Groeten van de Hollandsche renners aan hun IIol- landsche supporters, 't Is tien uur geweest Bepareeren, couranten lezen en 'n kop thee. Na 'n vrij zware dagtaak is er voor den avond nog wel iets te doen. Het uur van den maaltijd. Kiekje van de Hollandsche wielerkolonie aan den disch. dat ér veel belangstelling is naar dingen, welke men aanduidt als cheques en postwisseltjes. Dan volgt het ontbijt, en de bakker, die zich in deze buurt heeft gevestigd, was een menseh met een o-oeden kijk op „rennersmagen". Tjonge, wat con- sumeeren die knapen een behoorlijke portie. Daarna gaan wij den weg op. De renners zien niet op een 50 K.M. meer of minder, zoodat wij met ons niet geconditionneerde corpus de veiligste kans nemen.... in een taxi, anders beloopen wij de kans hen aan den horizon te zien verdwijnen en dat is de bedoeling niet. Wij zien ze peddelen, in groepjes verspreid op de Vlaamsche wegen of een trekje makend naar het Zeeuwsche of Brabantsche. Zoo tegen twee uur, half drie begint het leven op de piste, d.i. de baan van het sportpaleis. Zienderoog vermeerdert het aantal der renners. Alles oefening, in snelheid en taktiek. Zorg echter eerst voldoende ingereden te zijn alvorens op de baan te komen, anders is de kans van „uit" rijden niet denkbeeldig. Menige pas gearriveerde nieuweling blijft ook eens even aarzelend staan, alvorens hij zich tusschen zijn collega's mengt. Hier rijden toch alle klassen, van de hoogste tot de laagste, en tempo, tempo is er regel. Komt er eens een valpartij, de vaste Roode- Kruis-post is direct present en voor meer of minder ernstige gevallen is er een uitstekend geoutilleerd vertrek. Na het middagrijden volgt meestal dagelijks een grondige massage en niet te vergeten de noodige hygiëne in de badkamer. Nu zit de rennersdag erop. 't Is ondertusschen een uur of zes geworden en de avondboterham gaat er letterlijk en figuurlijk gesmeerd in. De avond hier ligt een voetangel in het rennersleven „ver van huis". Doch onze jongens weten wat zij willen en doen er naar. Niet de stad in, neen, bij hun thee weten zij zich een gemoedelijke en Hollandsch gezellige sfeer te scheppen, en als een clubje het geluk heeft een „lol lige" of „muzikale" te bezitten, dan is het er blik sems gezellig. Onder de bedrijven door worden de karretjes nagezien, banden gelapt, enz., zoodat den volgenden morgen meteen het program weer kan beginnen. Tien uur is 't bedtijd het viel ons op, dat om half elf er zoogoed als geen renner meer te zien is. Alleen de karretjes vertellen dan nog van de woonstee der renners. Hollandsche renners in België. In de bosschendicht aan de Hollandsche grensgenieten de renners van de stilte rondom hen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 7