fornix" 193% „3e 3ioojï' van iSHC ziet, met meerder glorie keer ik mijn wieken naar den wind. Fier stak ik boven Beveland mijn wieken in de lucht. Mijn wiekenwaar ik trotsch op was, Ze stortten neet „De Hoopwerd asch. Fier stak ik boven Beveland Mijn wieken in de lucht. Eén bliksemstraal Ik stond in brand En met een groot gerucht Vielen mijn zware molensteenen Door balken en door zolders henen. Van top tot teen stond ik in gloed En grondig werd ik doorgerookt. Mijn kap verbrandde, in mijn voet Werd al het graan zelfs opgestookt. Mijn wieken, waar ik trotsch op was. Ze stortten neer: „De Hoop-' werd asch. Nooit kraait de roode haan victorie Of een vernuftig menschenkind Weerstaat hem, ziet, met meerder glorie Keer ik mijn wieken naar den wind. Al kwam de bliksem mij verlammen, Deed mij vergaan in stof en asch, 'k Stijg als een Phoenix uit de vlammen En schooner dan ik vroeger was. Als „Phoenix" werd „De Hoop" herboren En 'k maal opnieuw met frisschen moed Des Zeeuwschen landmans gouden koren. Zoo maakt het eind weer alles goed. 'k Stijg als een Phoenix uit de vlammen En schooner dan ik vroeger was. 31 VRIJDAG 28 DECEMBER 1934

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1934 | | pagina 30