd gesticht na opheffing
der z.g. middeleeuwsche schuttershoven het
Jacoba van Beieren tot patrones verkoos Neen
immers, want aan haar, die's konings vogel schoot,
werd eere toegebracht. Goes Jacoba van Beieren
Slot Oostende, ziedaar èèn onverbreekbaren band.
En Jacoba van Beieren zal in deze Zeeuwsche stad
nooit vergeten worden, want
„Zoo lang Jacoba's naam, in 's lands geschiedenis,
„Zoo rijk aan roem en deugd, voor 't nakroost blijft
geschreven.
„Zoo lang zal ook haar naam in onzen boezem
leven,
„En leven als een naam, die allen heilig is.
Goes, 1934. A. M. WESSELS.
Vrouw Jacoba, de edele foorgangster, schiet te
Goes naar den papegaai.
Beaumont, maar vooral aan die beklagenswaar
dige Vorstinne, wier avontuurlijk leven en treurig
lot haar een onvergankelijke beroemdheid hebben
verzekerd, en die nog altijd blijft voortleven
in de heugenis des volks, dat althans haar naam
in eer houdt, ook waar het van haar daden luttel
weetJacoba van Beieren.
Evenals haar vader schijnt ook zij voor Goes
een bizondere voorliefde te hebben gekoesterd.
Althans reeds in het eerste jaar harer regeering
schonk zij aan het
open vlek stads
rechten, en, wat
geen goede stad
mocht ontbreken,
muren en wallen.
En toen zij later,
na een veel bewo
gen leven, eindelijk
den strijd tegen
haar overmachtige
vijanden moede,
van de Regeering
afstand had ge
daan, hield zij vele
malen haar verblijf
op den Goeschen
Burcht. En al was
zij nu geen gebie
dende Vorstinne
meer, toch omgaf
haar nog altijd ge
noeg van den vor-
stelijken luister, om den Burcht, waar zij ver
toefde, tot een hofburcht te maken, die zeer zeker
een beeld vertoonde van den schitterenden luister
van het hofleven der 15de eeuw. Het bestek van
deze schets laat niet toe, een tot in alle bizonder-
heden afdalende historische beschrijving te geven
van haar lotgevallen en die van haren Burcht.
Toch voeren wij u in gedachten naar een episode
uit haar verleden terug.
Een schutterskoning van on
geveer 50 jaar geleden van
het Goesche gilde.
Jacoba van Beie
ren als schutters
koninginne ge
vierd in 1428
Eén weinig bekend
ofbeelding van
Jacoba van Beieren.
reeds in de vorige eeuw het behandelen van het
krijgstuig tot een voorwerp van ontspanning ge
maakt, en bij het gaai- en vogelschieten, waaraan
zij zelve deelnamen, aanmerkelijke prijzen aan de
overwinnaars uitgeloofd.
Natuurlijkerwijs gaf dit aanleiding tot her
haalde wedspelen, tot welke de edelen en genoo-