32 1M.I li.» liill' Een tweetal foto's uit Bangkok. Links: de pagode van de ochtend schemeringrechts: de koninklijke lijfgarde. WEDEROM heeft een monarch zijn troon ontruimd, om zich als amb teloos burger terug te trek ken en zijn verdere levens dagen in een rustige omgeving te mid den der zijnen te slijten. Veel verwondering heeft het niet verwekt, dat de eenenveertigjarige koning Prajadhipok van Siam, de zevende heerscher uit het geslacht der Chak-kri, den troon zijner vaderen verlaat. Want reeds vele malen gingen er geruchten, dat de koning, die om gezondheidsredenen met zijn gemalin, koningin Rambaibarni, in Europa ver toefde, het regeeren zat was en van den troon afstand wenschte te doen. Nu, vele gelukkige regeeringsdagen heeft deze vorst dan ook niet mogen beleven, sedert hij in 1925 zijn broer Rama VI na diens dood opvolgde. In dien tijd was Siam nog een absolute monarchie, zoodat de koning onbeperkt heerscher was over het uitgestrekte land, dat grooter is dan Duitschland en Zwitserland te zamen, een rijk met ruim elf millioen inwoners, waarvan echter nauwelijks elf procent het lezen en schrijven machtig is. Want zij zijn hoofdzakelijk landbouwers, de Sia- meezen, en een landman heeft weinig tijd zich om geletterdheid te bekomme ren. Daar is de rijstbouw, die van den Siameeschen boer al zijn tijd en al zijn krachten vraagt, want de rijstcultuur is het bestaansmiddel van het rijk Siam. Slechts een klein deel der ver bouwde rjjst dient de bevolking tot dagelijksch voedsel, het rijstoverschot vormt het voornaamste uitvoerproduct van het land. En nu moge het zonderling klinken, maar met dezen rijstuitvoer houdt koning Prajadhipok's troonsafstand toch eenigszins verband. Zooals na den oorlog overal elders in de wereld, deed ook in Siam de wereldcrisis zich meer en meer gevoelen en dit natuurlijk wel het meest in den rijstuitvoer, die op schrikbarende wijze achteruitging. Dit deed nu op zijn beurt weer de inkomsten van het rijk naar evenredig heid terugloopen, zoodat de regeering tot drastische bezuinigingsmaatregelen moest overgaan. Het bestuursapparaat werd vereen voudigd, de salarissen der ambtenaren Koning Prajadhipokde thans afgetreden heerscher van Siam en zijn gemalin koningin Rambaibarni. werden aanmerkelijk verlaagd en ten overvloede werden talryke officieren en ambtenaren zonder meer aan den dijk gezet. In dit land van ongeletterde rijst boeren vormen juist de officieren, ambtenaren en onderwijzers de kleine kern van ontwikkelden, en velen dezer, die door opvoeding en onderwijs uit de laagste klassen der bevolking tot hun ambten waren opgeklommen, zagen zich plotseling in hun bestaan bedreigd. Dit was voor hen het sein van den opstand tegen den vorst en vooral tegen diens talrjjke bloedverwanten, die, even als hun gunstelingen, goedbetaalde ambten bezetten, al behoorden zjj groo- tendeels tot de rijke grondbezitters en al beschikten zij niet steeds over de hoedanigheden, welke dergelijke amb ten vereischen. Door hun opstand dwongen de ge letterden den koning Pra jadhipok in .Juni 1932 het land een grondwet te geven en een parlementaire regee ring in te voeren. Prajadhipok komt de eer toe, dat hij door zijn bezadigdheid en door zijn toegevingsgezindheid de re volutie zonder bloedvergieten deed beëindigen. Den officieren en lioogeren ambte naren, die de paleisrevolutie georgani seerd hadden, steeg het zoo gemakkelijk behaalde succes wel eenigszins naar het hoofd, zoodat sedert dien de politieke beroeringen elkaar voortdurend opvolg den. Zoo dreigde men den koning zelfs met onttroning, toen deze eenigen tijd in Europa vertoefde. De groote massa van het Siameesche volk echter, dat wil dus zeggen bjjna negen tiende der bevolking, staat vol komen onverschillig tegenover de ver anderingen, die op politiek gebied plaats vonden, en dit ongeletterde volk houdt zich bjj zijn rijstbouw met de zelfgenoegzame gelatenheid den land bouwer eigen. Toch schijnt Siam, dat eeuwenlang geen politieke beroeringen gekend heeft, een tijdperk van innerlijken strijd te zijn binnengegaan, waarvan het einde voorloopig nog niet te overzien valt. Te meer waar tot opvolger van Prajad hipok diens elfjarig neefje, prins Ananda, bestemd werd. En wee het land welks heerscher een kind is. Bet Koninklijk Paleis te Bangkok, dat een ItaXiaansch architect werd ontwo

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 34