TRICOTAGE-INDUSTRIE
IN ZEEUWSCH
VLAANDEREN
2
In de Nederlandsche tricotage-industrie neemt
Zeeuwsch-Vlaanderen wel 'n zeer voorname
plaats in.
Voor den grooten wereldoorlog was hier van 'n
dergelijke industrie nog niets te bespeuren. Het
landbouwende Zeeuwsch-Vlaamsche volk had ge
noeg aan den geur van dampende weien in morgen
schemering en laaiende, zon-overgoten korenvelden.
En midden in de polders van het vijfde district de
stedekens Axel en Hulst, met hun neringdoende
bevolking die den betrekkelijken bloei van hun be
drijven vooral ook dankten aan de menschen van den
buiten.
Wel bloeide in het naburige Sint-Niklaas 'n wijd
vertakte breinijverheid, die niet zoozeer geconcen
treerd was in enkele groote fabrieken, maar voor
namelijk beoefend werd als huisindustrie, 'n Paar
machines met de hand gedreven vormden een be
staan voor een gezin.
Holland kende Sint-Niklaas als breistad veel
kooplui uit Amsterdam en Rotterdam kwamen daar
hun inkoopen doen.
Toen kwamen de donkere dagen van den
oorlog. Somber klonk de echo van ver rommelende
kanonnen. Vliegmachines kruisten hoog boven
ons Zeeuwsch-Vlaamsch landeke en zeppelins
dreven als lichtende vuurkogels door donkere
avondlucht.
De grens werd gesloten. De „electrische draad"
scheidde Holland en België en stevige Duitsche
soldaten hielden de wacht.
September 1914 bracht karavanen van vluch- II
tende Belgen, 't Was een troostelooze aanblik, die
menschen beladen met pakken en pakjes, met den -
angst in de oogen voor wreede, ongekende dingen.
Het leven aan de grens kreeg een andere kleur Aanvankelijk werd de Zeeuwsch- Vlaamsche tricotage-industrie alleen gedreven met handbreimachines.
Ze voelen zich baas over haa machineze spreken
van mijnendraad, „mijn" biejn en „mijnen" voet. 'n Sprekend overzicht opn serie automatische rondbreimachines in een der grootste Z.-Vlaamsche tricotage-fabrieken.